jeudi 19 juillet 2007

fred van der wal: dieuwke bakker, een mysterie

dieuwke bakker, een mysterie
Dieuwke Bakker, eigenaresse van Galerie Mokum overleed 14 juni 1984 en haar onverwachte dood waarbij een spiritisties medium zijdelings bij was betrokken, bleef tot op de dag van vandaag een mysterie.
Ik heb Dieuwke Bakker van 1964- 1973 en 1978-1980 meegmaakt en bepaald niet tot mijn genoegen. Dieuwke Bakker verongelukt bij een mysterieus auto ongeluk dat nooit zal worden opgelost.In het NRC-Handelsblad 6-5-1977 beweerde Dieuwke Bakker in een interview met een weinig kritiese Philip Peters dat van het begrip "De Stal Van Galerie Mokum" het woord "stal" als uitdrukking voor het kunstenaarsbestand van een galerie een uitvinding is van Dieuwke Bakker of van een kennisje van haar, dat wist ze niet zeker meer. De uitdrukking "stal van een galerie" daarmede refererende aan een beestenboel, dateert echter uit de negentiende eeuw. In hetzelfde weinig informatieve artikel, waarin Peters uitmunt in een gebrek aan kritiek op haar gedebiteerde nonsens, claimt ze de term "Nieuw Realisme" als haar eigen verzinsel, net zoals ze tegenover mij zo vaak beweer de dat de term "Nieuwe Figuratie" haar uitvinding was.
Het begrip "Nieuw Realisme" hetzij "Neo Realisme" (later vervangen door het in de sixties veel vuldig gebezigde "New Fig") hanteerde de kunstkritiek al ver voor de tweede wereldoorlog toen me juffrouw Dieuwke Bakker nog niet was geboren.
De opmerkingen van Dieuwke Bakker over het hyperrealisme c.q superrealisme zijn zo onnozel dat het onnodig is om hierr verder op in te gaan.
In verband met een gesprek over het beleid van Galerie Mokum dat ik in 1971 met drs. Jan van Geest voerde merkte hij heel juist op dat kunsthandel je reinste oplichterij was. Het leidde tot een verwij dering tussen Dieuwke Bakker en bovengenoemde doctorandus, die in een huwelijk vluchtte mert de ex-journaliste Betty van Garrel, nadat zijn eigen vrouw zelfmoord had gepleegd.
In mijn dertigjarige kunstenaarsschap is het mij voornamelijk opgevallen dat door de galerie eigenaar de kunstenaar hetzij de kunstkoper wordt opgelicht . Meestal beiden.
Het esoteries geleuter van Dieuwke Bakker in het artikel van Peters over de " vierde dimensie" die ze zou hebben ontdekt in het werk van haar schilders zal ik maar helemaal buiten beschouwing laten als niet relevant voor een kunstkritiese benadering van haar zakelijke en kunstzinnige aktiviteiten.
Geldwolf Dieuwke Bakker noemt de tiepiese "Mokumkunst" (aanvankelijk schilderijtjes op gordijn ring formaat van poppenmoedertjes of viswijf met mandje eieren op schoot waar Teun Nijkamp een vertegenwoordiger van was. Teun Nijkamp had negen jaar psycho analyse achter de rug en nog steeds last van gekte. Als intrigantw as zijn rol al gauw uitgepseeld . vervolgens vertrok onze miskende kunstschepper naar een plaatsje in Zeeland ) helemaal geen financiële, maar een "psychiese investering" is.
Ze vergeet erbij te vermelden dat de klant voor deze "psychiese investering" veel geld op tafel moet leg gen en het nog heel onzeker is of hij er ooit iets aan rendement uit krijgt. Fervent kunstkoper Sjouk Stigter klaagde tegenover mij over het gebrek aan enig rendement van de door hem aangeschafte Mokum kunst. Sjouk was een van de tegenstanders van mijn werk binnen de galerie. Achter mijn rug om maakte hij de nodige antireclame tegen mij en mijn werk.
In 1976 kwam Dieuwke Bakker op mijn tentoonstelling in galerie Bouma in Amsterdam. Dieuwke was nogal geagiteerd door het feit dat ik een drie delig pak droeg, antracietgrijs met een krijt streepje, een zwarte paraplu en een bolhoed. Kleding waarmee veel figuren op de schilderijen van Magrritte waren uitgedost. Het was de tijd dat al dat artistiek uit zijn ogen kijkende kontraprestatie schorriemorrie in blauw spijkergoed rond liep naar voorbeeld van Jan Cremer. Nou, daar ben ik vanzelf sprekend al veel te sjiek voor. Mathilde Willink was ook op mijn opening en gedroeg zich zeer onwelgevoegelijk door haar rok voor mij open te slaan en haar poes aan mij te tonen want ze droeg geen slipje, maar een doorzichtige maillot. Ik houd al helemaal niet van zulke platvloerse aanhankelijk heidsbetuigingen, dus ik keer de mij zonder iets te zeggen om en weigerde haar verder te woord te staan. Bovendien heeft half hip Amsterdam de poes van Mathilde Willink in al haar glorie mogen aan schouwen.
De volgens niet nader te noemen bronnen uit Kennemerland nymfomane eigenaresse van de Galerie in de Runstraat Els Bouma nodigde de kunstenaars en enkele andere aanwezigen uit om te gaan eten, maar ze maakte duidelijk dat het niet de bedoeling was dat Ina en ik mee gingen. We zijn toen naar het huis van Dieuwke Bakker aan de Bloemgracht gegaan en zo werd het toch nog gezellig, want Dieuwke was een gulle gastvrouw, een prettige eigenschap die ik toen niet ten volle waardeerde.
Het is een lang volgehouden mythe door Dieuwke bakker dat zij vanaf de eerste dag dat zij haar galerie aan de Amstel opende reeds voor de realistiese schilders koos.Het eerst jaar stelde zij werk van abstrakte schilders tentoon o.a. het priegelwerk van mijn homosexuele ex-klasgenoot van het chris telijk lyceum te Amsterdam Thommy Gerardsz, die jammerlijk omkwam door de zoveelste zelfmoord poging. Ik hoorde in 1974 van zijn jeugdvriendinnetje Elsje S. dat hij op elk feestje van Leidse Pleiners wel zijn kop in een gasoven stak om aandacht te trekken ter verhoging van de feestvreugde. Zijn ouders waren vergast in Auschwitz en zo zien we weer eens hoe de ene mislukking de andere opvolgt.
In Vrij Nederland van 7 juli 1984 noemt Henk Romijn Meijer zichzelf de oudste en trouwste klant van Galerie Mokum.Merkwaardig genoeg zag ik Henk Kletsmeier tussen 1964 en 1972 en 1974 tot 1978 slechts drie keer totaal in de galerie. Hij muntte uit in stil zwijgen. Soms ging hij met een klein bloknootje naar het toilet om iets te noteren. Ik hoorde later dat hij de conversatie tussen de kunste naars afluisterde om die te gebruiken voor zijn flutboekies,die niemand las. Zijn hele oeuvre was bij firma de Slegte voor een paar knaken te krijgen.
Zeer frekwent is Henk Romijn Meijer dus niet in Galerie Mokum geweest en ik kan dat met zekerheid zeggen omdat ik er in bovengenoemde jaren minstens drie keer in de week kwam en des avonds geregeld etablissementen met Dieuwke Bakker en Michael Podulke, haar vennoot, bezocht tot in de vroeg ochtend.
De larmoyante toon van het van Gerard Kornelis van het Reve nagebauwde proza van Henk Romijn Meijer, overlopend van snotterend zelfmedelijden heeft mij nooit kunnen boeien. Hij was ook altijd met hoofdpijn, vertelde hij mij eens. Hij vond het een teken van zijn genialiteit. Zijn inkt bestond uit lauwe, brakke tranen. Zijn machteloze pen is het geslachtsdeel van een im potente kastraat.
In het V.N,. artikel ter nagedachtenis aan Dieuwke Bakker schrijft Henk Romijn Meijer:"Het Stedelijk Museum, dat de stad Amsterdam niet vertegenwoordigde, evenmin als het land waarin de stad was gelegen. Het Stedelijk Museum likt de hielen van het buitenland in plaats van een voorbeeld te stel len.’’ Wiens hielen Henk zelf likte is onbekend of het moeten zijn eigen achillespezen zijn.
" Bij de opening van haar nieuwe galerie straalde ze," schrijft allesweter Romijn Meijer, maar vergeet te vermelden dat de gouden tip voor haar nieuwe lokatie afkomstig was via mijn echtgenote en mij. Ook Dieuwke Bakker vergat dit feit te noemen tegnover haar "jongens," de kunstschilders die net als ik (tot 1973), vast verbonden waren aan de galerie. Aanvankelijk zag Dieuwke Bakker niets in de zaak tegen over de Universiteit van Amsterdam en moest ik haar overtuigen dat een bijzonder koopkrachtig publiek juist langs de Oude Zijds Voorburgwal dag in dag uit voorbij trok. Het "toeval" wil dat mijn vader heel kort een winkel naast Galerie Mokum had in 1949.
Tussen 1968 en begin jaren zeventig zat Dieuwke Bakker ieder jaar in de periode dat de blaadjes gingen vallen in een psychiatriese inrrichting. De eerste keer was tijdens een groepstentoonstelling in 1968 waar ik aan mee deed. Als Dieuwke afwezig was werd er totaal niets verkocht. Haar vennoot zat de hele dag te zuipen, te boeren, scheten te laten en dat stootte klanten af. De tweede keer was mei 1969 toen ik mijn eerste en enige eenmanstentoonstelling in de galerie had. Weder om:Dieuwke niet aanwezig, niets verkocht. Ze had mischien een grote bek, een onaangenaam karakter en weinig kennis van kunsthistorie en al helemaal geen oog voor kwaliteitskunst; verkopen kon ze.
In 1968 poogde Dieuwke Bakker de Engelse kunsthandelaar Jimmy Macmullen het hof te maken.Hij was een notoire homoseksueel en stuurde na haar schriftelijke avances een kaartje met de tekst: "Dieuwke, Please send no more cards!" Najaar 1968 kwam Macmullen nog een keer naar Galerie Mokum en vroeg of ik zin had om de nacht door te brengen in het Amstelhotel in zijn bed. Ik had er niet veel zin in om met de zwetende dikzak de nacht door te brengen.
"Within a few weeks I’m gonna get married!" zei ik beledigd tegen hem.
" Ooh, that does not matter! That’s your problem! I know you would enjoy it to be fucked in your ass all night long!" zei hij tegen mij overmoedig.
Michael Podulke vroeg me waarom ik niet in ging op de wens van de Engelse homoseksjuweel.
" Omdat ik hem niet alleen weerzinwekkend vindt maar ook geen homoseksjuweel ben! Daarom niet! En een dronken homoseksueel is helemaal een remedie tegen de gelijkslachtelijke omgang!"
"Dat geeft niets. Je zou het altijd eens kunnen proberen! Zo erg is het niet! Misschien houd je er wel een tentoonstelling aan over in de Obelisk Gallery in Londen," zei Michael,die van alle sexuele markten thuis was en als paracommando in de tweede wereldoorlog gedropt was op de Filippijnen en met zijn maten soms een geit neukte.
" Ik ben niet te koop zoals Teun Nijkamp, Michael, dat zou je zo langzamerhand toch moeten weten!" zei ik kortaf.
Juni 1969 reed ik met de latere Meester vervalser GeertJan Jansen, Chris van Geest en de stomdronk en Jimmy Macmullen het hele land rond in de Jaguar E-type van Chris. Jimmy poogde mij al gauw in mijn kruis te grijpen en mompelde iets van "Gorgeous" tegen me en wilde me recht op mijn bek zoenen. Ik weer de de avances af. Aan GeertJan vroeg ik wat Gorgeous betekende.
" Zoiets als lekker stuk!" grinnikte GeertJan. Laat in de avond reden we naar verzamelaar Pijnenburg die als de eerste de beste proleet aan kwam zetten met een grote houten doos sigaren die hij met een leren riem om zijn hals had hangen alsof hij een serveerster in de bioscoop was. We reden nog even langs het ouderlijk huis van GeertJan, onder architektuur gebouwd door Oud, een tijdgenoot van Rietveld. Voor de zekerheid ging ik op de terug voor in de auto zitten. Een beschonken Jimmy viel achter in de wagen in slaap. Vroeg in de volgende ochtend was ik weer thuis.

FRED VAN DER WAL;IK GEEF MIJN INTERVIEWS IN BOBBEJAANLAND

FRED VAN DER WAL;IK GEEF MIJN INTERVIEWS IN BOBBEJAANLAND
Fred van der Wal: “Ik geef mijn interviews bij voorkeur in Bobbejaanland, doorgaans gekleed in sexy da meslingerie en geschoeid op die moderne leest van knalpaarse pumps met torenhoge hakken, aangeschaft bij Hans Jansen, dan kan ik namelijk van uit mijn verheven positie beter op de o-zo-gevoelige in- en in be gaafde provinciale Friese culturele collegaatjes neer zien, want waar hun plafond eindigt, begint toevallig godtsijdanck wèl net mijn vloer! En als dat geen toeval is, want de naam des Heren gebruik ik niet zomaar!” Ik mag mij als kunstenaar graag een vunzig grapje permitteren, want ik sta toevallig niet met het schaamrood op de kaken voor de klas van onbenullige lagere school leerlingetjes ener school met den Bijbel, zoals dat net met overheidssubsidie verbouwde christelijk gereformeerde terreur instituut “De Kwel” in Nijeveen, waar één van mijn ex-verloofdes, de snelle juf Els Kneuter dom het schoolkoor “De Kwelnootjes” op vrijdag kundig leidt bij het psalmzingen op hele noten, alhoewel ik mijn geachte, o-zo-gevoelige kunstzinnige Friese ex-collegae ook niet veel hoger in schat. Niet om aan te horen! Daarom sta ik op de achter flap van mijn eerste novellenbundel met een BeHa over mijn oren getrokken, de gewatteerde cups bij wijze van oorwarmers èn geluiddempers, want wie niet horen wil moet voelen en het leven blijft een elfstedentocht zonder finish. Ik ben namelijk wie ik ben. Een man ohne doppelte Boden maar wel van knuppel uit de zak wie er mee doet. Wie mij ziet, ziet mij en wat ik doe, doe ik. Duidelijker kan het niet. Eenvoudiger ook niet. En wat juf Els betreft: Eens een schoolmeester, altijd een schoolmeester. Schoolmeesteressebloed is nog erger dan wijwater of de giftige rode inkt waarmede zij zo gaarne onvoldoendes uitdeelt en stre pen zet. Ik geef mijn interviews om die reden bij voorkeur in Bobbejaanland, geschoeid op pumps met torenhoge hakken, weer bestendig gekleed in zwarte naadnylons van 15 denier, de prangende jarretelgordel met strass steentjes opgeleukt, een doorluch tig tanga slipje om het allemaal even fris te houden en nog doorluchtiger doorkijkbustehouder met een geborduurd roosje tus sen de cups, van mijn eigen huismerk “just for fun” vol omgezoomde speelopeningen, alsmede een strak aangetrokken dicht ge gespte brede, adembenemende zwart lederen band om mijn hals waar op een naamplaatje met ingegraveerd de naam Magdale na, moeder der smarten, want ik heb net als Hennie Huilman niets te verbergen ten aanzien van mijn ware, volgzame aard en dat kunnen weinigen mij na zeggen in evangelieland. Je moet je als kunstenaar profileren en de medemens zo nu en dan een feestje aanbieden in het leven, want anders gaat men naar een andere kunstartiest en Gotsaljebewaren als je bij Henk Helman tel in W. uit komt, want dan sta je sowieso een middag lang op een droogje. Ik versta de mensen op straat in Parijs beter dan in Friesland en leef mijn gehele leven al all out in the open (Engels), omhangen met mandolines, joekelulles, banjos, mirletons, mondharmonicas, trekzakken, bluesharpen, elektrische guitaren, lampions en rare feestmutsen en dat alles overdadig versierd met kleurige kwikken en strikken gestikt op mijn exclusieve dameslingerie. En krijg ik een godvruchtige E.O. schoolfrik van de vrouwelijke kunne op bezoek in d’r terminale fase, zoals mijn griffermeerde vriendin, de bekende World Servant Els D., die zwaar brillende goed gevulde Balkanstoot uit Meppel –of all places- met haar dikke, opgezwollen, couperose, Prednison hoge bloeddrukdrankkop, zonder haar brave Hendrik, dan prijs ik mij gelukkig dat deze beker aan mij is voorbij gegaan sept. 1965 en trek onvervaard een sixpack pils open en lul er doodgewoon dwars doorheen, want als iemand niets mee te delen heeft is ie bij mij aan een goed adres…zo iemand verdwijnt op volle toeren door de draaideur van mijn turbulente bestaan ins blaue hin ein, weet U! Ongeveer als Berend Botje, maar dan weer anders, meer met een turbotietvaart van jewelste, dat wel, helemaal aan de moderne tijd aangepast. Het leven an sich een kankerzooi? Welnéé! In mijn beginperiode als artiest, zo pak ‘m beet van 1965-1978, werd ik in Amsterdam geprezen en gevierd door de pers dat het een lieve lust was. De loftuitingen konden niet op! Plakboeken vol. Toch werd mijn werk toen flink verkocht. Geld, drank, veel drank en vooral lekkere wijven. Mijn kast hing vol konijnen bontjassen en dameslingerie voor eigen gebruik. Bouwvakkers vanaf de hoofdstedelijke stijgers floten mij na, riep en: “lekker wijf”, als ik voorbij kwam en dan liet ik het niet na enkele lieftallige kushandjes in hun richting te werpen waarop zij onmiddellijk naar beneden wilden klauteren om het te gaan uitvechten, maar dan was ik al weer verder. Er zijn toen door un derground fotografen ook heel wat glamourfotos van mij genomen in mijn lingerie en als U belangstelling heeft stuur ik die per kerende post toch even op, Greta Garbo is d’r niks bij, want ik schaam mij bijna nergens voor. Zodoende at ik met de mijnen drie, vier maal per week op de chique sociëteit Arti et Amicitiae te Amsterdam en liet mij de tien gulden schotel smaken. Heel veel fijn gristullukke collegaatjes uit die tijd hebben financieel heel wat aan mij te danken en zijn mij om die reden gaan bestrij den. Voed je varkens dan krijg je spek, voed je een fijngristelijke collega dan krijg je drek. Later, in ’t noorden des lands, temid den van een voornamelijk onbehouwen, vijandige, boertige, hufterige Friese bevolking, verkeerde die ademloze bewondering om in felle kritiek, geuit door linksharige collegaatjes en gefrustreerde pennelikkers van de Leeuwarder Courant. De kritiek heeft mij koud gelaten alhoewel ik in 2001 toevallig wel miljonair werd en dat kunnen zij nog steeds niet hebben. In onregel matige interviews en ingezonden brieven verweerde ik mij duchtig en schreef een collegaatje nog een tijd geleden, juli 2002, vlak voor we voor goed naar Frankrijk vertrokken naar ons immense huis: ”Foei, foei, foei, wat zijn velen van enig aanzien of ontwikkeling in het histories onderontwikkelde Friesland me toch kleingeestig, zo vol van een wurgende benauwenis en buiten gemeen benepen van uitzicht door gebrekkige scholing en slechte kennis van de Nederlandse taal èn gangbare zeden.“ Ik heb er van zelfsprekend diepe minachting voor, zoals al die eigentijdse maatschappelijke verschijnselen bijv. het homohuwelijk, waar ik voorlopig nog niet aan toe ben, alhoewel…! Een echte man houdt ook van mannen, dat natuurlijk wel. Er gaat niets boven een atletiese man in bed! Nu moet iedereen vooral maar roeien met de riemen die hij/zij ter beschikking heeft en dat ze vaak zo kort zijn als pollepels kunnen we niemand ten volle kwalijk nemen, maar opschieten doet het niet. Er zijn heel wat Friese collegaatjes met heel korte riemen, scheerriemen of kromme riemen, hetzij riemen uit waaibomenhout die geen wind kracht 12 doorstaan. Stelt U dat eens voor; roeien met kromme riemen of afgeknapte riemen, dan sta je toch raar te kijken op je surfplank midden in de Atlantische Oceaan als je aan wal wilt komen met je softenon armpjes! Ik ben natuurlijk geen lid van een provinciale artiestenvereniging of een maritiem gezelschap, alhoewel ik met de vroeger zo sympatieke surrealistische schil der Chris van G. in 1976 op uitnodiging mee voer op een boot van de Amsterdamse havendirectie tijdens Sail Amsterdam, noch maakte ik ooit deel uit van de be manning van een reddingsboot uit de tijd van de griffermeerde houtkop Klaas Toxopeus, die mensenredder en toch heb ik weet van pompen of verzuipen! Ik heb ook niet erg veel verstand van het kunstenaarsplant soen, daar bij het rozenprieel gelegen in het Vondelpark, waar mannen zich op onkuise wijze tot mannen in hunne niet te stil len wellust bekennen na zonsondergang en de wijze van Sodom en Gonorrhoe met een gulle greep opgang maakt gelijk de zon tijdens de wolk’loze zomerperiode in Holland hoog aan de hemel zijn baan onverstoorbaar trekt als de gesteven geslachten der liefhebbers van dezelfde kunne in malkanders roze gekleurde vibrerende handpalmen. Van trekkenstein dus. Niets op tegen, maar waar blijft de romantiek? Een vingerwijzing naar omhoog, die geheven eroszwaarden en daarom een teken des tijds! Ik onderhoud om die reden geen relatie met de Friese of ingristelijke kunstenaar, want die wereld lijkt nog het meest op de hogere echelons van de partij van de arbeid, wanneer er weer een paar poten onder andermans stoel kunnen worden weg gezaagd. Gif tige roddels, gore kutstreken en gemene achterklap zijn niet aan mij besteed; daar wil ik mij niet mee bemoeien, daar sta ik bo ven. En of meneer Diederick Kraaijpoel hetzij die fijne griffermeerde meneer van Seventer uit Groningen mij met alles dwars boomde, doet mij nog steeds niets, want ik ben nu eenmaal geen gepensioneerde, gefrustreerde ex-tekenleraar met pretenties die boekjes van Tom Wolfe plagieerde (o.a The Painted Word) met weinig interessante ontboezemingen over het vaderlandse kunstwezen of een karakterloos iemand die de geheime griffermeerde pornoverzamelaar prof. H.R. Rookmaaker na papegaait, want dàt zal mij pas echt worst wezen. Zo kon ik bijvoorbeeld geen lid worden van de Noordelijke Realisten en is mijn werk geboycot door zelfs de meest onbenullige galerietjes op het platteland, alwaar de eigenaren met paardestaart of Youp van ’t Hek bril zich wel heel bijzonder wanen, maar wèl heb ik de tieten van de bekende mode ontwerpster Sophie van Cleef mogen aanschouwen in al heur glorie, daar was zij heel gemakkelijk mee, zoals menig beoefenaarster der textiele werkvormen, hè, Catharina S. Niet dat ik de enige ben, maar toch; ‘t was me een schouwspel…! Adembenemend, die tepelhoven, maar niet voor lang. Zo ik al iets ben; ik ben en blijf een unverfroren tepelliefhebber! Die gevoelige uiteinden van man en vrouw zijn aandachtspunten an sich! Fascinerend, ‘t menselijk lichaam! En altijd weer handig om reserve wasknijpers op te zetten bij het ophangen van de bonte was! Ik heb haar (S. v. C.) toen onderdehand nog even terloops mogen wijzen op de inherente onbe nulligheid van Friesland met zijn niets zeggende inwoners en dat heeft zij zich ter harte genomen, want ze is na veel tegen werking van provincie en gemeente in de negentiger jaren spoorslags vertrokken naar een tropisch eiland met medenemen van een boerenlul om d’r tuintje te laten ploegen en bewateren. Kunstcritici: Práát mij er niet van! We hebben zeker vijftiendui zend kunstbeschouwers en dan wil ik het nog niet eens hebben over die tienduizenden kunsthistorici die de hele dag uit d’r lui zullie d’r neus lopen te vreten, want dat is helemaal tuig! En die beide categorieën hebben zich vierkant van God los gezongen in het kader van hun dienende taak, die zij niet willen of niet kunnen volbrengen. En dat is? Het informeren van het lezers- èn kijkerspubliek. Integriteit speeelt geen rol onder de dames en heren krietietsie. En dan ben ik als rasartiest gelijk uit geluld, want dan open ik de aanval frontaal met een knallende mawashigeri jodan als ex- karateka. Vol op het oor natuurlijk met de wreef van de voet, zodat de trommelvliezen van de getroffene naar buiten spatten als paarse kauwgummi ballonnen. Dat komt door mijn gigantische betrokkenheid bij het vak. Ik heb een warme persoonlijkheid, zeggen ze. Dat ik nooit ben onderscheiden met een beurs van WVC doet mij niets. Elke handwerkjuffrouw uit Zeist kan op kosten van het ministerie schier onbeperkte vakanties door brengen in New York, maar een kunstenaar die er werkelijk toe doet, zoals Fred van der Wal, van huis uit toch al een genie, wordt niet beloond omdat in de juries middelmaat alleen de middelmaat herkent. Men kiest voor de GGD. De grootste gemene deler. Een beurs of een prijsje is dus het pijnlijkste wat er bestaat. Ik heb altijd mijn eigen baan ge trokken en die persoonlijke stellingname heeft mij minstens acht ton gekost aan mis gelopen opdrachten en subsidies omdat ik weiger met de collegaatjes mee te praten als ik het er niet mee eens ben. Toch ben ik niet helemaal een stalen Jezus van gewapend schok beton. Het is bij elkaar gesprokkeld brandhout waar op ik mijn welgevulde vleespotten kook, net als in Egypte indertijd (zie Exodus) en verder is het anderhalve man en een baardekop wat de klok slaat en de rest houdt ook niet over in het Friese artist enplantsoen. Zonder dat zij het zelf weten zijn het allemaal heel zondige, kwaadaardige, bekrompen mensen! De weg naar de hel, hè! Mijn kunstenaarschap is bijv. geen vrijblijvende vrijetijdsbesteding op de goed geïsoleerde, c.v. verwarmde zolder van een nieuwbouwrijtjeswoning in de Vinex. Ik zit ook niet in de wereld van de goed geoutilleerde erotiese massage salons. Mijn hele artistieke attitude is niet alleen een way of life, maar ook een manier om reacties uit te lokken. Laat ze maar wakker wor den die gesubsidieerde collegaatjes. Ingedommelde zuigelingen die zich met hunne tevreden tandeloze zuigmondjes wanen in een wereld van roze baby talk, slechts begrensd door de rand van de wieg en de rammelaar als roeptoeter. Begrijp het toch. De artiest die U hier toe spreekt is een gigantische steen des aanstoots en een ieder zal hem moeten heffen, edoch zich er helaas regelmatig aan vertillen en deerlijk verwonden! Net goed! Men kent de maat van zichzelve weer eens niet in de artistieke sien. Ik ben een kunstenaar wiens werken nu al de decennia overleven. Wist U dat al mijn tussen 1968 en 1977 door het Rijk der Nederlanden aangekochte tekeningen, schilderijen en grafiek de erecode BCW (Bijzondere Culturele Waarde) dragen? Ik kreeg van de week nog een brief van de mij zeer toegenegen, succesvolle, aantrekkelijke kunsthandelares Janna van Zon, die ik sinds 1969 al ken en mij nu schreef dat mijn beeldend werk internationale allure heeft en zo is het ook, dat heeft zij heel goed en heel scherp gezien! En of ik daar blij mee ben, want ik heb haar altijd hoog gehouden! Kom er maar eens om! Wat zou ik vergramd zijn? Oj? Ik sta nog steeds voor de volle 100% achter de standpunten van Dieuwke Bakker van Galerie Mokum! Ja; er is alle reden voor jaloezie onder de gristelijke kunstenaars van Christian Artists of het griffermeerde Art Revisited! Ze heb ben op zijn best een haat liefde verhouding met mij, omdat ik de W.F. Hermans ben van het schilderkunstig realisme. Weet U wat de fijngristelijke, gniepige collegaatjes het liefste zouden willen? Rusten in mijn derde oksel, de middelvinger diep tussen mijn glad geschoren, gezalfde, geparfumeerde billen gepriemd als drijfanker, maar die plaats is helaas niet meer vacant: ik heb namelijk meer gegadigden in mijn balboekje staan en dat heeft niets te maken met een eventuele twijfelachtige serostatus of een sexuele afwijking, want ik ben kerngezond en hyperpotent. Zonder aantoonbaar recent gezondheidscertificaat komt er bij mij uit voor zorg niemand meer in en dan nog eis ik ter preventie een gasmasker, kniebeschermers, latex werkhandschoenen, desinfecterende spray, een kunststoffen, knalgele valhelm met brandende mijnwerkerskoplamp voor onder de dekens bij het gy naekologies grot onderzoek! Die ingezonden brieven, die ik tussen 1983 en 2001 schreef? Vol van wijsheid en genade. Ik ben geen roomsgeel vla flipje. Ook geen Maria alhoewel ik best een paar keiharde hormoontieten cup dubbel D zou willen hebben als het even kon en kasten vol sexy dameslingerie, inclusief regelmatig een grote doorsmeerbeurt van een goede minnaar van het atletiese tiepe, die van een partijtje actief stevig anaal neuken houdt. Toch wordt er ondanks alles op de diverse kunstredac ties bij het horen van mijn naam nog wel eens van schrik een bureau omver gekieperd, een salvo uit een Ingram machine pis tool op een Velux dakraam bij nacht en ontij gelost, door mijzelf een computer uit de muur gerukt en neuriënd door het ven ster naar buiten ge worpen, want als je in de huidige maatschappij niet duidelijk voor je eigen rechten op komt als metrosexue le man blijf je als niet gesubsidieerd kunstartiest nergens. Ook dit ligt meer in de komische sfeer, dan dat er van directe bedrei ging sprake was al moet men het niet al te bont maken want dan wordt het menes en kunnen de graftakken alsmede een stem mig boeket vol van de onberispelijke leliën des velds met een pakkende tekst op witte linten met gulden letters besteld worden. Koffie voor toe met een banketstaaf graag. Mijn gelovige collegaatjes verwijten mij altijd dat ik niet bepaald een hoge dunk heb van mijn medemensen, maar dan zal ik U eens vertellen over die t.v. uitzending die ik pas gezien heb op een zondag och tend om negen uur van uit de Crystal Cathedral. Daar word je van binnen helemaal warm van als Dr. Schuller begint te spre ken, dan denk je van; gotverdomme, wat is dat toch goed, hè, wat zitten de mensen van nature toch prima in elkaar die daar zit ten, allemaal brandschoon en net van onder de douche vandaan, de derde oksel gedesinfecteerd met Chanel Égoïste en keurig gekapt, die schaambos, de scheiding in het midden. Als ik met Els D. in de griffermeerde kerk zat in 1963 dacht ik altijd: In de kerkbank is het beter één mossel in de hand dan de lucht van tien als ik de kerkgangsters rook die zo vol puur natuur waren! Vol van enthousiasme lekker mee zingen, dat gevoel voor de ambiance ook, de bloemen, het mooie weer, de humor, die kin derlijke blijheid an sich, die van de beeldbuisdominee af spat. In één woord geweldig! De keerzijde van dit alles is de haat en de nijd van de buur man drie hoog achter in de Kinkerbeis te Amsterdam die een walmende Opel Kadett van zeventien jaar ge leden rijd, terwijl de man van zij (dat kankerwijf) van één hoog in een Peugeot 306 met open knalpot en rammelende ver snellingsbak van vijftien jaar geleden zich voort beweegt met rook pluimen van verbrande olie achter zich van hier tot Schin op Geul. Weet U: dat is pas het ware leven en een lekkende pakking meer of minder maakt niets uit. Een en al brokken tragiek op wrakke balkonnetjes met kratten hoofdpijnpils onder het uitgelubberde onwelriekende zitvlak van de rotan stoel. Ik heb daar grote compassie mee, met die onderuit gezakte opblaasbare zitzakken met lekke ventielen, maar nooit voor langer dan een minuut of zo, want het is niet die maatschappelijke klasse waarmede ik mij gaarne encanailleer of besmeur. Men wil niet an ders in die volksbuurten, anders hadden ze zich vanzelf wel in het leven gebeterd. Maar goed, zulke mensen moeten er ook zijn, al was het maar om de variatie mee aan te geven en de dranklokalen te bevolken of de geriatrische- hetzij klinieken voor geslachtsziekten, maar ook om het buro voor drugsverslaafden mee op te vullen. Ik wil niemand hard vallen, ook niet die do zijnen die gemene praatjes over mij hebben rond gestrooid of onze overburen tegen ons op stookten met leugens, want waarom zou je. En niet iedere artiest kan wonen in een huis van dertig bij tien meter op een kavel van een hectare of zes, want verschil moet er zijn en om op een nieuw bouwkutkaveltje te huizen zoals mijn door de onderwijsinspectie zeer gewaardeerde ex-klasge nootjes te Meppel en omstreken of de artistieke collegaatjes, nou, nee, daar bedank ik dus voor. En als er al eens onmin is geweest met een provinciale galeriehouder dan heeft het beslist niet aan Fred van der Wal gelegen, want welk normaal mens begint een galerie op het Friese platteland? Els B.? Pieter W.? Jeanne v.d. H.? Kennen we die dan? Welnéén! Waar praten we eigenlijk over? Ik zeg ‘t mijn overleden grootmoeder – God hebbe haar ziel, maar dat is niet zeker- met liefde na: “Ach, kind, wat jámmer van de tijd van al die mensen met al hun mensenwensen, waarom maken zullie toch altijd weer zo’n ruzie en mat schudding met malkander, het leven is veels te kort vanzelf, dat doet toch alleen maar stof op waaien op je longen en voor je het weet heb je de kanker op je ballen!” Het dierbaarste wat ik bezat, mijn twee begaafde broers, ben ik aan de dood kwijt ge raakt. De een verongelukt op Ibiza, met de zilver gespoten Harley tegen de bus op, nadat ik hem de luukse edietsie van “Wal ging” van Sartre had uitgeleend, de ander dood geknuppeld door een op hol geslagen junkie die net niet op tijd zijn shotje had gezet in een Haarlems portiek, al waar hij net met een liefdesvriend aan zijn gerief aan het komen was. Modern Times, hè! Ik heb onze dochters toen maar mee genomen naar hun graven en ze gewezen op de noodzaak van een fatsoenlijk leven te leiden om ze vervolgens beurtelings uren lang hard op uit de Schrift laten voor lezen; Openbaringen dertien en Mattheüs 24, dat leek mij toen zó toepasselijk. Zijn Woord is nog altijd mijn vaste grond. That’s all, folks. De basis van het bestaan. En verder zijn wij als mensen niet meer dan weg geworpen papier en snotlappen. Proppen vloeipapier gedrenkt in spiritus om de kachel mee aan te maken. Mijn ex-vriendinnen? Monsters zonder waarde, die zichzelve maar eens regelmatig moet en gaan harsen en die plumeaus onder hun oksels eerst eens moeten fat soeneren, want dáár ben ik niet van gediend bij het stof af nemen. In de vakan ties gaan wij graag met de Porsche of op de tandem naar een derde wereldland of de Oekraïne, om die autochtone medemens en aldaar van heel dichtbij te bekijken en de slums te bezichtigen, waar je de mensen met een halve scheet en een knikker al ge lukkig maakt, want de digitale video is niet voor niets mee genomen om al die blije gezichten vast te leggen als we langs ko men en vooral om ons zelf na afloop weer veel beter te voelen. Dan weet je weer; armoede houdt netjes. En de vrouwtjes zijn daar van acht tot tachtig voor een pijp drop te neuken in alle rangen en standen en kleuren van de regenboog, dat zal je de kop echt niet kosten, hoorde ik van een uitgetreden lid van de Pinkstergemeente te H. Ik heb gelukkig een veel bewogen jeugd ge had, die zo dramatisch was dat weinigen daar aan kunnen tippen. Ik ben namelijk in mijn leven maar liefst vijf keer aan een voortijdige dood ontsnapt. Een oom wilde mij verzuipen als kind, omdat hij impotent was. Prima reden uiteraard! Mijn zuster en broers zijn stapelkrankjorum geworden, beklagenswaardige psychiatrische gevallen, niet te houden, suïcidepoging na suïci depoging, het wou maar niet lukken en uiteindelijk het afvalputje in, het vangnet van de WAO. Maar ik was van zelfsprekend geen doorsneekind, dat kunt U zich wel een beet je voorstellen en een kind dat een beetje af wijkt, een genie zoals ik, tsja …dat geeft heel wat jolijt en vertier, zowel in huis als op school. Ik heb op die vreselijke christelijke kweekschool voor onderwijzers te Bloemendaal om die reden ook veel verdriet gehad van mijn medeleerlingen zowel als van de leraren en zo en werd die ja ren ook nog gezegend met een onmogelijke vriendin, een Amsterdamse, meedogenloze, keiharde, gereformeerde haaibaai, an nex asfaltbloem uit de Watergraafsmeer, een griffermeerd nest vol stennis, overlopend van theologische kutsmoesjes, geuit in plat Amsterdams, gotzijdank was zij zo geil als een kuipje halvarine, daar niet van, waar ik als keurige, reine jongeling van goeden huize niet direct van terug had en ook niet tegen opgewassen was, omdat zij door haar vorige boyfriend vanaf haar der tiende al goed doorkneed bleek in d’r bloesje en d’r ondernavelse, dus werd het van mijn kant geregeld huilen op het toilet zon der door trekken, rammelen aan de deurkruk, stampvoeten, schreeuwen, veel masturbatie ook, kotsen, stront aan de muren, mee gaan met mannen die van mannen hielden en dergelijke ongein meer als ik E. naar de trein had gebracht, want je wilde toch wat om je leven mee op te vrolijken. Ik heb toen geleerd dat de jacht op kutspek niet aan mij besteed was, maar ook die dingen hebben allemaal zo hun amusementswaarde, dus viel er aan de andere kant op zijn tijd ook weer heel veel te lachen, vooral als we in de bosjes van Groenendaal te Heemstede lagen met ontbloot onderlijf en als intro haar bustehouder dankzij mijn vakwerk met een enorme knal door de lucht vloog. Alsof je een fles champagne ontkurkte! En de rondjes rond de griffer meerde kerk die zij na afloop van een eroties intermezzo ter boetedoening in hoog tempo moest lopen van dominee Dingeman se in d’r mini-jupe op hoge hakken trokken indertijd in Meppel heel wat publiek met rolfilm Kodakboxjes tijdens de verplicht e toogdagen! Vertel mij wat! Ik stond er bij en ik keek er naar! Maar dat was voor het goede doel, dus telt eigenlijk niet echt mee! En wat Els D. betreft; ik had haar wat vaker spread eagled naakt moeten vast binden op bed en met de riem of ze zweep op d’r aantrekkelijke, geprononceerde popo moeten geven, maar ik had toen nog niet zo’n psychologies inzicht van wat de mo derne vrouw anno nu nodig heeft op d’r tijd. Al snel had ik trouwens niet meer dan één vinger en een duim nodig om een wille keurige beha met onbekende sluiting als een soort Houdini binnen een halve seconde los te gespen. Een verworvenheid die maar weinigen is gegeven in artiestenland. Het is al tijd makkelijk in de tram als je aan de lus hangt op weg naar de halte Wet houder Francken weg bij de kerk en door de bocht gaat van lijn negen bij het Tropenmuseum, waar ik als achtjarige al regel ma tig kwam en mij voor nam ooit ons verloren gegane Indië te bezoeken. Zoals al lang wijd en zijd bekend kan ik schilderen en schrijven als de ziekte, maar leuk is anders, ondanks dat zeer ruime atelier –de tonnen aan reserves, want als iemand goed ge boerd heeft– die eigen studeerkamer op het noorden. Als artiest gedij ik ‘t best bij temperaturen van min twintig bij wind kracht twaalf op de pier van Scheveningen. Het scheppen an sich is het meest ellendige wat er is op aarde ondanks mijn gerief lijke omstandigheden en die klassieke muziek, bij voorkeur Barok of Hildegard von Bingen, op de achtergrond. Of je nu kunst schilder of klassiek guitarist bent; het is om het even! Het kost ook mij gotdomme blood, sweat and tears, zeg! Schei uit alste blief! Het is een moeizame, somb’re bezigheid. Scheppen gaat van Au! Ik ben niet gelijk de golven van de zee, door klotsen tot aan den einder en weer terug, bejjebelazerd! Ik heb in veertig jaar een oeuvre uit de grond gestampt waar je U tegen kunt zeg gen en dan eis ik dat jij U tegen mij zegt. Ik heb namelijk aan niemand van de Friese collegaatjes enige boodschap maar waar deer mijn collegas van Galerie Mokum uit de silver sixties en de doldwaze socio seventies natuurlijk wel hogelijk en ben ver der een geboren Meester, maar om Meester te worden moet je eens slaaf zijn geweest en niet te kort! Je moet door het stof kun nen gaan! Op de knieën in galop op de maat van knallende zweepslagen van de Meester(es) van het Lot, want zo ik iets bemin is het wel de zweep! Héérlijk! Ik hou van dominante mannen èn vrouwen, zo lang de laatste categorie haar bloesje en rokje aan houdt want in die zompige venusdelta heb ik geen goesting! Beffen kunnen de dames sowieso wel vergeten want dat vind ik van Zum Kotzenstein. Ik houd ook niet van haring en als iets naar kut smaakt, nou, dan hoef ik al niet meer... het blaasorkest der ingewanden. De hitte des daags en de koude des nachts en alle schakeringen daar tussen leren kennen en weten dat er geen hoop is voor ’t menselijk te kort. Als iets zuivert! Alles wat ik wilde heb ik in no time gerealiseerd, dus mag ‘k niet klagen en wordt het tijd voor consolideren! Ik ben altijd gelijk in het diepe geworpen en dat vormt! Ook hier in Frankrijk zal men Fred van der Wal leren kennen van zijn beste kanten. Niet voor niets luidt mijn ijzersterke motto al jaren: “Niet goedschiks, dan maar kwaadschiks!” Het hoofd fier geheven gelijk een Romeinse Centurion kies ik maar voor één richting en wel de falanx (van langs) formatie; Voorwaarts, marsch, jong mensch! Door roeien en door ruiten, doch met mate en onder voorbehoud! En zeg vermanend naar de ander “Don’t Look back!” maar geldt dat ook voor mijzelf? Nee dus! Een Fred van der Wal laat zich bij zijn werkzaamheden beteugelen, noch bedotten door minder getalenteerden zoals die honderdduizenden lullige tekenlera ren als M.d.K.; laat die maar gauw een kind met een koperen kop krijgen, dan hebben de tekenlesboeren ten minste nog iets om de plaat te poetsen. Ik ben namelijk die ik ben en het is heel goed om met mij bij tijd en wijle uit vissen te gaan voor wie van de manlijke/vrouwelijke bisexuele kunne is en op zijn minst een beetje geil en wazig uit d’r slaapkamer ogen kijkt en voor anale erotiek in is, maar buitengewoon kwaad kersen eten als het buiten het visseizoen een heteroseksjuweel persoon van de manlijke kunne betreft in mijn schepnet en het mij even niet helemaal uit komt, zo’n close encounter of the 4th kind! Draai me gotdome geen loer, want bijloo, ik zie je en dan gaan er kwansuis sowieso koppen rollen! Voor je het weet staat de heleboel weer in de hens en dan zijn de poppen aan het dansen en ik ook! Boven op je gevoelige tumtummetje! En wie zich dan nog niet op zijn pik getrapt voelt, ja, dan weet ik het ook niet meer … die gaat zich maar fijn bij zijn chef beklagen in zijn eigen vrije tijd en met betraande ogen uit huilen op die vol gevreten, machtige Nederlandsch Christelijke Werkgeversverbondsschouder partij benevens die uitpuilende pens, de worstvormige vingers en dan, ja, wat dan…! Fred van der Wal, Leeuwarden 1989 zegt zelf: “Ik ben een heel gevaarlijk man en dat is andere koffie dan thee…!” Fred van der Wal: “Ik ben een heel, heel gevaarlijk man en da’s andere koffie dan thee, hee!”

FRED VAN DER WAL; DE OORLOG DER SEXEN

FRED VAN DER WAL; DE OORLOG DER SEXEN
De Nieuwe Spektoskopen 5 mei 2005
HOPEN OP EEN ALLES VERNIETIGENDE OORLOG TUSSEN DE SEXEN MAAR DAN OOK ZO SNEL MOGELIJK
Waarom vraagt iedereen mij naar mijn afkomst? Ik ken mijn familie helemaal niet. Ik wil ze niet eens kennen. Ik heb nooit iets met ze te maken gehad. Ze hebben me gedumpt toen ik nog geen twee jaar oud was. Ik was een ter beschikking van de regering gesteld Pro Ju ventute inrichtingskind omdat mijn ouders het verdomden voor mij te zorgen vanaf mijn eerste levensjaar. Ik ben in een half dozijn weeshuizen onder ge bracht nog voor mijn twaalfde levensjaar en ging daarna van voogd naar voogd. Daar heb ik al vroeg de tegen natuurlijke liefde ontdekt. Een eye opener, want wat twee mannen met elkaar kunnen dat kunnen ze beter dan een man met een vrouw. Sex met een man is beter dan met een vrouw.
Fred van der Wal is dan ook bepaald niet de eerste de beste; hij heet voluit Frederick Wil lem van der Wal, kunstschilder, avonturier, huurmoordenaar, schrijver, sadomasochist, bi sexueel, travestiet, informant, karateka, minnaar van vrouwen en mannen, mateloos gefascineerd door vuur wapens, oorlog, geweld, kickboksen, Oosterse vechtsporten, bizarre sex, homo- en bisexualiteit maar vooral geinteresseerd in uitheemse S.M. praktijken en foltermethodes door de eeuwen heen.
door Goris van Gasteren
Het is nu drie maanden geleden dat Fred zijn moeder (die hij nooit gezien heeft) aan de telefoon had. Hij blafte haar toe :
‘Hoe haal je het in je hoofd mij te bellen, kutwijf ! Ik ga namelijk alles publiceren. Je gaat met de billen bloot. Maak je borsten maar nat, voor zover ze nog aanwezig zijn want het stelde toch nooit een reet voor, dat waren geen great balls of fire zoals bij mijn vriendinnen Mo nique en Ya cinrtha. Ik kots trouwens op kutspek. Wat jou betreft is The executioners Song on top of the pops! You’re a dead woman ! As dead as a doornail ! Binnenkort kom ik even langs om de reke ning te vereffenen met mijn sixshooter, ouwe tang !’ sprak hij met de afgemeten stem van een necrofiele amateurdoodgraver die net een doodskist in mekaar heeft getimmerd.
‘Hoezo? Ik versta geen Engels of is het misschien Frans ?’ vroeg zij onzeker door de telefoon.
‘Ik heb een boek geschreven, teringwijf ! Een boek, als je tenminste weet wat dat betekent !’
Even was het heel stil aan de andere kant van de lijn. Hij hoorde haar ademhaling zwaar gaan. Rochelend. Daar had ze niet van terug.
‘Waar gaat het over?’, vroeg ze moeizaam tussen twee scheurende hoestbuien door.
‘Het is een autohagiografie, sloerie !’, sprak de zoon plechtig.
‘Lievezoetevrouwemaria in den Hoge! Hagiografie ? Watbewat is dat ? Heeft dat iets met Den Haag te maken of grafologie ?’ vroeg ze onnozel. Ze had slechts een jaar ulo gevolgd en werd daarna was vrouw en werkster bij een leipe loodgieter in de WAO.
‘Zoek maar op in de Dikke van Dale met je ulo verstand of vraag het bij je pastoortje na, die pik kelikkers in hun zwarte jurken weten alles’ sprak hij honend. Als kalvinist moest hij niks heb ben van rooms gezever en ouwelslikkers. Die roomsen waren te stom om voor de duvel te dansen. Het waren allemaal pedofielen en pederasten, poepstampers en reetkezers dat zag je geregeld op de televisie. De pedofi lie droop van die roomse verwaten smoelen af.
‘Kom ik er ook in voor, in dat boek van je bedoel ik?’ wilde de moeder weten. Wijven waren van nature bloedjenieuwsgierig.
‘Zijdelings. Je bent niet interessant genoeg om meer dan een halve pagina aan te wijden! Ik maak liever helemaal geen woord aan jou vuil !’, zei de zoon effen. Zij bleef zuigen en sakkeren, zoals ze gewoon was.
‘Mag ik als het uitkomt een gesigneerd exemplaar gratis ontvangen?’ bedelde ze onderdanig.
‘Nee. Betalen zal je, hoer. Je hebt al genoeg geprofiteerd van het familie kapitaal van de van der Wals, teef. Het geld dat je dankzij de dood van mijn broer hebt opgestreken is bloedgeld. Je zult nog branden in het vagevuur waar je in gelooft !’ zei hij overtuigend.
‘Ik zal je door de Stichting 1940-1945 juridisch laten vervolgen wegens schending van mijn pri vacy en aantasting van naam en goede eer als ex-deelneemster aan het landelijk ongewapend administratief theoretisch verzet op papier tijdens de bange jaren veertig vijfenveertig. Mijn eer gooit ik niet te grabbel!’ zei ze mat.’
‘Theoretisch verzet ? Eer ? Goede naam ? Heb je die dan met je gelul over de bange jaren veertig? Nogal logisch dat je ex-man je regel matig tegen de grond sloeg en dan op je in begon te trappen! Hij noemde je altijd al de vloermat waar hij zijn strontlaarzen aan af kon ve gen !,’ deel de hij olijk mee en gooide de hoorn op de haak. Daarna rukte hij het toestel van de muur en kwakte het ‘t raam uit. Het kon hem niks verdommen. Na die jaren in de TBS kliniek kon hij als serial killer de hele wereld aan met zijn goed ontwikkelde psychopatiese bloeddorst als eerste dan karate. Ze zou de eerste noch de laatste zijn die hij om legde. De met ivoor ingelegde stalen kolf van de punt 38 in de kontzak van zijn Levis jeans gaf hem een geruststellend gevoel. Het wapen was geladen met dumd dum munitie. Het liefst schoot hij zijn tegenstanders met zijn parabellum het kruis uit de broek. Wijven gaf hij zonder aarzelen een kutschot na eerst de loop van zijn wapen in d’r trut te hebben gedouwd.
‘Ik ben vervolgd, ik word vervolgd’ heet het boek. Een boek dat een einde maakt aan alle boeken. In maart 2006 komt het uit bij Intern. Uitgevers Gepher & Co. Het gaat over zijn hoogsteigen, avontuurlijke leven, driehonderd paginas lang. Op elke pagina wordt stevig geneukt. Voor de liefhebber van het realistische genre. Het begint met de bedreigde jonge jaren als oorlogs vluchte ling uit Renkum, bij de grootouders in Amsterdam zuid, net op tijd weg voor de luchtlandingen op de Veluwe waarbij zijn hele geboortedorp werd plat geschoten, daarna gevolgd door de lagere school- en puberjaren, die Fred door brengt in een politiek extreemrechts pleeggezin met een do minante grootvader, een sadistiese grootmoeder en een nog sadistieser, lesbiese tante, die hem vernedert in het gezelschap van haar vriendinnen zo vaak zij kan. Op de lange duur ontleent hij
zelfs daar zijn sekjuweel genot aan. Marjan, de zuster van Fred wordt tot haar negentiende regel matig vast gebonden op een stoel en gemarteld door de tante en oma. Sadomasochistiese praktijk en waren schering en inslag in mijn familie.
‘Het liefst had ik ze daar ter plekke vermoord, ik had zo een bijl in hun kop gerost als er geen sanctie sop stonden’, schrijft de auteur in hoofdstuk twee. Zijn moeder zal hij na zijn eerste levensjaar nooit meer zien, zijn psychopatische vader heel incidenteel. Incest en geweld, maar ook tegennatuurlijke sex zijn schering en inslag in de familie. Al op negenjarige leeftijd maakt hij met zijn jongere broer (die later door een potenrammer in Haarlem wordt vermoord als hij net op klaar komen staat in een mors ige portiek in een achterbuurt) kennis met het ware homoseksju welen leven en heeft Fred heeft zijn eerste langdurige tegennatuurlijke verhouding met een vier jaar oudere jongen uit de buurt, de zoon van de melkboer, als hij zelf dertien is en zijn potente minnaar zeventien. Als Fred nog geen veertien is bevredigt hij al een medeleerling oraal in de middagpauze op het toilet en weet dat het slikken of stikken is in het leven Hij krijgt er voor goed de smaak van te pakken. Pijpen is ‘m op het lijf geschreven. Andermans zaad doorslikken is zijn tweede natuur. Anaal geneukt worden ook. Groepsex beleeft hij voor het eerst in de Kennemer duinen op zestienjarige leeftijd tijdens een nachtelijke bijeenkomst van een ge heime Satans sekte.
Hij gaat naar school in Amsterdam zuid, aanvankelijk naar de school met de Bijbel de van Loon school, waar hij zich goed op zijn plaats voelt. In het tweede jaar als hij nog geen acht jaar is wordt hij door de dronken vader, die vloekend, schreeuwend en God lasterend mid den in het schooljaar hem uit de klas weg haalt en naar de openbare Nicolaas Maesschool brengt .Een afsto telijk bastion in Oud Zuid van door de oorlog ontwortelde volkskinderen, zonen en dochters van Jodenverlinkers, zwarthandelaren, collaborateurs, landverraders, moffen hoeren, ex NSB-ers en ex-S.S.-ers. Fred wordt een stil en in zichzelf gekeerd kind die geen vriendjes heeft tijdens de la gere school jaren. Hij heeft ernstige leer- en concentratiestoornissen. Als hij dertien is blijft het eerste jaar zitten op het Vossiusgymnasium, daarna nog een keer op het lyceum. In de kleedka mer van het gymnastiek lokaal van het Christelijk Lyceum aan de Moreelsestraat wordt hij na een gym nastiek les door zeven klasgenoten onder aanvoering van de achttienjarige Tim over een bok naakt vast gebonden en anaal meerdere ma len verkracht. Hij protesteert niet en ondergaat het inwijdings ritueel om man te worden als flegmaticus met gemengde gevoelens. Het he le school jaar is hij de sex slaaf van de daders en geniet uitbundig. Hem wordt ingeprent dat iedere jongen het ook met jongens en mannen doet. Zijn hele leven lang zal hij meer dan duizend minnaars zowel als minnaressen hebben.
Zijn grootouders die zelf niet meer dan een ulo opleiding hebben, willen hem als hij weer blijft zitten naar een ambachtsschool sturen om voor metselaar te leren. Als hij vijftien is zijn de leer moeilijkheden voor goed voorbij en gaan de vervolgstudies voortvarend als een tiet op wonder olie. Moeiteloos volgt hij de kweekschool, de kunstakademie en een reclame opleiding voor copy writer.
Fred wil naar de akademie op achttienjarige leeftijd maar dat wordt hem verboden. Ook zijn twee de keuze, de normaalschool voor teken leraren in Amsterdam wijzen zij af. In 1960 gaat hij ge dwongen door zijn opvoeders naar de kweekschool voor onderwijzers te Bloemen daal, maar hij is te weinig pedofiel om van kleine kinderen te kunnen genieten. Tijndes die kweekschooljaren temidden van saaire, brave adspirant onderwijzers en onderwijzeressen verveelt hij zich voorna melijk. Maar er zaten die eerste twee jaar ook helemaal geen lekkere wijven op. En al helemaal geen lekkere, geile, heerlijke, hoerige wijven of botergeile sletjes met de benen wijd voor de kristelijke klasse strijd. Integendeel.
Gefrustreerde, moeilijk lerende, kijvende, stijl gereformeerde, bekrompen kutmeiden met puisten koppen, krentenbaarden, in ouderwetse, ruikende kleren met ongewassen vies vet haar, die de hele dag uit hun neus zaten te vreten en te snotteren, vooral bij de godsdienstlessen.. Als ze de maand hadden stonken die besmetbakken de pot uit. Ze leden allemaal aan kutkramp.
Het zijn de jaren zestig waarin hij opgroeit. De silver sixties. Het meest spannende decennium op politiek en cultureel gebied van de twintigste eeuw. Hij ontdekt de blues muziek, het chanson, de moderne jazz van Monk, de literatuur, de schilderkunst, de powezie en de vrouwtjes. Aanvanke lijk heeft hij een relatie met een vijf jaar oudere gehuwde blonde vrouw die aan het Klein Heilig land woont. Hij moet haar afzwepen als ze in bad zit en hardhandig behandelen tijdens de sex. Al snel vindt hij zijn eigen vriendin in 1963 voor de komen de drie jaar, de gepassioneerde Els D. Ogenschijnlijk streng gereformeerd en conservatief, in bed een hete bliksem die hem de geneug ten van het gevarieerde heteroseksjuwelen leven bij brengt. Ze krijgt er geen genoeg van en scheurt hem regelmatig de broek van het lijf. Soms wordt het zelfs hem als sexuel obsede te veel. Het water in haar slipje staat hem vaak letterlijk en figuurlijk tot aan de lippen.
Niet langer leerplichtig vertrekt Fred onmiddellijk naar Rotterdam, om zich aan te melden bij de mariniers. Vechten in een echte oorlog is zijn allergrootste droom. Hij verslindt al jaren Soldier of Fortune, een twijfelachtig huurlingenblaadje. Want liever nog dan marinier zou hij huurling willen zijn. Hij zat te denken aan Zuid-Afrika. Tegen het ANC wou hij wel vechten. Nikkers de blanke superioriteit bij breng en via de loop van mijn machinegeweer. Of anders Nicaragua. Lek ker met de contra’s mee. De linkse Sandinisten en marxistische pas toortjes een voor een afknallen van uit een hinderlaag of bij hun ballen ophangen in de refter en hun vrouwen met het peleton verkrachten tot de dood er op volgt. Het gaat niet door als hij in een hippe kroeg in Rotterdam de mooie langharige Aletta ontmoet die hem mee troont naar het atelier van haar broer waar Fred in de armen van Aletta de geneugten van hasjies en losbandige, willige hippiemeisjes leert kennen. Tevens frequenteert hij samen met haar de hippe scene in Amsterdam. Paradiso en Fantasio is zijn tweede huis. De kliniek voor ge slachtsziekten net zo hard. Regelmatig moet hij bij de lullensmid in de P.C. Hooftstraat te Amster dam voor een paar joetjes weer een paar spuiten antibiotica halen.
‘Wie geen twee druipers, een trichomonas en een harde sjanker heeft gehad binnen een half jaar is geen echte man. En kut is kut zo lang er maar kut op staat. Zoals de Fransman zegt : liever een wijf met een natte kut, dan een met een natte neus !’ placht hij altijd te zeggen.
‘We hadden behalve een punt 38 snubnose revolver altijd pillen, paddos, hasj, opium, morfine, heroine en coke bij ons. En voorgedraaide joints en nog meer pillen. Uppers en downers. Aan alle avonturen lijkt een eind te komen als hij via een oudere, promiscueuze vriendin uit Bever wijk (Frieda T.) een hevige vorm van de ziekte van Pfeiffer op loopt. Een paar jaar later veronge lukt zij in haar sportwagen op de Duitse Autobahn en verbrandt levend in het wrak. Doch zijn zucht naar avontuur is voorlopig niet te temperen. Zijn intieme relaties met Els, Aletta,Yvonne, Catharina, Sarina, Nel, Marijke, Diana, Karin en Ella breekt hij af. Plotseling heeft hij na zijn zo veelste geslachts ziekte niet meer zo’n trek in openbaar toegankelijk sappig kutspek. Hij reist hij af naar de Balkan, om daar, omgeven door fanatieke neo nazi s (nog altijd mijn beste maten) met een ijnzeren kruis in de broek om van dichtbij allerlei gruwelen mee te maken en daar enthou siast aan deel te ne men. Het sexueel martelen en afmaken van jongens, meisjes, mannen en vrouwen is hem op het lijf geschreven. Geraf fineerde seksjuwelen folteringen uitvoeren op jonge mannen en vrouwen is zijn specialiteit, maar het opwindendst vind hij het anaal ver krachten van zuigelingen, jonge jongens en meis jes voor de ogen van de ouders en ze tijdens zijn orgasme wurgen waar door de anale spieren wild samen trekken in doodsnood, net als bij het kippenneuken zoals in Renkum op de Veluwe de plaatselijke volkssport was. Hij heeft heel wat kippenkutten en sappige anusjes die roosjes van vlees, mores geleerd.
Ook visiteert hij Zuid-Oost-Azië en Kenia, waar hij mede firmant wordt in een dubieuze nacht club waar de plaatselijke maffia resideert. De eigenaar en hij worden het land uitgejaagd na een onopgeloste serie huurmoorden en als hij alweer een tijdje in Nederland woont, wordt zijn broer Bobbie vermoord gevonden in een steeg in Haarlem.
Een maal terug in Nederland kan Fred in 1966 maar moeilijk een woning vinden, omdat hij platzak is en de piet met poen zo plat als een dubbeltje op zijn kant, zo staat in hoofd stuk negen. Korte tijd werkt hij als pooier en uitsmijter in hoernaksten op de wallen tot hij genoeg over gespaard heeft. Nog steeds kan hij geen geschikte woonruimte vinden.
Ja, een flat, dat wel. Zo’n betonnen zelfmoorddoos in de Bijlmer. Nieuw-Paramaribo. Bij de zwartjoekels. Net zo’n multicultureel, be nauwd, fantasieloos konijnenhok als waar zijn voormalige bisexuele minnares Catharina in Zeist al meer dan een kwart eeuw in woont, maar die staat dan ook voor de klas van een vrijgevochten moderne schoolgemeenschap en geeft economie. Maar daar had hij geen trek in. Hij houdt van gevaarlijk leven. Daar paste geen wijf met een doorsnee onderwijsbaan bij met pensioenpremie en vakantiegeld toe. Na de jaren in Amsterdam oud west en de asociale, gevaarlijke Staatsliedenbuurt waar zijn atelier gevestigd was aan de tweede Nassaustraat 8 en waar hij een moord en een paar schietpartijen mee maakt, had hij voorlopig even genoeg multiculturele schoonheid en idylles onder de drugsaddicten gezien. Natuurlijk waren de luidruchtige Surinamers ver te prefereren boven de gluiperige Arabische moslims, de Kut marokkanen of de midden Afrikaanse Sambos, maar toch. Black is black; I want my baby back, zegt die bekende pop song. Hij zou ook nooit een negerin willen naaien, want die ruik en zo sterk uit hun sleetse tumtummetje en als die een scheet laten ben je net zo bruin van boven als van onderen. Wel had hij eens een liefdesrelatie met een zwarte man. Een oermens met een lul van vierentwintig centimeter, die van geen op houden wist in bed en in het Swahili begon te kwa \ken en te krijsen als hij overvloedig klaar kwam.. Hij neukte je gewoon aan flarden. Hij werd ver schillende malen flink uit gescheurd door die zwartmens, want die hebben niet geleerd om zich in te houden, die gebruiken hun lul als bajonet, dan moest de dokter hem weer dicht naaien van ach teren voordat zijn endeldarm er weer eens een halve meter uit hing als een apenstaart en d eetter zijn mannekut uit droop. Van veel geneukt worden krijgt iedere man paarse, opgezette apen billen en een natte krent. Als het even kon woonde hij toch liever in een buurt met echte Nederlanders dan tussen de half wilde analfabete Sambos en Bimbos. Hij vond een duur benedenhuis in de vrije sector aan het Galileiplantsoen in de Watergraafsmeer. Daar woonde hij van 1975 –1978 om daarna voor vier entwintig jaar naar Friesland te vertrekken om in 2002 zich in de Bourgogne te vestigen als beeldend kunstenaar van formaat en furore maakte.
We spreken af in de serre van het Amsterdamse Okura Hotel.
Fred: Mijn moeder en zuster zijn zijn natuurlijk bang dat ik ze met kop en kont door de stront ga halen. Dat is dus ook zo. Daar zijn ze te recht bang voor want die hebben behoorlijk de beest uit gehangen. Toch besteed ik er eigenlijk heel weinig woorden aan. Daarvoor spe len zij eigenlijk een veel te kleine rol in mijn leven. Mijn beroepswerkeloze zuster is onder psychiatrische behan deling sinds d’r achtttien de, de laatste vijfentwintig jaar heb ik haar drie keer gezien en toen ge droeg ze zich zo onmogelijk dat ik maar weg ben gegaan, mijn vader zaliger heeft lang in een gekkenhuis gezeten en mijn moeder die bij de kruiszorg loopt als minvermogend minkukel schijnt ergens op een kamertje in een inrichting te zitten in Voorthuizen.
Fred ziet op tegen alle publiciteit, als straks in maart het boek verschijnt. ‘Mensen zullen denken: hé, bah, al weer zo’ n misselijk maken de gefingeerde autobiografie, net als Ik Jan Cremer. Maar daar heb ik gewoon schijt aan, want waar ik over sc\hrijf heb ik ook werkelijlkz elf mee gemaakt. Je moet wel weten dat het me altijd geremd heeft, al die ervaringen. Nog steeds word ik drie maal in de week ‘s nachts schreeuwend wakker, badend in het zweet mijns aanschijns. Ik wil namelijk niet vergeleken worden met wie dan ook. Ik heb vrij wel geen enkele band met iemand. Ik heb nooit een dag van mijn leven bij een man of een vrouw gewoond of ik had er ook wel een of meer andere lovers bij, mijn ex-echtgenote heb ik na mijn scheiding in 2004 nog maar heel af en toe gezien. Ook mijn twee dochters niet. Ze interesse ren me geen reet. Ik ben alleen in mijzelf geinteresseerd. We spreken elkaar één keer per jaar twee minuten over de telefoon. Ik heb er geen behoefte aan. Ze werken op de wallen. Verdienen een smak centen ,met hun kut. De hele tijd dat gezeik over mijn familie, ik ken die mensen helemaal niet. Ik wil ze ook niet kennen. Zo nu en dan kom ik in Holland klein kolereland en overnacht bij een liefdesvriend- of vriendin, maar that’s all. Ja, in een bed uiteraard, dan gaan we op herhalingsoefening. Even de Kama Sutra door nemen in alle rangen en standen met de ongeremde mooie Mila. Ja, ook omgekeerd in de ringen in het trapportaal’.
‘Vrienden dachten serieus dat hij zijn boek heel anders zou gaan noemen. Die snappen er geen hol van. Het lijkt in de verste verte niet op wat iemand anders gedaan heeft. Mijn boek is ook geen tijdsdocument, meer een Odyssee aan verschrikkingen en sekjuweel geweld. Ik heb helemaal geen pretentie gehad een Ik Jan Cremer van de jaren negentig te schrijven.? Niet dat Ik Jan Cre mer geen goed boek zou zijn. Ik heb er vreselijk om gelachen ; het is voornamelijk een humor boek voor gezond denkende mensen. Rommert Boonstra, de beken de Rotterdamse kunst foto graaf vond dat ik net zo iemand als Jan Cremer was, maar ik ben niet iemand die alleen maar lagere school heeft, zoals mijn familieleden en hierboven genoemde auteur.
Ik las het boek Ik Jan Cremer op mijn drieentwintigste. Mijn toenmalige Amsterdamse gerefor meerde verloofde Els D. dat takketering wijf heeft ‘t toen met mij uitgemaakt omdat ik het las. Het mocht niet van meneer de dominee, zei ze. Ook het werk van Remco Campert was toen streng verboden onder die gereformeerde kutkwezels. Wel liet ze zich door de week beffen door een collega van de griffermeer de kweekschool, dat mocht weer wel, dan deed ze haar verlovings ring even af, dan kwam die niet onder de sperma, dan was het gepermit teerd en ‘s avonds bad ze weer om vergeving bij de Heere Heere, dan was dat ook weer mooi opgelost. Ik had toen dezelf de griffermeer de streken en liet me trouwens ook niet kennen in die tijd: als ik haar naar het station had gebracht ging ik altijd om een uur of tien nog even de Haarlemmer Hout in om een one night stand te scoren met de eerste de beste aantrekkelijke, atletisch gebouwde, manlijk ingestel de homoseksjuwelen man die me aan sprak. Ik haalde mijn gram dubbel en dwars in die tijd. Overdag had ik Els om op te rossen of me af te laten trekken in een duinpan bij het Bloemendaalse strand, ‘s avonds liet ik mij rossen, pijpen, rimmen of naaien door een anonieme homo. Nee, ik heb mijn lul echt niet alleen met pissen versleten en mijn anus niet alleen maar met kakken. Daar komt wat uit, maar daar ging net zo vaak iets in, daar hebben hele volksstammen zich gerieflijk genesteld voor kortere of langere tijd. Ik ben nogal receptief. Ont vankelijk voor elk goed voorstel. Als het maar met daden onderbouwd wordt. Er komt dan wel wat uit, maar er kan ook heel wat in bij mij van jongs af aan. Dildos, vibrators, vingers, tongen, lullen. Ik houd van anale sex. Ook met vrouwen, maar ze moeten wel even hun hol goed uit douchen. In bloed of in stront aan mijn paal of mijn begerige tong heb ik geen zin. Daarom heb ik ook nooit een menstruerend wijf genaaid of gebeft. Ik ben ook nog nooit als stuurman op de wilde vaart door de rode zee gevaren. Vandaar dus. Ik laat me geregeld naaien door een dominante vrouw met een voorbinddildo. Ik draag daarom graag nylons, jarretelgordel, tangaslipje, bustehouder, onder jurk en daar over heen een kekke kokerrok met een bloesje met roesjes. De meeste heteroseksjuwelen mannen geilen op andere mannen in dameskleding. Het is verder allemaal goed gekomen met die ex-verloofde van mij; Els D., ze is met een streng christelijke sufferd uit Zuidwolde gehuwd, een Drents griffermeerd boertje met een bril en heeft daar naar goed gereformeerd voorbeeld een stoot kinderen mee op de wereld gezet. Een heeft toen nog leukemie gekregen, een ander werd beroepshomoseksjuweel. Gods wraak, zeiden d’r ouders en sloegen een kruis. Toen is ze liefdewerk oud papier gaan doen bij de World Servants in Verweggistan met die lul van d’r waar ze nog steeds mee is. Ik heb er medelijden mee. Ik lees liever een goed boek. Ook andere boeken heb ik gelezen, vooral van W.F. Hermans, Bukowski, Fante. Jan Cremers Logboek vond ik niet echt bijzonder. Zijn brieven weer wel.
Afgelopen augustus kwam Fred op het idee om zijn boek te schrijven en trok de stoute schoenen aan.
‘Ik heb er twee maanden over gedaan. In één keer alles er uitgeramd. Alle shit. Heel mijn verrotte leven. Alle tering- en kankerzooi, d esmeerlapperij, de stront, de moorden en de martelingen. Als ik aan een zin begon wist ik niet hoe die zou eindigen. Ik slikte pep om wak ker te blijven, ik slikte handen vol oxazepam om te kunnen slapen. . Schreef veertig uur achter elkaar, werd dan stapelgek en begon ding en te zien die er niet waren, brak het hele pand af, sloeg het meubilair kort en klein, gaf mijn masochistische minnares beuk, die zag ge regeld bont en bl.auw van d’r wenkbrauwen tot d’r gelakte teennagels, dan sliep ik weer een etmaal achter elkaar. Onder de douche ging ik weken lang niet. Ik werd zwaar geteisterd door de artistieke inspiratie en dat ruik je meters ver. Het begon echt te walmen in mijn werk kamer als in het apenhuis, zo’n zoetige, bedorven, geile, vettige stinkstrontlucht. Die vliegende slingerschijtstank stond als een blok in huis, dat ging in alle kleding en textiel zitten. Een moeilijk te definieren lucht. Alsof ik de hele dag met mijn vingers in mijn eigen reet had gezeten. Je kent dat wel uit eigen ervaring. Hier ; ruik maar !’
Begin oktober 2004 was het persklaar. De journalistiek was hij al lang zat. Dat zet geen zoden aan de dijk. De bladenmarkt is beperkt.
‘Ik deed wat voor diverse bladen in de seventies, maar dat be taalde niet zoveel. Ik schreef ook voor militaire neonazi blaadjes en Duitse bladen. En voor sex bladen als Centurion, Candy en de Chick. Mijn eigen avonturen. Mijn leven is toch net een porno film. Als iemand te keer is gegaan…toen het boek af was stortte ik in en kwam onder psychia trische behandeling, maanden lang.’
Zijn verhalen werden opgemerkt door een uitgever.
‘Ze hebben me in 1993 al benaderd om een boek te schrijven. Toen had ik er niet zo’ n zin in. Ik ben liever lui dan moe. Afgelopen augustus sprak ik met hem af. Ik wil die autobiografie wel schrijven, zei ik. Vond hij goed. Ik moest het opsturen. Over de eerste tien pagina s was hij gelijk razend enthousiast. Hij dacht dat hij het zou moeten redigeren, dat vond ik raar, daar begin ik niet aan. Geen kom ma mag er aan veranderd worden of ik bega een moord. Er valt in mijn werk niets te redigeren. Ik schrijf geen overbodige dingen. De ma nier waarop ik schrijf is heel direct, heel confronterend, als een rechste directe op een week papensmoel. Dat is mijn stijl, recht voor z’n raap, keihard. Marry van Lien en Jerry Piersma van Uitgeverij Gephers hebben aan het manuscript geen woord veranderd. Het is van a tot z door mij zo neergezet. Niemand heeft geholpen. Zelfs mijn ex-vrouw niet die lerares handwerken is geweest en nu met een vriendin samen leeft en de tijd van d’r leven heeft omdat ze drie maal op een dag gebeft of gevingerd wordt. Ik heb nog een keer van haar een flinke druiper opgelopen, omdat ze Jan en Alleman naaide. De gele etter droop weken lang uit mijn lul. Ik veegde aanvankelijk mijn lul om het kwartier aan de vitrage af van de kamer die ik in 1968 aan de Amstel had als atelier, boven Galerie Mokum, maar er was geen houden meer aan. De vitrage stond op de duur zo stijf als een plank in de vensterbank. De stof leek wel van triplex. Alle sluizen gingen open. En een gore lucht ! Stinken dat ‘t deed ! Twee spuiten antibiotica en ik was weer fit. Geslachtsziekten horen bij de serieuze kunst beoefening. En doorgeven die handel aan anderen onder het mottop : Flink gedonder in het vooronder !.
Fred’ s leven staat in het teken van het militairisme, de kunst, de literatuur,de vechtsporten en het verbaal geweld. Moorden, martelen en marcheren. De drie M’s noemt hij het.
‘Ik geloof in het leger en ik geloof in militaire macht. De harde hand. De knoet. De riem en de zweep laten spelen over andermans roze vlees. Dat willen de mens en. Ze vinden het lekker. Je ziet het in Kosovo, het is perfect wat daar ge beurd is. Er had al eerder, in 92 in Sarajevo, ingegrepen moeten worden. De Vietnam- en de Ko rea oorlog, maar ook de aanval op Irak komt ter sprake. Dat waren heel terechte oorlogen. Gewoon het communisme en de Islam even afstoppen. Is een heel geldige reden om een oorlog te voeren, heel geldig. Ze hadden er gewoon een zootje atoombommen op moeten kwakken, net als op het Vaticaan. Aan iedere pisbuis hangt een pater, aan iedere hoop stront een pastoor. Ik ben een anti-communist, anti-papist en anti-humanist, dat is goed voor de zwakkeren, de steuntrek kers en de arbeiders. Loodgieters zijn geilmieters en arrebeiers kolerelijers. We moeten nu ook keihard ingrijpen in Noord-Korea, vind ik. Het is een groot communisties concentratiekamp. Noord-Korea is een sekte. Net de vrijgemaakte gertefromeerde kerk op art. 31 geschoeid. Uit roei en die hap!De vlammenwerper er over heen, dat zuikvert uit ! De mensen moeten bevrijd en gede programmeerd worden en liefst met harde hand.’
Het was ook zijn anti-communistische inborst die hem in 1966 richting mariniers dreef.
‘Ik heb altijd gehoopt op een oorlog tussen het Westen en het Oosten. Daar was ik graag bij ge weest. Vechten tegen de Sovjet-Unie. Oor log, niets fascineert hem meer. In oorlog heerst totale anarchie. Je bent teruggeworpen op oerwetten, het recht van de sterkste, op jezelf. Je pakt wat je pakken kan. Wie heeft de meeste wapens en wie benut ze het best? Daar kun je toch een hele hoop mee bereiken. Wie het eerst schiet mag het zeggen. Ik schoot altijd bij voorkeur iemands ballen en lul d’r af met een lange afstands schot met high velocity muni tie, dan hoorde je ze op een kilometer afstand liggen krijsen. Als iets de vijand demotiveert ! Die denkt alleen maar aan zijn eigen ballen ! Het is het ultieme avontuur. Alles mag dag. Ik kende een ex-S.S.-er, een ex-Oostfrontstrijder die thuis nog een snoer had geregen van afgesneden tepels van Poolse vrouwen, dat liet hij zien op de verjaardag van Hitler, dan droeg hij dat als een burgemeestersketting. Het was bijna een relikwie. Ik mocht het snoer ook een keer dragen tijdens een S.M. avondje. Veel ex- S.S.-ers en zo genaamde verzetsstrij ders zijn na de oorlog in S.M. clubs opgegaan om aan hun behoefte aan folteren en gefolterd te worden tegemoet te komen. Mijn vader was zo iemand, die heb ik horen gillen als zijn ballen werden opgebonden met een leren veter door zijn echtge note, S.M. Meesteres Truus Pfann, die was daar expert in. Geen wonder dat ze goed bevriend was met de zwarte weduwe van Rost van Tonningen.’
Was hij niet te oud, dan zou Fred na zijn kunstenaarscarrière beslist het vreemdelingenlegioen zijn ingegaan.
‘Het liefst was ik huurling geworden. Want in het normale leger, zelfs bij de mariniers, ben je een marionet. Het is gecontroleerd avon tuur. Dood op krediet. Ik ken veel huurlingen. Ik heb kapitien Westerling goed gekend. Die heeft ruim tweehonderd ploppers eigenhandig afgeschoten en vijftien maal een druiper opgelopen. Hun leven is avontuur op het scherp van de snede. Op leven en dood. Van kindsbeen af fantaseert hij al over ultieme titanen gevechten en onmenselijke folteringen. Kruisigingen, liefst omgekeerd met de poten omhoog. Het komt van mijn moeders vader die afwijkingen, heb ik gehoord van mijn groot moeder. Dat was een Waffen-SS-er, die later een sigaren winkel begon. Hij was al veertig toen hij naar het oostfront ging. Mijn ene oom ook, die werd chauffeur bij de Wehrmacht en heeft hele wat Russen afgeschoten. .Een beest van een kerel. Twee meter groot. Een geboren soldaat. Blond met staal blauwe ogen in een harde kop. Bokste tegen andere S.S.-ers en sloeg ze allemaal de ring uit net als Bep van Klaveren.Dat vind ik toch wel iets hebben. Dat is een bepaal de mentaliteit die mij aanspreekt. Mijn andere oom was blokhoofd voor de NSB, daar ben ik trots op, dat waren geen kommunisten knechten, maar echte vaderlanders’.
In 1994 trekt Fred met Nederlandse oorlogsvrijwilligers naar het Kroatische front. Ik ben daar naartoe gegaan om instructeur karate en ongewapend gevecht te worden, met als specialisme silent killing, wurgen met pianosnaren en dergelijke wurgtechnieken, wat uiteindelijk niet is doorgegaan, omdat ik te hoge financiele eisen stelde. Maar dat was ook een tweede keus. Ik had daar bij willen zijn als een van de huurlingen natuurlijk.? Bijzondere sympathie had Fred voor Heinz, een geschifte Oostenrijkse bankovervaller die in Mostar op avontuur ging, wat vooral neerkwam op het van een afstand neerknallen van niets vermoedende bejaarde, bebaarde moslims die zich aan een water pomp laafden. We schoten met een paar Serviers de hoofddoekjes van hun islamkoppen. Ook ontstond een hechte band met Roy, een Nederlandse huurling van zeer dubieus allooi, een bekende Amsterdamse drugshandelaar die zich uiteindelijk bij de Afrikaner Weerstand Beweging aansloot. Ik kan me goed in hun situatie verplaatsen. Ik zou net zo zijn als zij. Als ik niet met dat TBS vonnis had gezeten was ik ook meegegaan naar Zuid-Afrika. Vechten tegen het ANC. Omdat het communisten zijn. Het was een strijd tegen de apartheid die zij voerden, nou en? Ik begeef me op glad ijs als ik daar dingen over ga zeggen, dat ligt politiek gevoelig en ik geef mijzelf dan al gauw straf rechtelijk bloot als ik hier ga opbiechten wat ik allemaal heb uitgevreten. Hele negerkralen hebben we omgelegd met machine geweren en vlammenwerpers. Ze vluchtten branden als fakkels als konijnen uit hun holen. Daar is geen woord Spaans bij als ze om hun moeder gil len. Geslachtsdelen sneden we af met een bajonet en p ;roten z ein hun bek als ze te hard gilden. Maar ik heb geen hoge pet op van het ANC. Wat zij hebben gedaan verdient geen schoonheidsprijs. Het zijn laffe sluipmoordenaars, dat zit bij die kwatta repen ingebakken. Er zit een inktzwarte kant aan dat hele ANC. Het blijven gore nikkers. Mijn ene opa, die SS-er, vertelt hij, was een geboren en getogen Zuid -Afrikaan, die sliep zijn leven lang met een schietklare Luger onder zijn hoofdkussen.
In Nederland heeft Fred lange tijd in achterstandswijken gewoond.
‘Op een gegeven moment had ik er genoeg van om te wonen in wijken waar Arabisch, Surinaams of Antilliaans de voertaal was. Ik wilde wonen in een nette straat met alleen blanke,werkame Nederlanders, geen asociale steuntrekkers. Ik voel me niet thuis tussen de Arabier en, zeker niet in Nederland. Ik heb niks op met de islam, minder nog dan met christendom, dat ook een verachtelijk geloof is voor lafbek ken en mensen die het zelf niet rooien. De islam is totalitair en mensverachtend. De meeste Arabieren zijn into de Islam, als je tussen ze woont heb je ermee te maken en intimideren ze je.’
In 1985 werd Freds broer Bobbie door een gedrogeerde potenrammer met een honkbalknuppel om het leven gebracht. Het is twintig jaar geleden nu. De dader bekende maar werd vrijgesproken. Het leven van mijn broer had voor de rechter geen waarde. Hij was maar een ran zige homosexueel, een hoerenjongen, zei de advocaat van de tegenpartij. De dader werd heen gezonden met een vermaning en een zoen van de griffier recht op de bek. Een links advocaten collectief had hem vrij weten te krijgen. De zaak is geseponeerd. Schrijven is een ver werking geweest, anders was ik aan de drank of de drugs gegaan. Of had ik een jarretelgordel, nylons, tangaslipje en een bustehouder aangetrokken en daarna een vulliszak over m’n kop getrokken om langzaam te stikken. Hoewel ik er in in het verleden ook al uitgebreid over geschreven heb en gecorrespondeeerd met de officier van justitie . Fred weet nog steeds niet precies wat er de bewuste nacht ge beurd is. Wel dat de dader een gedrogeerde psycho is. Tbs met dwangverpleging had hij moet en krijgen. Wat die idioot verder aan ver klaringen geeft, interesseert me niet. Eens een gedrogeerde psycho altijd een psycho. Hij is ontslagen van rechtsvervolging. Ik kots van de lichte straffen die in Nederland worden toegepast door die linkse fatsoensrakkers. Mijn broer is neergeknuppeld, zijn hersens lagen er half uit, terwijl hij net op klaar komen stond in een portiek met zijn liefdesvriend . Die dader stond vlak achter hem. Toen hij op de grond was gezakt heeft de moordenaar hem nog tegen zijn hoofd getrapt met een spijkerlaars. De reden interesseert me niet. De motieven van een psycho zijn irrationeel. Al dat gelul van dominees, pastoortjes en psychiaters over psychische noodweer of de schuld van de maatscahppij interesseert me ook niet. Ik kom niet veel op die moordenaar terug in het boek. Ik moet hem niet tegenkomen, dan rip ik ‘m aan mijn com mandomes met dub bele bloedgleuf, dan spuit het er uit, dan schop ik de paarse blubber uit zijn darmen en het strontsap uit zijn melik. Het wapen maakt wonden die niet dicht gaan, die blijven spuiten. Het liefst maak ik ‘m langzaam af in mijn martelkelder hier in Couloutre. Ik weet niet of hij nog voor iets anders vast zit of niet. Het is voor hem te hopen van wel. Hij is veiliger in de bajes dan er buiten voor hem. Altijd die sociaal werkers wollige taal van begrip voor de daders in Nederland. Zo’ n daad is niet verklaarbaar. Soms houdt het gewoon op, dan moet de beuk d’r in. De grote voorjaarsopruiming.
Ik was net een maand terug uit Mostar toen het gebeurde. Mijn broer is nooit in Joegoslavië geweest. Hij deed er altijd lacherig over dat ik ging, gevaarlijk vond hij het, niks voor een gevoelig homootje zoals hij, die lag liever zijn blozende billemaat te pijpen, maar er was in 1985 nog niks aan de handa. Mijn broer nam nooit een risico, op geen enkel gebied. Een lafbek was hij. Afge keurd voor militaire dienst. Hij had een lul in erectie ter dikte van een vulpotlood en een paar ballen zo groot als toverballen. En hij wordt godverdegodverdomme om gelegd door een of ande re aan drugs verslaafde psycho –idioot in een veilige, saaie provincie hoofdstad . Een gek die met een honkbal knuppel rondloopt om willekeurige homofielten te hooi en te gras af te maken. Dat is de staat van onze maatschappij. En daar ben ik tegen. Het wordt tijd om de guillotine weer op te richten.
Een droge tik. De cassette die Fred ter controle van wat hij wel en niet los laat al die tijd naast mijn cassette heeft laten meelopen, slaat af. Anderhalf uur bekentenis proza is genoeg geweest. Hij ritst zijn leren jack dicht, spuugt een roomsgele kwat met groen pit op de grond , rochelt en wandelt kwiek het hotel uit.

otointervjoe met Fred van der Wal

otointervjoe met Fred van der Wal
Interview met kunstschilder Fred van der Wal, sadomasochist, biseksueel en part time vrije tijds lingerie travestiet, lid christian artists 1993-1994 en 2002-2005, ex-lid VSSM 1981-2002 (Vereniging Studiegroep SadoMasochisme), ex-lid Landelijk Net werk Biseksuelen 1993-2003, lid Arti et Amicitiae te Amsterdam 1972-… en Pulchri Studio te Den Haag 1974-…, in het dubbel dikke kerstnummer van "De Koepel", or gaan van de Nederlands Hervormde Da Costa kweekschool te Bloemendaal, al waar hij van 1960-1966 tegen heug en meug verbleef en jarenlang een stormachtige verhouding had met zijn gepassioneerde klasgenote Els Deutekom, die in de zestiger jaren sprekend op de Franse chansonnière Francoise Hardy leek.
"Toen hij haar tegen elf uur ’s avonds die mooie, zomerse zondagavond -beiden nog half stoned na die uitne mende, zinsverdovende kombinatie van sex, alcohol en drugs tijdens drie doorleefde, zware dagen en nachten-, met veel moeite en mooie woorden, afgewisseld met half gemeende hartstochtelijke kussen en schone beloftes, de zware, eikenhouten, gebeeldhouwde deur van zijn riante woning in Amsterdam zuid uit bon sjoerde- er was volgens verklaringen achteraf van bewoners van de belenden de percelen enig persistent, doch voornamelijk speels, duw en trekwerk aan te pas gekomen om haar er uit te werken, maar niets wees op enige vorm van fy siek geweld – en hij haar als troost net iets al te enthousiast uit zwaaide tot zij de Palestrinastraat uit was en rechts af sloeg vlak voor de rooms katholieke kerk de Jacob Obrechtstraat in op weg naar het Vondelpark, waar haar informant stond te wachten, was hij op slag haar naam, telefoon nummer, werkgever en adres kwijt, maar ook haar voornaamste eigenschappen, waar mee zij zich meende te onder schei den van al die talloze vrouwen uit veel miljoenen, die hij had bezeten, maar hij wist nog wel dat zij viel als een hete aardappel voor zijn Velvet Underground repertoire op de elektrische guitaar, aangesloten op een 100 watt Vox amplifier, in het bijzonder het veel belovende, in de hier geschetste kontekst bijna symbolische nummer "I’ll be your mirror" en aldus geschiedde. Het daarop volgende nummer van The Velvets "I’m waiting for the man" bestond gotzijdank uit slechts twee akkoorden, te weten D en G. Niemand kon zich daar een buil aan vallen zelfs niet de slechstte guitarist. De geparfumeerde zwart satijnen lakens op het dubbelbed waren al vantevoren uitnodigend open ge slagen en terwijl het laatste akkoord nog nazinderde lagen zij al in bed nog voor de indringende, naar geestig klinkende, jankende feedback was weg gestorven uit de luidsprekers.
Zij verdween niet alleen voor goed uit zijn leven, maar leek van de aardbodem te zijn verdwenen. Hij was meteen verdachte bij het politie onderzoek. Zowel zijn Amerikaanse import snubnose punt 38 als handen werden onderzocht op kruitsporen. Uit niets bleek dat het wapen was gebruikt. De revolver was volgens voorschrift goed opgeborgen in een stalen, afsluitbare kast waar een alarm instal latie op was aangesloten. Een vergunning was aanwezig in het pand, een strafblad afwezig. Een verklaring voor de raadselachtige verdwijning kon hij noch haar vrienden en familieleden geven. Intensief forensisch onderzoek leverde nog geen door hem terloops onopgemerkte verdwaalde schaamhaar of bloedspat op in de afvoer van het bad. Het was alsof zij nimmer had bestaan.
Stofzuiger, poetsdoek en reinigingsmiddelen hadden wellicht hun werk gedaan, meende een achterdochtige politie functionaris. Het cold case team was achttien jaar later niet veel verder gekomen dan de summiere gegevens uit het oude, vergeelde, hald vergane dossier. De rechercheurs die het onderzoek verrichtten waren de dienst uit of lagen in hun graf te wachten op het eeuwige oordeel, voor zover ze gereformeerd waren. Een DNA analyse was begin jaren zestig nog niet mogelijk en het in grijs gemoffelde stalen archiefkasten opgeslagen biologische restmateriaal was door de gebrekkige conserveringsmethode in stopflessen waar vroeger zuurtjes en toverballen in werden bewaard in combinatie met de alom bekende algemeen geldende onverschilligheid onder overheids ambtenaren onbruikbaar. Lachende derde Frank Forrest wist dat de Amsterdamse politie niet was toegerust om een serial killer zoals hij was te achterhalen. De politiemensen van het buro Leidsegracht waren gewend met de voeten op het buro, het tegen de voorschriften in het doorgeladen FN pistool losjes in de zwart leren glimmende holsters te bewaren en met de donkerblauwe das los om de kippenekjes wat voor zich heen te filosoferen over de politiek, het schamele salaris en de erotiese kwaliteiten van de thuis zittende echtgenotes en/of dochters.
De communicatie met de Amerikaanse specialist die via de FBI naar de laatste mode onder toon aangevende kriminologen werd ingehuurd om een daderprofiel te leveren was door het evidente gebrek aan talen kennis op het hoofd buro ondanks een rij woordenboeken boven het buro van de vroeg kalende brigges op niets uitgelopen. Later zou blijken dat het daderprofiel exact van toepassing was geweest op Frank Forrest, die zijn praktijken had voortgezet in Frankrijk totdat een snuggere gendarme lont begon te ruiken en een omvangrijk onderzoek opstartte…"
Fragment uit de eerste verhalenbundel van Fred van der Wal "Een vuilnisroos uit Franeker".
Fred van der Wal: "Een beetje kunstenaar hoort tegenwoordig toch tenminste twaalf jaar in de bajes te hebben gezeten als serial killer en regelmatig op akademiese wijze met een broek vol liefde zich in zijn reet laten naaien door zijn atleties gebouwde advocaat of de medebajes klanten, anders is hij totaal niet geloofwaardig in het artistieke spring in ‘t veld! Dan blijf je als artiest toch nergens met je otobiografie na afloop! Wat zullen we nou beleven, seg ! Ik heb mijn lul niet met pissen alleen versleten en mijn ge heime opening niet met kakken!"
Fred van der Wal: "Schei nou toch uit, zeg!.. Doe me een lol, zeg, ben je nou helemaal een van de pot gerukte zoetzure augurk met uitjes, gotverdegotverdomme! Vertel mijn wat!..Dat spreekt toch allemaal vanzelf voor een mooie jongen zoals ik, dat ga ik hier toch niet verder toelichten of namen noemen! Voor wie ik lief heb wil ik namelijk heten, ik bedoel natuurlijk heet worden, maar het blijft verder onder ons. Sodemieter toch gauw op naar je misjpogem! Ben je nou helemaal een beetje betoeterd met je indiskrete vragen? Lul met vingers! Wat denk je nou eigenlijk wel met wie je te maken hebt...ik ben de Heere Jezus niet! Nou moet je toch echt niet veel langer zitten zuigen, simmen, sakkeren en zeiken, hoor, want anders gaat de beuk er in… Ik heb niet voor niets de zwarte band full contact karate, jiu jitsu en judo behaald en bokslessen van de ex-kampioen L. v. H. uit Leeuwarden gehad! Die staat nog in een fotoboek van be kende Leeuwarders waar ook een heel bekende advocaat in staat. Die ex- kampioen boksen neemt alleen jongens met een keiharde commandomentaliteit aan, geen mietjes die schoolmeester op een lagere school willen worden of gevoelige, gristullukke nep- en namaak artiestjes, die elke penseelstreek persoonlijk van uit de hemel krijgen gedikteerd door de Heere Heere, zoals die Groninger Henk Helmantel over zich zelf beweert, die uit de klei getrokken beschimmelde artistieke voederbiet! Ik ben dan ook vierkant voor zinloos geweld en heb me een stoot spierkracht in mijn mussels waar een bescheten bleke boekhouder, ge pensioneerde Groninger tekenleraar of gristulluk hoofdonderwijzer uit Drenthe kotsmisselijk van wordt! Ze figureren allemaal op ULO nivo en missen killers instinkt, die fijngristullukke, kalvinistische kloot zakken, begrijp je en dat is wat ik juist zo op ze tegen heb! Guts moet je hebben vandaag de dag als je niet wilt achter blijven! Guts! Guts! En nog eens Guts! (Spreek uit Kuts). We zijn hier GVD niet in Lutje broek of Lutjelollum! Gotsalmeliefhebbe, seg …van Lutjelollum tot Kutjekollum- of all places! Als daar je misjpogem woont kun je nog beter je lul aan de wilgen hangen of ‘m tussen de deur stoppen in afwach ting van betere tijden…!"
Aldus een razende Fred van der Wal in een kort maar indringend telefoongesprek. Hij stuurde ons eerder een verontwaardigd kaartje nadat hij in de Bloemendaalse Courant had gelezen slechts tweede te zijn geworden in de Landelijke Kennemer Opstelwedstrijd onder de pakkende titel "Moedertje lief! Gotsalmebeware in den Ho ge!" omdat hij zich volgens de jury niet aan de opdracht zou hebben gehouden. Hij schreef verontwaardigd niet één, maar wel alle vijf de titels gekombineerd te hebben in één opstel. Dus meende hij vanzelfsprekend ook recht te hebben op niet één, maar minstens twee, doch bij voorkeur vijf boekenbonnen, zeker omdat hij binnen kort nog jarig zou worden ook, Sinterklaas en kerstmis voor de deur stonden, de wintertijd niet voor niets in ging, terwijl hij tevens een bedlegerige vrouw en demente moeder moest verzorgen van top tot teen, inclusief be wassing en verschoning, benevens drie maal daags een warme maal tijd hardhandig bij d’r naar binnen werken plus na afloop het onvermijdelijke afpellen van de vol gelopen aan d’r reet vast gekoekte met dunne, zure stront besmeurde luierbroeken, want dat mens leek gotbewaarme wel een verroeste vergiet, van binnen zo rot als een mispel, alles zakte gelijk door de bodem! Van boven d’r in, van onderen d’r uit en dat allemaal in een mum van tijd! Hoe kreeg een normaal mens het voor elkaar! Die teef behoorde niet meer tot de menselijke soort maar leek meer op een afdruiprek! In sommige mensen zit gewoon geen bodem meer in, die missen vaste grond in hun bestaan. Ter vervangende dienstplicht heb ik jaren gewerkt in een psychiatriese inrichting. Halve zolen vast binden op bed of aan de muur vast ketenen van de isoleercel en met elektriese vee stokken bij d’r intiem marte len. Je drukte op een knop en de vonken spatten er vanaf, dan sprongen ze op en neer alsof ze aan Sint Vitus dans leden. Een accuklem op hun tepel en een elektriese draad aan hun lul en ballen en maar opjagen die stroom tot ze er bij neer vallen, dan smeet je een emmer ijskoud water over hun toges om ze weer bij te brengen en dan gingen we nog een keer. Uren lang. Elektro folter noemde ik altijd zweepslagen uit het stop contact. Als je dan nog geen artiest wordt als je zo bewerkt bent dan weet ik het ook niet meer.
Allemaal Leugens! Meneer van der Wal valt toevallig, net als W.F. Hermans, onder het agressieve sterrenbeeld van de Scorpio en heeft helemaal geen vrouw of moeder die verzorgd moet of wil worden, want mevrouw van der Wal is heel goed in staat voor zich zelf te zorgen en met zijn demente, incontinente van huis uit halve gare roomskatholieke moeder wil hij niets te maken hebben, anders gaat het zo ruiken in tegenwoordigheid van de gevoelige, geniale artiest, zo vernamen wij van ingewijden. Dank U wel-Alsteblieft! Niks jarig. Niks vrouw te verzorgen en zijn dochters zijn helemaal niet aan de spuit, maar werken keurig op kantoor en kleden zich naar de laatste mode! Tijd om deze eigenwijze, zeer interessante, erudiete, soms wat leugenachtige, voor veel gere formeerde Friese, Groningse en Drentse collegaatjes onmogelijke, wispelturige, wat al te artistieke, zelfver zekerde, geniale, doch volgens Ria Lariviere uit Rotterdam buitengewoon immorele man, nu dan eens echt ste vig met een kromme naald aan de braak liggende tandzenuw te voelen. Voorlopig is in zijn gebit alleen nog maar beschadigd ten gevolge van een vuistgevecht waarbij zijn tegenstander om kwam door een karatetrap van de kunstschilder recht in het gezicht van zijn opponent waardoor deze ter plekke overleed aan een hersen bloeding omdat zijn neusbeen de hersenpan was in geschoten en bij de artiest zelf tengevolge van een counter een snijtand tot aan het tandvlees af brak! Knal zei de bal! We spreken om goed te beginnen met ons vraag ge sprek af in de hal van het Hilton Hotel in Amsterdam, want voor Fred van der Wal geldt het motto: Never a dull moment, zoals een streng gereformeerde Groningse vage kennis (drs. H. v. S.) met ernstige prostaat klachten uit de Vrijgemaakte Gereformeerde Kerk buiten verband op art. 31 grondslag al eens terloops over hem zei. Zijn openingszin hakt er meteen al aardig in: "Er zijn slaven en Meesters in het leven en ik ben een Meester. Een Grootmeester zelfs en dan heb ik het niet over een introverte liefhebber van een lullige denksport als schaken, want wat bij sommigen alleen maar theorie blijft is bij mij een keiharde daaglijkse praktijk. Die schakers zijn al lemaal ongezond ogende pijprokende intellectuelen. Je kunt veel beter niks weten zoals ik en alleen maar lagere school hebben. Maar een drive die ik heb! Niet te geloven! Weet U wel wat dat allemaal betekent? Nee? Dan zal ik U dat eens vertellen: waar ik met lief de ga, ga ik veelvuldig in leer gekleed en immer goed geluimd, ge handschoend en tot aan de liezen gelaarsd, geef mijn opgezadelde slaven/ slavinnen de gulden sporen en nog wel met zweep en karwats in de aanslag, want als ik de striemen op billen, dijen, rug en borsten niet zie opwel len heb ik geen goede dag. Toch hoeft er niet gelijk liters bloed te vloeien. Helemaal niet ! Je kunt ook met spel denprikken beginnen. Onder de over het algemeen toch echt wel wat lullige artistieke kollegaatjes straal ik van af den beginne een natuurlijke superioriteit uit. Ik ben kwa talenten dan ook voor direkteur in de wieg gelegd en niet voor jongste bediende of recep tioniste, ondanks dat ik vaak op zon- en feestdagen in dameslingerie gehuld ga en op gezette tijden graag een kek jurkje of een kokerrokje draag, maar eerst onthaar en epileer ik mij van top tot teen, dus U heeft niets te klagen wat het uitzicht betreft. Villa schoonzicht dus. Mijn getekende, geparfu meerde huid, gekust door vele zwepen en riemen, een strijdperk dat alleen betreden kan worden met mijn toe stemming door een geschoolde dominant(e) in volle wapenrusting. Ik accepteer namelijk geen carnavaleske po lonaise aan mijn lijf van goed willende dilettanten, masturbanten, collectanten en/of vanille sex liefhebbers en – hebsters. Onzeker wankel ik door het leven op pumps met palen van hakken en grijp mij vast aan het gekrookte riet, dat Hij wederom zal oprichten. Pumps met stiletto hakken! De stelten van mijn ondergraven bestaan als moderne man. Daar kom ik heel ver op ! De kleur van mijn lipstick schreeuwt geluidloos draagtekens en kom kommaars van af mijn gesloten lippen. De rouge suggereert opwinding. De goudkleurige oog make up maakt mij kostbaar in zijn/haar ogen, maar niet omwille van de liefde, maar voor het ondeelbare niet herhaalbaar mo ment. Mijn onrustbarende tong de lans van een tegennatuurlijk noodlot. En dan wil ik niet eens hardop spreken over get your kicks on route sixty six, want dat is weer een station verder, dan komen we bij meneer Bob D. uit, maar dan zo’n slordige veertig jaar geleden als U begrijpt wat ik bedoel.
Toch ben ik ondanks alles geen geboren pervert! Je kunt me rustig op de koffie laten komen. De cavia van je dochter zal ik echt niet gelijk in mijn geheime opening stoppen zonder ‘m na afloop grondig schoon te douchen en bij zijn staart aan de waslijn te hangen! Voor mij is het namelijk elke dag roze zaterdag, ook op zondag !En de lingerie van de vrouw des huizes laat ik de eerste keer bij een bezoek altijd met rust, maar daarna…. Wat zeg gen we daarvan? "
Waarvan akte. Ik besluit de one liners voorlopig maar te negeren, want wat valt er tegen in te brengen? Ik weet dank zij de lessen maatschappijleer op school genoeg van wereldse, bizarre zaken om te weten dan mannen zo wel als vrouwen tegenwoordig van alles in hun achterste stoppen, van dildos, hard gekookte eieren, barbies en elektriese tandenborstels tot potten pindakaas en schroevendraaiers aan toe. Nog even en er gaat een heel slaap kamer ameublement met een driezitsbank en een onyx salontafel met gedraaide koperen pootjes naar binnen. De fysologische mogelijkheden van de mens lijken onbegrensd in onze eeuw.
Het Hilton Hotel? Bent u daar dan bekend?
Ja, daar logeer ik regelmatig als ik van uit Frankrijk in dit kale kouwe kolerekutklotenkippenkontneukerspikke likkerszakkenwasserspoepstampersland mijn illegale zaken regel en we weer eens met de tattooboys een paar mud aan psychedelische versnaperingen hebben weg gezet en door gestoten naar de detaillist, de klootzakken, die ik streetcornerworkers noem. De waterdragers dus. Daarna een paar vulliszakken vol valse dollarbiljetten naar het bekende witwas instituut van een hoog geplaatst persoon die onlangs nog in het nieuws was. Dan denk ik gelijk weer aan de eeuwig glimlachende Hot Shots in smoking met vlinderdas van het Holland Casino, die otomaties knippen en buigen voor een ieder die met een tiet vol poen binnen komt. U moet dat allemaal niet door vertellen anders eindigt U naar adem happend met de voeten in een blok snelbeton gegoten rechtop staand op de bodem van het Noordzee kanaal, tevergeefs naar omhoog blikkend om hulp, de handen vanzelfsprekend op de rug geboeid, want aan gespartel hebben we niets, dat geeft alleen maar overlast voor de buren en kringen in het water, die krijg je er met geen vlekkenwater meer uit. Als informant van een niet nader te noemen geheime dienst in het midden Oosten heb ik mijn handen vrij en zelfs een voorlopige license to kill plus een punt gave Beretta met geluiddemper, dus opgepast, want er staan tientallen namen in mijn Zwartboek op de dodenlijst o.a. enkele bruinwerkende kunsthandelaren in Friesland, die het wit om de neus wordt als ze dit schrijven in de bus krijgen. Werk aan de derde wereld winkel. Ze mogen als ik in Nederland ben de fusee pennen van de wielophanging hunner otomobielen wel eens goed controleren want als die los gedraaid zijn rollen de wielen je bij 140 km. p.u. voor bij op de snelweg en wie dan over de kop slaat en het talud afboldert kan het schudden, die eindigt in het gunstigste geval beroofd van alle zinnen pootloos in een rolstoel. Lachend hebben we van onze organisatie heel wat konkurrenten met een blok beton aan het been het Noordzeekanaal in gejonast. Echt van één-twee-drie in Gotsnaam! Ze deden het uren vantevoren al in hun broek voordat het moment suprème was aan gebroken. Daar zaten ze dan te stinken, vast gebonden, geblinddoekt en met een prop in de mond op een stoel, met de achterpoten in een teil snelhardend cement en ze wisten waar het op uit zou draaien, want dat deel je ze fijntjes glimlachend vantevoren mee, terwijl je onderdehand genotvol de brandende Benson en Hedges uitdrukt op hun tepels, lippen, oogleden en geslachtsdelen (verhit snuif ik dan de geur van verbrand mensenvlees op) of om de tijd te doden maar het slachtoffer nog niet, met een Stanleymes honderden kleine incisies maakt in hun huid om ze zo lang mogelijk te folteren. Een laatste sigaret konden ze krijgen, dat is een erecode, zij die sterven gaan groeten U. In bondage of gaan geketend de dood met open vizier tegemoet maar geen slaap- of kalmeringsmiddelen toegediend, want ze moeten heel bewust hun gruwelijke dood mee ma ken, zo lang en intens mogelijk lijden, anders is het geen straf, maar louter meisjesgenade en daar doen we niet aan. Mannen onder elkaar leven en sterven ook als mannen. Ze zeggen dat je een orgasme krijgt op het ogenblik dat je de pijp aan Maarten geeft en dat is ook zo, dat heb ik zelf gezien. De endorfinen gieren door je lijf. Man nen die zijn dood geschoten, gewurgd of opgehangen komen spontaan klaar, hebben altijd een knaap van een stijve lul en een flinke vlek in hun broek, heb ik niet alleen van WO II veteranen (o.a. de rand criminele ex-para trooper Michael Podulke) gehoord, maar ook zelf gezien tijdens een uit de hand gelopen potje wurgsex met een lager huis lid in Londen. Een natuurlijke refleks. Sex en dood zijn synoniemen en voor de rest bemoei ik me al leen met Heisse Nächte und Schwarze Nylons (vert. : Hete nichten in zwarte nylons). En dat heeft met het homohuwelijk of hete nachten in zwarte nylons toevallig niets te maken zo lang Fred van der Wal bij voorkeur regelmatig rond loopt in nylons, jarretelgordel, tangaslipje, bustehouder en een lange, zwarte onderjurk op pumps of in mini jupe. Alles in het zwart natuurlijk want dat is de kleur van kinky, de zonde, van de stad is de nacht, de tegennatuurlijke hartstochten en de wegen van de Boze, vraag maar aan meneer Dutroux of Heer Nihoul uit de CliCoClaxonMaxibar, die ik al weer een hele tijd niet gezien heb. Ik heb in het milieu meer dan een dozijn exe cuties op mijn naam staan sinds mijn zeventiende, maar ze zijn allemaal verjaard of bij gebrek aan bewijs onop gelost gebleven. Dat bos in Opglabberbeek gebruikten we om de lijken te dumpen. De sport schoolhouders die ik ken -mannen met brains en ballen- hoef je trouwens ook geen streek te flikken! Als we iemand uit de weg wilden ruimen hadden we daar een eufemisme voor : even opglabberen die hap! Ik wil ook altijd iemand in de ogen kijken als hij/zij onder mijn handen langzaam het leven uit geholpen wordt en de oogballen helemaal wit weg draaien en het licht in de ogen breekt alsof het tweeduuster in valt. Dat is een op geiler van de bovenste plank! De oogkassen leeg lepelen en daarna de oogballen op de grond als kale slijm slak ken vertrappen, het sap uit iemand zijn melik trappen, de paarse blubber uit zijn darmen, daar was ik expert in.
Ik heb dan ook dertig jaar lang gewoond in Amsterdam, dus overnacht ik ook in Amsterdam. Soms incognito op de Wallen in een evangelies opvangcentrum voor sex verslaafden waar directeur Floyd McClung de scepter zwaait, die toevallig veel weg heeft van een dubbele dildo. Of in Tjaardastate, Oranjewoud, waar dat moffische Oranjetuig een paar optrekjes heeft op kosten van de belastingbetaler. Daar voel ik mij echt thuis onder Ons Soort Mensen. En weet je wel dat die ondermaatse Beatrix, die net tot mijn navel komt, heel slechte Wiskey drinkt en dan gaat stampvoeten als onderdeurtje waarbij menig hoog hakje zo maar af brak? Ik heb dat per soonlijk gehoord van de eigenaar van Neerlands grootste hakkenbar en de direktie van de Schoenenreus waar haar hofdames kind aan huis zijn.
Als Uw verslaggeefster het Hilton barretje binnen loopt ontdekt zij twee dingen: er bestaan redelijk veel mens en die daar logeren en de meedogenloze Fred van der Wal in zijn nieuwste leren jasje, 1.84, atleties, een dure Ray Ban zonnebril dragende ex-karateka en amateur bokser, buitengewoon goed thuis in het hoofdstedelijke kriminele en gewelddadige circuit (heeft Haring Arie, maar ook de Amerikaanse ex-paratrooper/ kunsthande laar Michael Podulke, de internationale meester vervalser GeertJan Jansen en de omstreden kapitein Raymond Westerling nog gekend en regelmatig mee in de kroeg gezeten in Amsterdam), fors gebouwd, leeftijd van mijn vader, lacht breeduit en laat zijn met goud doortimmerde bek vol dure kronen zien. Met zijn eigen tan den zijn graf in. Hij wel! Voor hem geen gebittenbakken of sputumpotten op het nachtkastje, maar de Penthouse en de Hustler als Bijbel voor zijn bestaan. Gelukkig. Een hele opluchting! Eigenwijs mag hij zijn, maar het is hem toch niet helemaal vierkant in de bol geslagen. Ik geef hem de uit slag van de jury. "Een 9 voor grammatica, een 10 voor stilistische be kwaamheden op het platte vlak, want papier is geduldig en een 10 voor de originele thematiek en creative vondsten alsmede het ver rassende plot! Zelfs geen paar kromme zinnen of een fout in de interpunktie!
"Nou, nou, nou… het kan weer eens niet op!", roept hij gespeeld verontwaardigd uit, maar vooral bulderend van het lachen. Hij vergeeft het de jury dat ze een en ander over het hoofd hebben gezien en zegt: "Ocharme, ze zijn nog zo verschrikkelijk jong en moeten nog zo ontzettend veel leren, die generatie van nix! Ze zien vanzelfsprekend van alles nog over het lege hoofdje! Wat weten ze als microcefaaltjes nou eigenlijk van het leven? Ze herkennen een genie als Fred van der Wal nog niet ter plekke en een geboren genie wordt nu eenmaal veel vergeven! Dat wel! Ze missen sowieso de Aha erlebniss in hun simpele perceptie! Hou toch op! De kollegaatjes! Daar wil ik het maar liever helemaal niet over hebben! Oogkleppen tot aan de horizon en maar door klepperen als molenpaarden in de tredmolen van het alledaagse bestaan! Is dat wat een kunstenaar moet doen? En wat jou en je klasgenootjes betreft… Leven aan de peripherie van het gepredestineerde, onbenullige schoolmeesters bestaan, verder komen jullie toch niet in je kolere. Mijn leermeesters aan de Da Costa kweek school te Bloemendaal heetten niet voor niets niks, naks en notting en mijn Friese beeldige beeldende col legaatjes onbenul, onnozel en onvermogen! Ik noem ze altijd de drie ootjes!" Hij proest het na deze bekentenis uit van het lachen en haalt wat op het eerste gezicht een zakdoek lijkt, stukje onbestemd textiel uit zijn binnen zak. Bij nadere beschouwing blijkt het een spannende jarretelgordel te zijn. We zijn weer eens waar we wezen moeten!
"O, pardon", zegt hij quasi verbaasd, "da’s ook toevallig, dat heb ik nou, alweer de verkeerde zak. Ik zocht alleen maar een schone zakdoek. Ik moet natuurlijk die andere hebben!" en terwijl hij dat zegt trekt hij met een pokerface een doorkijkbustehouder, miniem tanga slipje en een paar zwarte naadnylons tevoorschijn. Brand schoon. Ongedragen. De labeltjes zitten nog aan de kledingstukken.
"Gekocht voor eigen gebruik, maar dan wel bij de Hema, terwijl ik toch meestal met mijn vriendin Tiny D., ex-mode ontwerpster te Leeuwarden, Hunckemöller Lexis binnen stap voor de aan schaf van pikante lingerie of bij een exclusieve zaak in de Jacobsstraat te Leeuwarden waar ik moeiteloos uren lang van de paskamer gebruik kan maken, daar hoef je je tegenwoordig helemaal niet meer voor te schamen als actieve manlijke lingerie lief hebber, dat is modern, dat is hip en hyper metroseksjuweel. Ik was ze altijd met Dreft, an ders worden het geen naad nylons, maar zaadnylons en ik ken de dames van het bedienend personeel persoonlijk, die gaan voor pro per en de dames kennen mij en als de dames afwezig zijn richtten we ons als seksjuwelen omnivoren otomaties op de heren! U kent toch dat pracht gezang: Als ik Hem maar kenne, Hem de mijne weet? Het volkslied van het COC.
Ik ken de wijven als de eigen kontzak van hun te krappe jeans, die zo strak in het kruis zit dat hun perzik bijna gespleten wordt. Het zal best een lekker gevoel geven, hoor, die constante druk op de genitaliën en die schuren de, schrijnende reetveter van de tanga, zo weet je van achteren dat je van voren ook nog leeft, dat zal allemaal wel, daar kun jij als jongedame beter over oordelen, maar ‘t blijft geen gezicht! Waarom trek je eigenlijk geen jurk aan je lijer aan in plaats van die vreselijke mosgroene skibroek met de elastiekjes onder de halve zool door? Soms wenst een verkoopster uit een lingerieshop me zelfs veel plezier met het kledingstuk of vraagt mij bij haar langs te komen! Vroeger was ik uit sluitend een lingerie freak, maar de laatste tijd steeds meer een wild lak-, rubber- en leer beest, daarom bezoek ik ook regelmatig alleen gekleed in een zwart leren riemen tuigje The Wasteland Parties in Amsterdam of de travestie avonden van de club Freedom te Gent in gezelschap van de verrukkelijke travo Liliane, een breed geschouderd bouwvakker in een jurk met schoenmaat 47 en de travestietenclub Franjepoot niet te vergeten, want als je ergens hand in hand kunt weg geilen op de mee slepen de klanken van Louis Neefs en dan denk ik vooral aan die puur Vlaamse tophit die mij nog immer tot tranen aan toe beweegt "Nog Vijf Minuten Geduld"! Allemaal in de Belgique, dat land van Dutroux! En dat hobbyisme in naakt modder worstelen vooral niet te vergeten, want als je je ergens kunt uit leven als een varken…! En dat nummer van Sexual Healing slaat weer ergens anders op !" zegt hij verontschuldigend en glimlacht breed uit als hij mijn verwarring bemerkt.
Ik heb als verslaggeefster helemaal niets met mannen die in lingerie of naakt modder worstelen, in riemen tuigjes even trots als schaamteloos hand in hand rond paraderen met hun minnaar op paarse pumps met palen van hakken, hetzij lak, rubber of leer dragen sinds ik de verkering met een Friese tekenleraar in de VUT die niet alleen een couperosekop had, maar ook nog een stiekeme travestiet bleek, waarop ik het een week geleden uit maakte toen ik hem betrapte voor de spiegel in mijn eigen lingerie gehuld in de slaapkamer van mijn studentenflat. Als ik mijn gesprekspartner dat vertel maakt hij een geamuseerde grimas en verhaalt breedvoerig over zijn zoveel ste gereformeerde ex-verloofde Els D. die hem regelmatig aanspoorde haar nog handwarme lingerie aan te trekken alvorens een inter mezzo met hem in bed aan te gaan. Haar kletsnatte slipje droogde menigmaal aan zijn verhitte lijf en het geparfumeerde, met goudzij de hand geborduurde monogram zakdoekje waarmede zij zijn springzaad geroetineerd opving diende voornamelijk om tegen haar be gerige neusje aan te drukken tijdens de dagelijkse treinreis van Haarlem naar Amsterdam, want mevrouw kon er als nymfomane geen genoeg van krijgen wat de in omloop zijnde mannensappen betrof.
Ik vermoed al snel dat mijn gesprekspartner mij poogt te shockeren, zoals ik wel verwacht had uit het mij toegestuurde schokkende, in juridies opzicht vast wel strafbare, superpornografiese, soms zelfs sinistere materiaal, over deze moreel lichtelijk los geslagen kunste naar. Is hij wel de sadomasochistische bisexuele lingerie travestiet waarmee hij zichzelf zo graag identificeert en afficheert of alleen maar een poseur? Ik kan het mij nauwelijks voorstellen van dit op het eerste gezicht zo brave in stemmmig zwart geklede E.O. lid!
Hij raast door: " Ik schaam me er niet voor! Helemaal niet! Je zou de oogverblindende glamourfotos eens van mij moeten zien die van mij gemaakt zijn door vooraanstaande fotografen dertig jaar geleden, gekleed in jarretelgordel, damesslipje, nylons en bustehouder, rug, dijen, benen, buik en borst glad geschoren, geparfumeerd en in geolied …een diva, jongedame, een diva, daar kunt U nog een punt aan zuigen met Uw jonge, onbeduidende leventje en onopgemaakte voorkomen! En dan dat haar van U! Het lijkt wel alsof een terminale multi resistente tb lijder er zijn laatste besmetrochuls in heeft uitgespuugd! Coupe kippekut! O, is dat nou gel? Ja, dat wist ik natuurlijk niet, ik ben al zo lang uit Nederland weg, al drie maanden. Die fotos van mij in lingerie hebben allemaal in de Candy, de Chick en S.M. bladen als de Centurion gestaan, net als mijn uit het artistieke leven gegrepen wilde verhalen en de reakties er op…bij bakken kwam het binnen. Menigeen wilde mondeling komen kennis maken, maar daar ben ik niet altijd van gediend. Die ongebreidelde uitwisseling van externe sekreties of overtollig spuug bij het tongkussen gaan aan mij voorbij nadat ik in 1968 een ste vige druiper op liep, doordat ik geen condoom over mijn staafmixer had getrokken bij het rol bezemen met een aantrekkelijke Haar lemse, tussen de klamme lappen door velen bezeten weelderige dame. Dubbel D cup! Niet te kort! Daarna heb ik mijn seksjuwelen habitus honderd tachtig graden gewijzigd. Ik zal me daar als vijftiger even laten Nillfisken door de eerste de beste amateurhoer! Ik blijf veel liever gezond! Ik ben geen beftekkel van dertien in een dozijn! Ik koos na 1968 bij uitstek voor de mannen om plezier mee te maken. Als je die fotos eens van mij wilt zien in dameslingerie maken we toch een aparte afspraak? Iedereen mag ze zien en zijn of haar voordeel mee doen, hoor! Copyright free! Zoals het een vertegenwoordiger van de Underground betaamt! The sixties for ever! Ik wil ze ook wel per brief op sturen. Ik ben de schaamte al lang voorbij! Nee, ik heb niets te verbergen; mijn tolerante echtgenote weet daar uiteraard grotendeels het fijne van, maar toch niet alles en dat is mooi meegenomen, want de meeste vrouwtjes moeten er niet zoveel van hebben als hun wederhelft in lingerie op de maat van zweepslagen van en met dominante of onderdanige gevoelsge noten allerlei uitzinnige bokkesprongen bij elkaar kaatst tijdens besloten bijeenkomsten van de Landelijke Sado Masochistische Travestie & Transseksualiteits Vereniging "De Gouden Zweep" en de Friesche zustervereniging "De sulveren Swipe", aktiviteiten die Godt en Het Dikke Boek vanaf den beginne streng verboden hebben, want als we daar aan beginnen als gelovigen is het end zoek. Stel je voor! Alleen een paar ruim denkende goede vrienden en vriendinnen die gotzijdank bijna geheel taboeloos door het leven gaan zijn op de hoogte van mijn uitspattingen die begonnen op m’n veertiende levensjaar en zelfs in Frankrijk vol con tinu door gaan. Een goede vriendin ( Ria V. te G.) van mij merkte jaren geleden terecht op: "Nou hebben wij vrouwen net de beha en de jarretelgordel als vrijgemaakte vrouwen afgezworen en trekken jullie ‘m weer even snel aan!" Dat vond ze wel een grote teleurstelling! Het is dus ook nooit iets geworden tussen ons, ondanks dat ze wel belangstelling had, want wie aan mijn beha, jarretelgordel, tangaslipje, nylons of onderjurk komt, die komt toevallig aan mij en wie aan mij komt zal het weten! Dan wordt het neuken of vechten! En niet gewoon neuken, maar prijsneuken en ook niet gewoon vechten, maar kooivechten.
Hele hordes homo- en bisexuele mannen en vrouwen hebben altijd om mij heen gezwermd als bijen rond de honingpot vanaf mijn veertiende! Daar kon ik met alle fatsoen geen nee tegen zeggen! Het leek wel alsof ik honing aan mijn reet had hangen! Ze bleven maar op- en aandringen! Op het Zandvoortse strand waren begin jaren zestig heel wat welgestelde aardige, grijzende, goed gebruinde heren in strakke, zilverkleurige slipjes mijn favorieten, want die vijftigers en zestigers hadden onveranderlijk een piet vol met poen en om me te laten neuken door een lager technisch geschoolde flenzenstanzer uit de vier ploegendienst zonder condoom met rouwranden rond zijn nagels in het Vliegenbos of Oranjewoud daar bedankte ik toch echt voor. Zoiets wordt snel een twistpunt onder gevoels ge noten! Gaat ’t nou om de dikste lul of om de dikste portemonee? Je moet wel aan je eigen goesting in het seksjuwelen leven tegemoet komen, maar dat betekent nog niet dat ik Jan en Alleman zo maar straffeloos in mij op neem! Ik ben Syb Soa van die opgeheven pop band uit Friesland niet waar al die teven met een broek vol schimmels en een zootje venerische aandoeningen rond lopen waar geen genezing meer voor mogelijk is! Die Friese veneriese wijven hebben allemaal kwarkbillen. Ik heb veel liever een schoon gewassen, manlijk ingestelde academicus in bed waaraan ik na afloop vraag: Advocaatje leef je nog? Net als in dat kinderrijmpje. Wist U dat ik in de eerste klas van het christelijk lyceum in de Moreelse straat te Amsterdam door een half dozijn klasgenoten verkracht ben in de kleedkamer van de gymzaal? Ik had er geen enkele moeite mee hoor! Ik heb ook geen verzet geboden! Integendeel! Ik denk dat ik ze zelfs onbewust heb opegegeild en uitgedaagd! Nee, daar heb ik geen trauma van over gehouden, hoor! Ik vond het gewoon lekker! Het was meer een puike leerschool voor later. Ik heb er zo mijn voordeel mee kunnen doen! Zal ik je die fotos van mijzelf in dameskleding toch nog even voor de zekerheid laten zien? Is puik illustratie materiaal voor je artikel of die lessen maatschappijleer! Nee?"
Ik bedank hem voor het edelmoedige aanbod en besluit ruim op af stand van deze vreemde, bizarre, ontaarde man te blijven en mij niet te laten mee slepen met zijn wilde fantasieën en afwijkende gedrag, hoezeer mij dat ook boeit als buitenstaander en te denken geeft. Noemt de de door hem bewonderde Ria Larivière, in- en in keurige echtgenote van de direkteur van Christian Artists, die nog nimmer een sche ve schaats heeft gereden in seksjuweel opzicht, hem niet in een brief vol komen immoreel? En was hij daar niet weinig trots op? Hij wel! Hij doet de doorkijk beha als een blinddoek voor zijn ogen en zegt op samenzweerderige toon: " Soms is het leven toch zo gotvergeten doorzichtig, om van de griffermeerde mede mens maar te zwijgen! Wist je dat ik in die strenge winter van 1963 een beha met vullingen als oorwarmer gebruikte als ik des ochtends om zeven uur door de vrieskou van Heemstede via Haarlem naar Bloemen daal op mijn opoefiets fietste, daar was ik echt de eerste mee, wist je dat wel? Nee? Nou, dat baarde toen voor die tijd nog heel wat op zien. Ze hebben me nog willen opbergen in de bekende psychiatrische kliniek Vogelenzang, toen ze in 1958 een dozijn setjes aan pikante lingerie onder mijn matras vonden, maar dat is mooi niet door gegaan! De psychiater zelf trok ook regelmatig net alleen de be ha maar ook de halve linnenkast van zijn wijf aan, dus die vond mij heel normaal. Wel ben ik afgekeurd voor militaire dienst op S5 al hoewel ik een oproep kreeg voor de reserve officiers opleiding te Heiloo! Als je namelijk tijdens de keuring verschijnt in nylons, jar retel gordel, tangaslipje en bustehouder zien ze je bij het commandos toch echt liever gaan dan komen! Vooral toen ik bleef vol hou den dat je in plaats van een parachute ook de cups van een bustehouder zou kunnen gebruiken voor een zachte landing en bij wijze van binnen helm een condoom over mijn kop trok! Toen raakten ze in opperste staat van verwarring, klapten hun pioniersschepjes op en namen een dreigende houding aan! Waarom? Daarom! Omdat ik natuurlijk gelijk had, dat kunnen ze niet hebben die fantasieloze militie pikken uit de lagere echelons! Nu denk ik daar genuanceerder over, het zijn ook mensen, maar toe stemde ik jaren lang PSP en die partij stond niet bekend om zijn ruime visie."
Na deze statement bergt hij het kledingstuk weer op. Hij zal er niet meeer op terug komen gedurende dit vraaggesprek. En ik ook niet. Heel even hap ik naar adem bij zoveel intieme konfidenties over allerlei sexuele aberraties waar ik eigenlijk helemaal niet van ge diend ben. Het lijkt mij dat hij een tamelijk exhibitionistiese artiest is. In stilte beklaag ik degenen die om hem heen staan. Zijn vrouw, dochters en schoonzonen. Zij zullen heel wat te verduren hebben van zijn bizarre grappen, misselijk makende sick jokes en misplaat ste grollen. Ik besluit snel op een ander onderwerp over te stappen, want ik begin mij wat onbehaaglijk te voelen in zijn dwingende gezelschap. De kunstenaar barst op volkomen onverwachte momenten uit in een waanzinnig lachen waar geen einde aan lijkt te ko men, hikt, rochelt, boert, laat roffelende scheten, hapt naar adem tussen de one liners door, die er uit ratelen alsof salvos uit een water gekoeld machinegeweer een denkbeeldige vijand bestookt, likt om de paar zinnen begerig aan zijn snor, zijn grijze haar is met een elastiekje opgebonden tot een korenschoofachtige paardestaart. Hij ziet er met zijn schurfterige kop uit alsof hij net uit een hevige zandstorm komt en ruikt naar een oude legionair die drie maanden in de woestijn en van Irak geen douche heeft gezien en voor straf op een verschoning moet wachten omdat hij in het voorbijgaan per ongeluk met de volle hand een serveerster in d’r kut heeft ge knepen in het bijzijn van zijn meerderen. Hij zet de fles Cabernet Sauvignon met beide ongewassen handen aan de korstige mond als hij van het toilet terug komt, draait leunend op zijn barkruk als een passer om zijn as en laat zich in een gecapitoneerde leren fauteuil neer ploffen. Hij verhaalt hoe hij een paar uur geleden op de Zeedijk een stelletje Friese boeren apen met het stro van onder de pet en de koeienvlaaien nog klevend aan het zitvlak een weelderig geschapen chique gekleed meisje zag aanranden, ter wijl tientallen dagjes mensen uit de provincie heldhaftig toe zagen hoe haar beha met een knal door de lucht vloog, onmiddellijk gevolgd door haar aan flar den gereten tangaslipje, gordeltje en nylons. En hoe het er toen aan toe ging: van hop hop hop d’r boven op met zijn allen en voor lopig de eerste uren er niet meer van af. Niet dat hij als karateka krachtdadig in greep, want hij behoudt liever de dure kronen in zijn met goud door timmer de van oudsher brutale bronstige bek en keek om ze aan te moedigen op buitengewoon nichterige wijze zwaai end met zijn krokodillen leren polstasje gefascineerd toe! Liever blo jan dan do jan! En die meiden van tegen woordig solliciteren er volgens hem gewoon naar om uren lang te worden groepsverkracht waar ze zelf bij staan! Dat vinden ze lekker! Echte vrouwen smeken er om verkracht te worden. Nee, daar heeft hij toch echt geen groot medelijden mee. Stel je voor! Het is in het zwembad al een volkssport on der Marokkanen, heb ik mij laten vertellen. Turks knopen noemen ze dat onderling! Een tekenfilm van Donald Duck was er niets bij. Over de achterlijke Islamitische cultuur gesproken! En of Pim Fortuyn gelijk heeft gekregen! Vijf voor twaalf is het en niet later!
Uw vader en zijn tweede vrouw waren overtuigde, praktizerende Sadomasochisten? Heeft dat invloed gehad op uw kunstenaarschap in het bijzonder en Uw visie op de mensheid in het alge meen?
Vanaf het eerste uur waren zij toegewijde sadomasochisten en dan spreek ik over 1949. Ze bezaten de modern ste martel apparatuur. Hijs- en takel installaties, houten kruisen, een galg voor wurgsex. Een diepe kast op de slaapkamer lag vol met zwepen, riemen, electrodildos, krokoldillenbek klemmen, bindmateriaal, handboeien, ta kel apparaten, een opvouwbare rek- en strek bank, electrische folter werktuigen, cockringen, voorbinddildo gordels, spreidstokken, dildos van damesformaatjes tot knapen om een olifant mee te temmen, injectie spuiten met verdovende vloeistof en een adressenlijst van duizenden soort- en gevoelsgenoten over de hele wereld. Toen die verhalen na de oorlog over de concentratiekampen in de publiciteit kwamen en wat je allemaal met je medemens kunt uitvoeren op het sexuele vlak zijn heel wat mensen op een idee gebracht. Ik heb mijn perverse vader en zijn even perverse tweede vrouw, die van nature een Meesteres was en voor de S.S. en de NSB koos, nog wel eens bezig gehoord. Dan lag hij extaties te gillen van pure, onversneden knechtjespijn en zij baste er door heen van uitzinnig Meesteressegenot. Ze blafte hem met haar Husky stem die vanuit haar kut leek te ko men de commandos toe. Je deed gewoon geen oog dicht! Een beestenboel in die villa. Dankzij het daaglijks leeg roken van grote sloffen Gauloises had zij van zichzelf al een lage, gutturale, bevelende, zware Meesteresse stem, die regelrecht uit haar anus leek op te wellen. Je voelde het resoneren in je van wellust tegen de steel opge kropte zinderende ballen. Ja, S.M. is nogal een luidruchtige hobby. Vraag maar aan de buren van Nassaulaan 16 te Ede. Regelmatig gooiden slaven en Meesters daar handen vol grind door de open ramen naar binnen op het visgraat parket bij de rechterbuurman. Ik heb nog wel eens wat adressen van de groep Meesteressen en Mees ters Van De Veluwezoom, zeer welgestelde dames en heren met een vrijetijds S.M. hobby in de luxueus uitge voerde martelkelders, van haar gehad. Ik kon dan ook goed met haar op schieten. Mijn moeder was een geboren masochiste, die werd in de hitte van het S.M. spel nog wel eens door haar echtgenoot tegen de grond geslagen of getrapt, dan kwam ze pas goed klaar en mijn beklagenswaardige zuster en overleden broers hebben die type rende masochistische inslag eveneens geërfd. Mijn zuster doet alles om maar zo vaak mogelijk in het hoekje van de slagen te komen. Ze daagt uit. Ze zuigt. Ze jent. Ze ettert maar door, beledigt en treitert net zo lang het bloed van onder je nagels vandaan tot je fel uit haalt en d’r figuurlijk of letterlijk een knal voor d’r kanus ver koopt. Dat vinden de masootjes nu eenmaal lekker, hè! Ze genieten er van om op d’r sodommieter te krijgen, nou, daar wil ik wel aan mee werken, maar dan wel op mijn condities als Bovenmeester. Ik scheur ze eerst de lingerie van het snokkende, smachtende slaven c.q. slavinnenlijf en dan gaat de zweep of de riem er lustig over heen als ze vast gebonden op een bedje van brandnetels liggen te kronkelen. Dan ga ik vervolgens heel metho disch te werk: eerst de voetzolen, daarna binnen- en buitenkant van de dijen tot er flinke, zwartpaarse en rode striemen op staan, vervolgens de geslachtsdelen met een leren veter fel afzwepen tot ze pimpelpaars zien, daar na de strokenzweep voor de buik en borsten, een brede leren riem voor rug en schouders en voor de popo een speciale set van zwepen van verschillende zwaarte die het zitvlees kussen. Goed gedoseerde pijn is de sleutel tot andermans intiem! Een kunsthandelaar uit Friesland heeft indertijd aangifte tegen mij gedaan bij de politie vanwege mijn exquise S.M. praktijken waarbij inderdaad wel eens dodelijke slachtoffers vielen, maar ze lacht en hem vierkant uit omdat diverse hoog geplaatste personen deel nemen aan het S.M. circuit, Meesters en Sla ven, Meesteressen en Slavinnen, van zeer Hoge komaf, die mij protectie bieden. Nee; ik geloof niet dat mijn sadomasochistiese liefhebberijen allemaal veel in vloed op mijn beeldend werk hebben gehad. Wel neem ik het allemaal op digital video op die ik door verkoop aan het porno concern van Miep Brons te Amsterdam voor heel veel geld. Ik kan werk en privé trouwens heel goed scheiden. Ik ben nu al de Nederlandse Dutroux genoemd door hen die van de hoed en de rand weten. Zij hebben huiverend van wellust mijn geheime folterkel ders met de boog gewelven gezien en weten hoe ik heel wat verdwenen jongens, mannen, meisjes en volwassen vrouwen langzaam het leven uit d’r slaven/ slavinnenlijf folterde. Zij kozen daar zelf voor. Ik pak bij voorkeur niet iemand tegen zijn of haar eigen wil. Zelfs niet als ik omhoog zit. Sommige mannen en vrouwen zijn geschapen om te lijden. Het maakt mij niets uit al die onte rechte beschuldigingen. Ik zal ook niemand wurgen bij voorbaat. Alleen als ze er zelf dringend om vragen of lastig worden, dan is het tijd voor de grote Voorjaars op ruimng. Vantevoren moeten ze wel een overeenkomst tekenen dat alles uit vrije wil zal geschieden, anders zou ik nog strafbaar ook kunnen zijn.. En ik kan gelukkig goed incasseren volgens Sado Meester Tom Masters uit Amsterdam, die mij op leidde in het vak, maar ook weer goed uitdelen op zijn tijd, dus eigenlijk een perfec te switch, zo’n beetje op elk terrein des levens van alle markten thuis en psiegies volkomen in balans. Ik deel de mensheid als kunstenaar in twee categorieën in; slaven/ slavinnen en Meesters/Meesteressen. De vegeterende rest leeft in een vacuum, die weet van voren nbiet dat ze van achteren ook leven.
Masochisten zijn voor mij niet meer dan verende rubber vloermatten. Ze hebben een ziel en een fysiek als een trampoline die graag tot een nul wordt gereduceerd als je het rekenkundig wilt duiden. Ik ben uiteraard zo nu en dan een Meester, maar ook wel eens slaaf van mijn eigen of andermans hartstochten.
U was een van de weinige deelnemers aan de opstelwedstrijd. Ik had er eigenlijk toch wel meer ver wacht.
Ik verwacht ook wel een iets wat niet uit komt! Laten we er verder over zwijgen. Ach, weet U, dat eens zo aantrekkelijke, artistiekerige, enige, slanke zonnebankbruine bijstandsvrouwtje Tiny uit de Takkenstraat met d’r krullenkop (ik heb nog heel wat kompromitterende fotos van haar bij d’r voormalige woonboot aan de Emma kade) uit de sauna te Leeuwarden, die er nu heel bleek en verloren bij loopt over de Nieuwstad op Zaterdag ochtend in haar zwarte bontjasje op weg naar de Hema bood mij als modeontwerpster in dertijd in 1993 nog aan om mij gelegenheid te geven om met een eveneens gehuwde, fysiek zeer aantrekkelijke, bekende, biseksju welen advokaat uit Friesland, een maal per week tegen adekwate betaling ter aanvulling van heur krappe uitke ring de liefde te bedrijven in haar antieke dubbelbed dat na afloop altoos weder naar Chanel Egoiste geurde, maar ik ben er toch maar niet op in gegaan, want ik was het privé telefoonnummer van mijn potentiele minnaar kwijt en toen ik belde naar zijn kantoor werd ik door een onder knuppel niet door verbonden, heel spijtig, want we vormden een perfecte match, ik vond hem fysiek heel aantrekkelijk, nog steeds zou ik voor hem door mijn in nylons gehulde kort gerokte knietjes plat gaan, een emailtje naar mij onder krietak@hotmail.com. en ik kom van uit midden Frankrijk op draven op mijn high heels in mijn naadnylons en verder…die geachte, o-zo-gevoelige artistieke Friese, provinciale collegaatjes van mij, laat ik niet al te negatief zijn, het zijn geen mensen waar ik echt mee om kan of wil gaan. Ik vind het namelijk allemaal kloten van de bok in het Noorden des lands! Waterverf en dan nog van de goedkoopste soort uit de speelgoedwinkel! Ik had een paar ton op de beurs ver diend, we waren net miljonair geworden in 2001 en we besloten een schilderij van 45 mille te kopen van een ko gelronde, vol gevreten, zelf ingenomen kunstartist uit Gorredijk, totdat hij samen met een manies depressieve kunsthandelaar uit Langezwaag die zijn Lithium was vergeten te slikken, heftig over mijn werk en persoon ach ter mijn rug om tegen mijn wederhelft begon te fulmineren; hij vond het zogenaamd allemaal erg goed wat ik deed, maar hij zou mijn werken nooit in zijn galerie exposeren, want dan kreeg hij niet alleen de Friese en Gro ningse kollegaatjes zoals Rein Pol en Henk Helmantel tegen zich, maar ook de ku(ns)tredaktie van de Leeuwar der Courant. Nou, dat was erg verstandig van hem om zo hoog van de toren te blazen; die aankoop van dat schil derij hebben we toen maar gelijk dezelfde avond gecanceld en de hulp die wij hem zouden geven bij het zoeken naar een huis in Frankrijk voor het gemak ook maar bij die gelegenheid afgezegd. Ze zijn zo verschrikkelijk stom en bot die Friese artistjes, die boerenhufters blijven zitten waar ze zitten en verroeren zich niet, die kletsen met iedereen mee als het maar subsidie oplevert of sympathie van de Friesche Kultuurkamer. Het zijn net politi ci, korte termijn denkers. Ze doen alleen iets als er geld mee te verdienen valt. Ik heb daar zo mijn visie op en die neemt niemand mij af, want het is in zes woorden te vangen! Schoolmeesters zijn het, schoolmeesters blij ven het! Dat is toch duidelijke taal? Die Friese en Groningse pretentieuze talentloze tekenleraren toch! Dan denk ik weer met heel veel liefde terug aan de horde van kittige, licht neurotische leraresjes textiele werkvorm en, culturele vorming en kunstgeschiedenis, die voor een Marsreep zijn te neuken in d’r zoetzure poepertjes met mijn malse augurk. Blij met 2 % loonsverhoging en een paar bapo uren op hun zestigste, pensioen en dan als droogbloeiers met overgangsklachten achter de geraniums op het benauwde balkonnetje van de doorzonflat in een rookwolk van de allochtone buren die zo graag de hele zomer barbecuen en geiten op het balkon slachten! Gotsalmetruttebollen! Ambtenaren! Hondjes van Pavlov zijn het; ze kwijlen als de subsidiebel rinkelt! Eens een school\meester, altijd een schoolmeester! Wie te stom is voor de universiteit en te laf voor de handel, ja, die wordt vanzelf tekenleraar! Nogal logies dat ze bij het minste of geringste het onderwijspersoneel tegenwoordig een stopkogel door d’r lui zullie d’r porum schieten. Ze hebben toch ook geen smoel? Nou dan! Dus vragen ze er zelf om!
Waarom heeft U aan de opstelwedstrijd mee gedaan? Daar geeft U nog steeds geen antwoord op!
Ik heb mee gedaan aan die opstelwedstrijd omdat ik uit gekeken ben op het officiële kunstenaarscircuit, want dat is dood geslagen bier met vliegen. Een pot paardepis. Moderne kunst? Een drol in een plas menstruatie op je bord met zilveren bestek naar binnen werken. Moderne kunst hoort bij het hoofdstuk De Nieuwe Kleren Van De Keizer. Die houding van mij, zult U zeggen, kenmerkt de ware artist! Als dat geen echte kunst is waar kunst op staat, dan vreet ik van daag nog de lingerie van Uw aantrekkelijke lijf rauw op waar U zelf bij staat en dan mag U daar na het stand je kiezen, want daar wil ik niet al te kinderachtig in zijn, zelfs niet als het face sitting wordt, want ik schrik nergens voor terug als U net uit bad komt. Uw wens is in dit opzicht voor mij een bevel! En ik mag je wel zeggen dat je een gigantiese wereldprimeur hebt in je kutterige schoolblad met dit exclusieve gesprek, want ik heb kort geleden nog een interview geweigerd met het Algemeen Dagblad als expatriate artist. Toen hebben ze mijn geheime telefoonnummer gepubliceerd. Het is tegen elke behoorlijke journalistieke code! Horen en zien vergingen me twee weken lang! Ik kan je een kopie van het artikel laten zien. En de onlangs uit pure wanhoop van zijn vrouw gescheiden heer Nico van Suchtelen (zijn dochter betrapte hem in ontklede staat met zijn pantalon op zijn schoenen met een naakte man in staat van erectie in het befaamde Anne Frank homo plantsoen. Hij zag het als een daad van verzet tegen de hetero meerderheid) heeft een half jaar achter me heen gezeten voor zijn radioprogramma "Liever Uit dan Thuis". Uiteindelijk heeft hij me een bedrag van 5000 gulden geboden maar ik ben er niet op in gegaan, want die vijf ruggen zijn peanuts voor mij. Peanuts! En die toffe, jofele ex-jeugdleider Rolf de M. van de VARA, die ik nog met een guitaar en een dikke lul in het Vondelpark heb zien wandelen in de silver sixties, heb ik indertijd ook een interview geweigerd want met de linkse pers spreek ik sowieso niet, net zo min als met die rand debiele sukkels van de E.O. of van Christian Artists, c.q. het art. 31 griffermeerde Art Revisited, maar ik dwaal al weer af. U duidt mij toch geen euvel?
Maar laten wij terug komen op dat opstel.
In drie uur moesten de leerlingen van de Da Costakweekschool voor het eindexamen dus een verplicht opstel maken en toen dacht ik bij mijzelf, gottegottegot, dat moet ik ook eens proberen, want het talent dat ik in mijn vingernagel heb, dat hebben zij nog niet in hun hele volgevreten gesubsidieerde paedagogische paederastiese welzijnswerkende welstandslijf! Ik begrijp ook wel dat jij figuurlijk ge sproken geen intellectuele nagel aan je bruingeel doorrookte vinger hebt om je gat schoon te krabben, maar dat is toch geen valide ex cuus. Maar ik ben dan natuurlijk ook een enorm ervaren rot in het vak dus ik neem niet één, maar vijf onderwerpen tegelijk en dan geef ik ondertussen ook nog mijn eigen, boeiende levensvisie in a nutshell voor niks en niemendal, alsof het allemaal niets kost. Een ieder kan daar overigens zijn\ haar voordeel mee doen. Ook simpele leraresjes tehatex of economie. Vooral die olijke leraar Neder lands Peet " Opa" Wapstra uit Leeuwarden, bekend in alle plattelandskroegen op zaterdagmiddag in Friesland wil ik nog wel eens spreken over de toestand in de wereld in het algemeen en Friesland in het bijzonder. Men dient als luisteraar vooral heel goed op te let ten als ik aan het woord ben; Zo nu en dan gooi ik namelijk in het voorbij gaan heel achteloos een goed idee over mijn schouder en kijk gebiologeerd naar het achterwerk van hem of haar die bukt en het op raapt want als er iemand billofiel is in kunstenaarsland... Er moet een goed geproportioneerd kontje met een duidelijke haarscheiding aan zitten anders houdt alles op! Maar over dat opstel ge sproken, daar was ik heel snel mee klaar, want de tijds limiet…
En is dat allemaal binnen drie uur gelukt?
Lieverd, waar hebben we het over… je heb een paar prachtige, goed opgebonden tieten in je strak spannende bloesje, onvervalste dubbel D cuppers, daar zul heel wat overwicht op de leerlingetjes mee voor de klas hebben zonder gelijk plat voor over te vallen in die bij heteromannen zo populaire stand, schat ik zo met mijn timmermansoog, meloentjes om een punt aan te zuigen, veerkrachtig ook, daar kan ik je van harte mee felicite
ren en de keiharde tepels priemen brutaal door de stof heen, zo zie ik het graag, want dan heeft de dame er pas echt zin in en ik ben zoals al langer bekend in brede kringen een ras echte tepelfreak, alhoewel ik door de bank genomen niet echt verrukt ben van ruim bemeten onbekende dames in natura artis magistra, edoch; zo lang ze hun rokjes en slipjes maar aan houden wil ik ze hand haven, anders gaat het zo geuren in het kot, want wat ze daar in verbergen, die zompige venusdelta met al die soorten opborrelende afscheiding in alle kleuren van de regenboog en de woekerende korstmossen op de schaamlippen, die geheime toendra, daar heb ik niet echt veel trek in, dat is leuk voor de kleurenblinde opgroeiende, pukkelige jeugd, die nog romantiese idealen heeft met hun nog niet gedifferentieerde sexualiteit, dat alsmaar droog geilen… maar waar hebben we het nou ook weer over want ik word een beet je zenuwachtig van het uitzicht en dit soort praatjes …. ik ben nu een maal een ge nie en daar helpt geen lieve moedertje aan, voor zover ze dat zou willen. Mijn familie heeft nog nooit een schilderij van mij gekocht, dus wat moet ik er mee? Afvegen en doortrekken ? Lijkt mij toch maar het beste ! Kijkt U eens, mijn eeuwig onvergetelijke zomerliefde van 1967, de prachtige, mediterrane Catherina S., had slechts A-cups in haar enige, zwarte Coco Chanel jurkje en om d’r haar op te toeven stopte ze er heel handig ny lonkousen in, maar dat gaf allemaal niks, de chemie werkte tussen ons zomer 1967 op zo’n fantastische wijze dat mijn gemoed nog vol schiet en dan maakt het formaat totaal niets uit, ja, dan wil je wel. Ik weet nog wel dat A Whiter Shade Of Pale van Procol Harum nummer één in de hitparade stond en haar vaste, blonde vriendin Gonnie in bikini op het dek van haar woonboot beweerde dat die tjoen nog van Mozart afkomstig was en achter af nog gelijk had ook. Wist ik veel dat ze met d’r hele hebben en houwen drieëntwintig jaar later in dat geza pige, truttige programma "tussen ku(ns)t en kitsch" zou verschijnen om te beweren dat ze al vanaf haar acht tiende Jugendstil verzamelde, hetgeen gelogen is, want op d’r vijfentwintigste had ze gotbetert alleen een affi che van een Spaanse stierenvechter aan de muur van haar kamer en een eenpitsgastoestel naast haar bed, vlak bij de Plantage Muidergracht om zich bij klaar te vingeren. Een goede oefening voor de ongehuwde jongedame. En moet je bij mij thuis eens kijken wat daar aan Jugendstilbeelden staat, dat wil je niet weten, daar kan een arrogant leraresje textiele werkvormen met haar schamele inkomsten een punt aan zuigen! De enige overeen komst tussen Catherina en mij is dat we allebei bij vlagen van stevige, grote tieten hielden, alhoewel haar heerlijke jongensachtige, androgiene figuurtje met de A cups mijn grote aandacht had! Mijn homosexuele com ponent doet mij neigen naar vrouwen met kleine borsten. Ze was – net als sinds jaar en dag verschrompelde, ver lepte Tineke B. te V. (De Friese Toetie Met De Tote Tieten) – geboren onder het astrologische teken van de Leeuw. Heel problematisch dus! Zegt de Schrift niet zo duidelijk dat de Satan rond gaat als een brullende leeuw? Niet om mee om te gaan! Totaal onhoudbaar! En geborneerd! Tot op het schaambot! Ik heb meer iets met de Kinky Schorpioen, met zijn broeierige erotiek, de Culinaire Kreeft, de Stier en de Boogschutter, die treffen namelijk altijd doel! Vooral de Boogschutter gaat er bij mij in als koek, daarom val ik ook zo op het ranke fotomodel Irene van der Laar," mijmert hij. In elk geval valt Irene als bepaald niet de allerslimste helemaal niet onder de catagorie The Biggest Busts Of Europe.
Maar, euh...back to business! Ik was als genie met dat opstel binnen 25 minuten klaar! En dat was dat. Maar nou wil ik voor we verder lullen natuurlijk wel eerst die boekenbonnen scoren, want voor niks gaat de zon op en treedt een bijstandsuitkering in werking! Hoe sprekend lijkt hij (Fred van der Wal) in al zijn eenvoud niet op de in 1969 op Ibiza omgekomen kunstschilder/auteur Faber Heeresma, zoals actrices Philippine Aeckerlin en Mies de Heer eens met voldoening konstateerden tijdens een meeting met hem op Arti et Amicitiae! En dat hij met Miesje indertijd meer dan één beschuitje met muisjes had willen knappen hoeft volgens zijn zeggen geen nadere toelichting voor wie Miesje ooit in de jaren tachtig in levende lijve heeft aan schouwd ! Nu lijkt zij mij met haar kogelronde kop en haar zelf ingenomen assertieve actrice aanstelleritis wat al te veel op Kitty van der V. en heeft zich die vervelende standaard toneelmanieren aangemeten die o.a. de talentloze onaantrekkelijke Ed da B. (blinkt uit in rollen van werkster of pleejuffrouw) van het gesubsidieerde toneel zo nu en dan op de bühne ventileert voor wel twee of drie toeschouwers in de zaal. Bij dit aantal spreekt men reeds in door de overheid ge subsidieerde acteurs vak kringen over een niet te evenaren succes.
Fred kontroleert of de bonnen ook werkelijk in het bruine envelopje zitten, want als iemand zijn pappenheim ers kent...En tussen twee haakjes…die boven genoemde advokaat is ook heel goed terecht gekomen, die heeft al lang een laag geschoolde, geblondeerde, ranzige, veneriese pik met een veel te strakke zuurstokroze ballen broek uit de darkroom in de homokroeg X-tra (Leeuwarden) opgepikt om zijn tegen natuurlijke lusten ongebrei deld op bot te vieren, vermoed hij zo. Een onbetrouwbare tippelnicht met zo’n veel tekort ordinair, gerafeld roze t-shirt dat zijn gouden navelring onbedekt laat. Wist je dat ik een manuscript heb liggen over mijn herinne ringen aan twee ravissant mooie, puur biseksuele, rondborstige, licht gestoorde, zwartharige zusjes uit Heem stede die aan de Horse gingen en waar ik een jaar lang alles mee deelde, lief en leed, de spuit zowel als het met liefdessappen doorweekte bed in trio-, quatro- en quinco tot en met octo verband. Denk niet dat het in een gezin netje in Langezwaag er veel beter aan toe gaat. Ik noem de meeste echtverenigingen altijd miniatuur concentra tiekampjes. Ik vroeg laatst tijdens een diner in L. nog aan dat miniatuurvrouwtje G. te L..: "Wat kraakt daar toch zo? Zijn het je nieuwe pumps of heb je last van een droog sneetje?" En ik vond het zo vreselijk genant toen ze in tranen uit barstte en me daarna een draai om mijn oren wilde geven, hetgeen mislukte want met haar onaanzienlijke gestalte komt ze nog niet eens tot aan mijn navel. Ik poogde haar te sussen met: "Tut-tut-tut; er wordt me toch wat afgeleden onder de echtelieden in Nederland, daar hoef je je helemaal niet voor te schamen en in geval van nood heb ik nog wel een aangebroken heupflacon Sensilube staan om je even eigenhandig door te smeren!" Ik ken de huisvrouwtjes van haver tot gort; door en door moreel corrupt tot op het schaambot; eerst een nieuwe bontjas of er wordt deze maand niet geneukt, eerst een nieuwe zitkuil van ongelooid olifantshuid of je mag d’r tien jaar niet bij d’r in met je pientere pookje! De meeste mensen weten niet eens hoe ongelukkig ze zijn! Ze denken dat het zo hoort. Is me dat even een merkwaardige misvatting?
U bent als geniaal kunstenaar geen voorstander van het huwelijk?
Huwelijk rijmt op gruwelijk. Het is een achterhaalde instelling. Een administratieve handeling, uitgevonden door bange kalvinisten, zuinige adjunkt kommiezen en bekrompen burgermannetjes. Een huwelijks akte is niet meer waard dan de kosten van de drukinkt en het papier. Een versleten, zilveren dubbeltje, maar dan op zijn kant. In wankel evnewicht. Een kwartje wordt het nooit. Over dat homo huwelijk – homo sexualiteit is en blijft vanzelfsprekend een grote gruwel in de ogen des Heeren zoals de Heilige Schrift zo over duidelijk zegt- zullen we maar helemaal zwijgen. Het heeft zeker zijn charme voor wie er gevoelig voor is en als die homoseksjuwa liteit niet bestond had den ze het zeker moeten uitvinden.Wat denken ze verder wel, die manlijke beroepshomofielten? Dat ze een bruin kindje via hun ongewassen, harige poepertje kunnen werpen? Hetgeen nog steeds onmogelijk is met de huidige stand van medische zaken en daarom zijn zij fysiek en moreel verre inferieur! Zij willen iets dat niet mogelijk is en tegen de scheppingsorde in gaat. Homosexualiteit is het smakelijke toetje na de heterosexuele hoofdmaaltijd, dat wil ik wel toe geven, maar niet meer dan dat. Je moet er niet gelijk een reli gie van maken, want voor je het weet wordt het louter en alleen maar mechanies, gevoelloos bruin werken, geil pompen en poep stampen. Het is puur entertainment van een zootje wakkere spuitgasten met ballen! Lol trappen tussen elkaars achterwangen. Ik eis wel dat ze hun intiem goed schoon douchen want in een chocolade bruine staafmixer of een bruine jat na af loop heb ik geen zin. En wat de sexualiteit in het algemeen betreft: Alles met mate en langs lijnen van gelijdelijkheid, dus niet ‘m er gelijk in stompen met je karate vuist, maar eerst even de kringspier goed in vetten, soepel en willig maken met rond draaiende bewegingen van een, twee en vervolgens drie vingers of uitvoerig tongen en dan koninklijk naar binnen glijden tussen de beide lustbollen als een statige zwaan over het roerloze oppervlakte van de koele meren des doods diep de grot in, vlak boven de waterspiegel.
Als dat geen literaire metafoor voor anale tegennatuurlijke sex is weet ik het ook niet meer! Kent U eigenlijk mijn nieuwe boek "In Praise Of The Anus"? In eigen beheer uitgegeven met vele fotos van anaalrijders, reetkezers, bruinwerkers, kontridders en anale praktijken tussen kontkezendemannenkutkazende mannen onder ling. En vol met enthousiaste verhalen van bekeerde darmtoeristen alsmede andere parasieten niet te vergeten. Boulevards van mededogen ontvouwen zich in mijn boeken en een vergezichten! Brede, geurige perspectieven ook walmen U tegemoet van af de paginas. Het is een soort berg beklimmen met je pikhouweel. Voor de door gewinterde fijnproever en liefhebber van anale sex een ultieme ervaring!
U bent bisexueel?
Iedereen is bisexueel in aanleg en wie zegt dat hij het niet is weet het nog niet van zichzelf. Niks mis mee! Ja toch? Ik heb de naam een zeer gevaarlijk en moeilijk man te zijn en laat mij om die reden door morele overwegingen noch de kerkelijke voorschriften beperken tot de tamelijk eenzijdige keuze voor het vrouwelijk geslachtsdeel, want dat blijft behelpen en is ook niet alles. Ik heb met minstens vijftien mannen en twaalf vrouwen in extenso en ad ultimo de liefde bedreven in alle rangen en standen, van horizontaal naar verticaal tot omgekeerd hangend in de ringen aan toe, in de zweefmolen, op een Parijse begraafplaats op een stenen grafzerk in het kader van de eigentijdse zwarte romantiek en zelfs een paar keer op het altaar van een Roomse kerk in België met een prachtige, dominante travestiet, Liliane uit Gent. Ik legde hem/haar daar op het altaar van het vlees. Louter symboliek. Als ik in zijn/haar ogen keek, man, man, man…mijn meeste minnaars/minnaressen waren zoal U weet net als ik puur bisexueel. Fifty-fifty tiepes waar je alle kanten mee op kon, de verkeerde, maar ook de goede. Over de drie jaar dat ik samen leefde met een twintig jaar oudere dominante man op een nieuwbouwflat in Haarlem tussen sept.1965 en dec. 1968 zal ik nog nader bericht geven in een verhaal. Verder wil ik er voorlopig niets over zeggen, omdat het in bepaalde puriteinse kringen een beetje gevoelig ligt. Wel zeg ik U dat ik soms mannen prefereer om mee te zakbiljarten of bij het drie banden stoten op de korte keu en dan weer de vrouw hoog in mijn vaandel heb bij het vendel zwaaien. Laat ze maar wapperen daar hoog in de vlaggemast, dat lucht een beetje op onder de rokken!
Bent U bij de titel van Uw opstel geïnspireerd door een bejaardentehuis in Voorthuizen waar vlak voor Uw vertrek juist acht bejaarden vergiftigd waren? Dat heette in Uw novelle toevallig ook Huize Avondrood Water in de sloot?
Nee hoor, ik heb wel met een bejaardenhuis te maken gehad, maar dat ligt op een heel persoonlijk vlak, daar zijn in no time toen do zijnen oudjes op raadselachtige wijze om het leven gekomen. De dood in de pot. De grote winter opruiming noemde ik dat. De insu line smeet je bij liters tegelijk in de bloedzakken, die aan olijk gevormde chroomstalen, modern ogende, verrijdbare kapstokken op rubber wielen met kogellagers hingen naast de kliniese bedden waar de bed legerigen onder kraakhelder witgoed toch al buiten westen plat gespoten lagen, dus het maakte niet veel uit wat je deed. Een lachwekkend tafereel! Je had er echt geen kind aan! Moet je eens kij ken hoe snel ze in coma raakten als ik de avondronde had gedaan. En voor een ieder had ik nog wel een goed woordje over! Ja; eigenlijk ben ik een soort eigentijdse Heere Jezus, maar dan in Florence Nightingale verpakking met zo’n oogstrelend pleegzuster bloedwijn pakje aan en een vervaarlijke injektiespuit in de eeltige knuist en een rood kruis! De direktie mag me wel dankbaar zijn. Als iemand kosten besparend heeft gewerkt in de gezondheidszorg…De oudjes gingen bij de voor deur onder gewapend escorte op kruk ken of vast geklonken met verchroomde handboeien aan rollators naar binnen en kwamen de volgende dag als kistkalveren weer naar buiten, gestrekt tussen zes gepolitoerde met koperen bouten aan malkander geklonken plankjes met handgrepen en dat is heel goed te gen het vallen. Toen ze me betrapten als ziekenbroeder – ik was net in een minuten lang multiple orgasme verwikkeld vol toppen en dalen en lag nog lekker onder veel gehijg en klaarkomgekrijs na te bobberen en spasties stuip te trekken- in de snijzaal toen ik met mijn leuter boven op een lijk lag te krikken van een vierentwintigjarig net overleden beeldschoon gereformeerd onderwijzeresje heb ik op aandringen van de di rectie vrijwillig eervol ontslag genomen, anders was ik het Pieter Baan Centrum ingedraaid omdat necrofilie te genwoordig niet zo populair meer is na al die Dracula films en de nabestaanden er aanstoot aan nemen als een onbekende op de overledene klimt en het lijk onteerd en bevlekt is voor het de kist in zakt, maar verder is het nog steeds alles kits in de rits. Een glinsterende sliert van mijn springzaad lag op haar linkerdij en droogde lang zaam op want zij sliep de eeuwige slaap der rechtvaardigen en wist van niets.
En ik ben dus iemand die tussen zijn persoonlijk leven en de rest van de wereld een definitief brandscherm heeft neergelaten, in tegen stelling tot mijn geachte, doch zeer onbenullige collegae uit Friesland, maar ook uit Haarlem en omstreken, want als ik ga lekken zit jan en alleman onder de smurrie en ik zelf in een mum van tijd voor twintig jaar vast in een EBI vanwege mijn hand- en spandiensten aan internationale terroristen begin 70-er jaren, mijn konnekties bij de BVD, de Mossad en betrokkenheid bij de coke handel in Suriname, waar ik lang ver bleef. Nassaulaan 16 te Ede was een safe house voor vrouwelijke leden van de Rote Armee Fraktion. Hoe vaak ben ik er tussen 1967 en 1985 niet geweest om ze even uit te deuken, want die meiden wilden ook wel eens wat, dat waren seksju welen hongerlappen! Sex was voor die wijven hetzelfde als een peertjes schilderij. Ja, die zwart mensen van de vrouwelijke kunne, da’s weer een heel ander verhaal, kunst kunnen ze niet maken, die zijn van nature voor een pijp drop te neuken. Geen klachten over. Het kan alleen niet gezond wezen! Ze ruiken wel erg sterk naar kaneel uit d’r tumtummetje. Daar is geen stoombad met Poesje Schoon Kruid tegen gewassen.
Men tast verder al decennia lang in het duister over mij en zo moet het ook maar blijven. De verhalen die over mij de ronde doen… man, man, man! Hoguit negenennegentig komma negen negen negen procent is waar, maar dan houd je nog genoeg croniques scandaleuses over om een jaargang Privé mee te vullen! Mijn ex-overbuurman te Oldeboorn schudde mij enthousiast de hand toen ik aankondigde te gaan verhuizen, deze door mij persoonlijk zeer hoog geachte generaal b.d., die volgens de vlotte boys van de VPRO duikboten zonder ac cus en aan drijfschroef uit de dump poogt te slijten aan onderontwikkelde landen waar de ontwikkelings gelden als gebruikelijk zo goed besteed worden aan zware wapens, die de kopers dankzij gebrek aan enige scholing nooit zullen leren bedien en. Hij (P.) is een zeldzaam oprecht, hulpvaardig man, Godt hebbe zijn ziel, alhoe wel hij nergens in gelooft, maar dat geeft niks, want we moeten niet gelijk gaan diskrimineren en het is al erg ge noeg als de Mossad een dossier van hebbik joudaar over je heeft aan ge legd want dan hebben ze je pas goed op de korrel, dan is elke volgende dag dat je leeft toch echt tijdwinst, dan is het alleen maar af wachten tot wanneer je met een dum dum kogel tussen de ogen achter de coniferen ligt. Bij hoeveel afrekeningen in het sirkwie ben ik zelf niet geweest? We kennen de rechtvaardige wegen der zonen Sions! Sjaloom! Eén heel magazijn de man uit de 9 mm. Glock in het lijf ge pompt zal je bedoelen en je kan gelijk gaan hemelen. Mazzel en brochum, Hals und Beinbruch! Een mooie jongen die dat kan na vertellen! Sjappoo hoor! Als mensenkenners menen sommige bewoners van de van Sminiawei te O. dat ik in mijn royale folterkelder in Frankrijk in een leren Meesters outfit dagelijks een dozijn masochisten bij hun ballen tegen het plafond op takel en daarna als toetje na de maaltijd een bloed mooie mulattin bij d’r tepels joelend over de tegels tientallen meters ver naar de keuken sleur, ter wijl ik veel liever een ouwe, lekkende werkster omgekeerd bij d’r bespataderde olifantsachterpoten aan de uitge slagen vochtige, door salpeter aangetaste muur hang als wandversiering, maar dan wel plat geslagen als een mug, -zoals anderen in de Kinkerbeis een tijgervel, een prent van een huilend jongetje of een paardehoofdstel aan de muur hebben- jawel; plat geslagen, om ruimte te besparen, alhoewel ons huis twee maal dertig bij tien meter bewoonbaar oppervlak bedraagt! Je moet toch wat als artiest tegenwoordig. Ik heb trouwens in tegen stelling tot de geruchten zelf nog steeds geen balzakkanker, aids of een gitzwart achterwerk van dood, wild vlees, bovendien hangt mijn endeldarm geen zestig centimeter naar buiten en ik kan ondanks mijn hoge leeftijd nog steeds kakken zonder bril. Nee, als ik ergens leef dan is het daar wel…! Wel hebben wij drie maanden een verrukkelijke donkerharige, geheimzinnige, zigeunerinneachtige, dertigjarige Joodse vrouw (Rebecca B.) met een geheime missie in huis gehad, waar de buren (D. en L. de V.) schande van spraken maar dat is weer een verhaal apart. Ze dachten dat we ons een breuk neukten in trio verband en hadden geen idee waar het werkelijk om ging en wat zich af speelde. Sex and violence in trio verband? Het is me op het lijf geschreven, hoor, daar niet van! Via verrekijkers en geavanceerde land satelliet GPS meetapparatuur maar ook theodolieten en infra roodnachtkijkers namen ze aanstoot aan ons vrije gedrag in onze toch echt wel ruim bemeten tuin. Het ging dag en nacht door. We werden af geluisterd, dat wisten we al heel snel via een tip en dat is één van de vele redenen om weg te gaan. Nu wonen er fijne, degelijke, Friese, smaakvolle, verstandige, doch vooral hele lieve, jonge, argeloze mensen in ons vorige landhuis, met nog een heel leven vol idealen in het vooruit zicht, medemensen die zowel van schapen als allochtonen uit Afrika houden en dat stelt de buurt heel wat geruster. Gotsalme liefhebbe! Friezen! Je zal d’r mee gezegend worden! En als iemand dat zeggen mag dan ben ik dat, want mijn overgrootvader was uit Kollum afkomstig en volgens de heldere stem van Elly P. aan de van Sminiawei te Oldeboorn heb ik een uitgesproken Friese mentaliteit. Mag ik bedanken?
U bent als persoon niet belangrijk, alleen uw beeldend werk?
O, ik ben als persoon buitengewoon belangrijk, daarom parfumeer ik mijzelve ook de ganse dag in mijn intiem met het dure merk Opium en scheer mijn oksels en tieten altijd glad, want dan zwem je harder. Heel erg belangrijk ben ik! Heel wat belangrijker dan U en Uw klasgenootjes of degenen die U onderwijzen! Wat had U GVD nou gedacht? Als ik niet belangrijk was had ik wel ergens op een kantoor gezeten of in het leipespeis. En waarom bent U dan zo belangrijk, meneer van der Wal, zult U nieuwsgierig vragen? Nou, dat spreekt toch allemaal van zelf! Dat hoef ik toch echt niet uit te leggen, dat begrijpt U zo toch ook wel! Want als ik even mijn ogen sluit, dan ben ik er niet meer, dus ik houd ze allebei voor de zekerheid liever zeer wijd open. Natuurlijk ben ik geniaal, wat zullen we nou beleven, ik zou me zelf niet willen minachten, hooguit de ander en vooral mijn mislukte, doch vermogende familie van moral losers en de talentloze lullige Friese kollegaatjes. Breek me de bek niet open! Mijn ene broer is in 1985 door de Haarlemse drugs maffia vermoord, mijn andere broer tegen een bus gereden op Ibiza, nadat ik hem " Walging" van Sartre uit leende. Toen zag hij het niet meer zitten. De dader van de moord is in Haarlem vrij gesproken zoals toen nog de gewoonte was. Ik heb toen onmiddel lijk een hit team geformeerd van een paar sadisten uit enkele sportscholen waar ik karate en boksen trainde Een auto vol chirurgische instrumenten maar ook geavanceerde elekrofolter- en martel apparatuur was al gecharterd want we zouden hem heel langzaam dood martelen. Ik had een draaiboek opgesteld van continu folteren, dat twee weken in beslag nam. Toen heeft de heel verstandige Mr. Rots huizen van de Spanjaardslaan te Leeuwarden mij ernstig gewaarschuwd voor de juridische konsekwenties. Ik heb die aktie toen op het laatste moment maar afgeblazen en de boys (sambo worstelaar/ tweedehands oto handelaar Tinus Tussengas, karateka Boris "Clitoris" Zjirinovski en amateurbokser Rooker van Dattum uit Moddergat) zijn teleurgesteld naar huis afgetrokken. Onderweg zijn we nog even gestopt, hebben een passerende, jeugdige bromfietser uit het zadel gesleurd, vierkant de berm in geknuppeld, de primus opge start, het brandijzer in het vuur verhit, zijn jeans van zijn stoute billen afgerukt en hem op de beide billen gebrand merkt met het woord slaaf. Zo; die kon ook weer gerust naar huis. Uithuilen bij het lieve vrouwtje. Je moest toch wat. Het is toen nog als onopgelost geval in de Leeuwarder Courant vermeld. En wat de dader van die moord op mijn broer betreft : Vroeg of laat neem ik ‘m eigen han dig toch wel te pakken! Mijn Luger is geladen met dum dum munitie.
Maar euh…last but not least: En waarom heeft meneer van der Wal het land verlaten zult U vanzelf vragen? Dat ligt zo voor de hand dat ik daar geen antwoord op geef. Maar het gaat hierom: Als ik me wil amuseren in dit overvolle land dat sowieso ten ondergang is gedoemd en binnen kort onder het kwelwater loopt (ik hoop dat die kunstschilder T.N. uit Zeeland ondertussen kan zwemmen, want dat leerden die blauwe jongens niet in In die) dan neem ik vanzelf de Candy of het openbaar vervoer of allebei, bijvoorbeeld de gammele streekbus naar Voorthuizen of all places. Dan steek ik een joint op en ga ik tegenover iemand zitten, en dan kijk ik de desbe treffende, onverschillig wie het is, man, vrouw, hetero, homo of bi eens peinzend aan met mijn bloed door lopen ogen, frons de wenkbrauwen, schraap de keel en zeg enigszins badinerend: "Tut, tut, tut, het leven is ook niet ongemerkt aan u gepasseerd, als ik zo naar die groeven op Uw grauwe gelaat kijk, het lijkt wel een ouder wetse, grijs gedraaide 78 toeren grammofoonplaat, seg!" Nou, en dan branden ze los, hoor, want er is me wat el lende op de wereld! En binnen de kortste keren krijg ik het hele levensverhaal om niet regelrecht in mijn schoot gekotst. Hondje dood, ouders dood, kinderen aan de spuit, broer lid van het CDA, echtgenoot verloren aan balzakkanker, langdurige, breedvoerige ex posés over uitgekakte, bloemkool grote paarse gezwellen bij de vleet die te groot waren voor de stankbocht om door te spoelen, tot hondenvoer vermalen afgezette tieten, plaats vervangende opblaas ballonnetjes in de plaatstalen tietenhouder, groengele vette slijm rochels, plassen bloed in de ontlasting, aidsamme reets en noem maar op. Dat heet in de volksmond dan: zich kwetsbaar opstellen! Nou, je kan me de pot op met je merode en je dalles! Afvegen en doortrekken zul je bedoel en! Wat heb ik er alle maal mee te maken? Ik denk er niet over om mijn persoonlijke leven bloot te geven. Gotsalmetruttebollen! Daar heb ik al al héééle maal geen behoefte aan. Ben ik daarvoor E.O. en VPRO lid? Geef mij maar een voordeelnummer, dan kan ik U nog eens bellen! Ik kom onlangs in een dure parfumerie in Leeuwarden met mijn oudste hoog zwangere dochter Misja om een geurtje voor mij uit te zoeken, dus ze kondigt met luide stem in de over volle zaak aan; " Mijn vader hier (wijst in mijn richting. De Friese on gekapte blokhoof den met bloemkool permanent draaien zich synchroon om, tuk op een rel) zoekt een parfum met een echte, vette, onvervalste homogeur!" en ik vulde aan: " zo’n echte geile, opdringerige, verdorven nichten lucht die staat als een blok in de straten, je naar adem happend naar de strot doet grijpen en bij de toevallige passant aan komt als een imaginaire baksteen in zijn smoel met de impakt van een Boeing die een twintower binnen vliegt!" Als je je zodanig als assertieve klant opstelt en niet schaamt voor je eigen, voor sommigen misschien wat dubieuze seksjuwelen identiteit, ja, dan heb je gelijk alle aandacht van de charmante verkoop sters en het vrouwelijke, maar ook het manlijke deel van het publiek bij Douglas Arthur. Ik ging de deur uit met aan iedere arm een hoog blonde jonge vrouw, in mijn kielzog twee verbitterde, jaloerse relnichten die verhit mijn intieme geur op snoven met gekrulde neuzen als mede trillende neusvleugels en in mijn kont zak een flacon van meer dan f 120,-! Nou U met Uw bescheten studie financiering, gebrekkige sexleven en een gehorige kutkamer in een grauwe huurkazerne! Kijg nou gauw wat!
Veel mensen kunnen zich dat parfum niet eens permitteren en moeten met minder toe.
Onzin! Iedereen tegenwoordig, heb ik zo het idee. De meeste vullismannen zijn al miljonair nog voor ze beginnen. Wat die al niet vin den langs de kant van de weg! En anders is het van : kun je nog stinken, stink dan mee! Dan moet je het zelf maar weten, dan ga je maar naar de Hema voor een kanker verwekkende rookworst. Ja, wat willen we ook; men hééft natuurlijk niet veel anno nu in de melk te brokken als conversatie stof, alleen zijn eigen onbenullige avonturen op kantoor van acht tot vier en daar na een hands free intermez zo in de file op weg naar het flatje. Mijn Godt! Ja, wat moet je dan? Dan is het lulligheid troef, hier verkoopt men toverballen, dan is geen andere mogelijkheid dan fijn over je miserabele uitzichtsloze levenslot tegen je medepassagier te lullen. Ik ken een gescheiden mummelend vrouwtje (C.K. te V.) die nog steeds over d’r verloren uitzet en d’r betonnen onderbroeken en jaegerhemmetjes na haar scheiding van 53 jaar geleden zit te kniezen. Ik heb het temperament gelukkig niet voor dat soort lulligheden. Nee, ik heb zeven com puters staan in een prachtig huis in Frankrijk, drie parabool antennes waarmee ik met de wereld communiceer via UHF en VHF, 3 GSM toestellen, een paar internetverbindingen, een huis in Stramproy en een ruim atelier en ik heb mijn echtgenote pas nog een nieuwe oto gegeven en …. alsof je gotdome een emmer leeg gooit...een wederhelft die met veel liefde oto voor mij rijdt, een gouden vondst zo’n mobiel wijf, want toevallig ben ik op de meeste terreinen des levens veel en veel liever lui dan moe! En als ik het over mijn echtvriendin heb, dan heb ik het bepaald niet over een kont op wielen!
Mijn rijbewijs raakte ik kwijt in 1961 toen ik als geblondeerde playboy met mijn zilver gespoten Merces Sport 190 SL met 190 km. over de Heemsteedse Dreef scheurde op weg naar Strandpaviljoen Riche waar mijn goede vriend John Cordell, grafisch ontwerper en in zijn vrije tijd Jazzbassist op trad, met naast me een Heemsteedse zwartharige, perverse, wulpse, bisexuele balletstoot (Monique de M.) met een paar Dubbel D cuppers van boven en een minijupe van onderen, hmmm, om van te smullen… het leven is soms zo vur rukkulluk, dat leidde allemaal ontzettend af van de verkeerssituatie bij het kruispunt van de Jan van Goyenstraat, want je zit toch met één schuin oog op haar hele hebben en houwen gefixeerd, enfin… toen ik per ongeluk expres een negentienjarige blondine schepte die op de fiets net van tennis terug kwam omdat ik in mijn extase de rem- met de gaspedaal had verwisseld. Ze hebben behalve haar gebit, een onsje hersenweefsel, een gescheurde sport beha onder het bloed, een vol gelopen tampon ter dikte van een kachelpijp en een gebroken racket niet veel van haar terug gevonden. Spijt? Dat woord ken ik niet! Spijt is wat de bok schijt. Ik houd trouwens niet van blonde vrouwen. Het was een bedrijfsongelukje. Welk bedrijf? De BV Tijdver drijf Voor Het Onderlijf! M’n rijbewijs was ik wel voor goed kwijt en het werd een paar jaar zitten in de strafgevangenis van Haarlem, vervolgens nog enkele jaren in het psychopaten asiel met een TBR status omdat het uit eindelijk toch half opzet was volgens het O.M. In de cel naast mij zat oplichter Kees Brants te zuchten die nu hoogleraar is in Leiden. Hij was betrokken bij de gerucht makende spaarbankboekjes affaire begin zestiger jaren en kreeg net als auteur Theo Kars anderhalf jaar. Zijn vader, notaris te Heemstede keek wel even vreemd op toen zoonlief gearresteerd werd. Twee straten verder op woonde Mr. Junge, een advokaat die wegens oplichting twee jaar de bajes in draaide. En die had me toch een rondborstige, zwaar brillende, blozende dochter met een paar dikke tieten en twee bil jartpoten, Anneke, waar ik mee naar de hervormde kerk ging in 1960 te Heemstede, daar kreeg ik het benauwd van, want om haar in d’r sappige kut te knijpen, nou, daar had ik helemaal geen zin in, want als ze de maand had stond ze stijf van de naar lysol geurende antiseptische middelen hoorde ik van ex-klasgenoot drs. Wim Westerman, die nu een paedagogies adviesburo runt. Een eerste luitenant heeft haar toen voor een krats van mij over genomen. Blij toe! In de psychiatrische inrichting Vogelenzang zat het onbegrepen genie Kees Bregman, neef van Catherina Schreij, ook net weer vast, dus we hebben wel wat afgelachen. Ik heb toevallig alles wat ik wilde mee gemaakt in het leven dat zich als een roman laat lezen en de materiële inherente voordelen van dien verworven. Het een vloeit uit het ander voort in het leven. Kijkt U eens; als je je leven doorbrengt voor de klas en je vrije tijd op een flatje in Zeist, De Clomp 2047 of in een nieuwbouwrijtjes wo ning in de Vinex als bekroning op een achteraf gezien meer dan bescheten leven, ja, dan moet je niet mee willen praten en leuteren dat je net als Fred van der Wal ook wild en ook mee slepend wil leven, dan kun je beter je grote muil houden over beroemd worden in Parijs, zoals Catharina S. altijd deed in 1967, toen ze bij hoog en laag beweerde het daar te gaan maken via al haar interessante relaties in modekringen en dat er voor mij in haar aanstaande glanzende carrière echt geen prominente plaats was, haar roem zou zijn tol eisen, een kunstschilder paste niet in haar gewiekste plannetjes, want ze viel op artsen en medische specialisten vanwege het torenhoge inkomen, het corpsgebral, de overspelige levenswandel en het akademiese nivo van die geschoolde kuttenkijkers…! En dat ze als BOM moeder op een flat in Zeist zou eindigen na haar zilveren jubileum voor de klas te hebben gevierd was een interessante speling van het voor haar zo grimmige noodlot als lesboerin. Ik heb diepe compassie met haar, diepe compassie…en ben nog steeds bereid haar de helpende hand toe te steken, dat kan ik U wel ver tellen, maar ja, dan had ze maar naar mij moeten luisteren, maar die sekjuweel bevrijde leraresjes van toen waren zo verschrikkelijk arrogant, eigenwijs en eigengereid in de 60-er jaren, daar lustten de honden geen brood van! Van nature ben ik geen kuttenkijker of begaafde befsnor. Rimmen is wat anders; daar zeg ik al jaren ja tegen met een grote letter J. Ik ging in de jaren zestig dan ook om met de illustrator Teun Nijkamp, die heel aardig tekende en bevriend was met de mislukte auteur/leraar H.R. Meijer. Teun Nijkamp verkondigde in 1968 toen hij drie hoog op een Amsterdamse etagewoning huisde, dat hij binnen tien jaar in een kasteel aan de Loire zou wonen en "miljoenair" (miljonair) zou worden. Wij wonen nu al jaren in een kasteeel aan de Loire en Nijkamp woont in Zeeland in het gehucht Kats- een naam die maar een letter met kots verschilt- en werd met algemene stemmen gekozen tot voorzitter van de Zeeuwse Kunstenaars Vereniging. Over de ironie van het noodlot gesproken. Een brevet van provinciaal onvermogen, dat wel. Nijkamp heeft jaren niet tegen me willen praten omdat mijn werk op kwaliteitsgronden vanzelfsprekend een veel betere plaats kreeg op de tentoonstelling " Jonge Nederlandse Realisten van Galerie Mokum" in het Gemeentemuseum Arnhem in 1969. Hij verdacht mij er van de museum directie telepaties te hebben beinvloed, maar daar was geen sprake van. Weet U eigenlijk wel hoe veel bank- en beleggings rekeningen wij onderdehand wel niet hebben te vermikken? Niet te tellen op de vingers van twee handen. En het bedrag aan fondsen? Zes cijfers voor de komma! Alsof je een emmer leeg gooit!
Zo! Het kan niet op bij U !
Ja, en daar ben ik trots op want ik heb dat allemaal verworven zonder subsidie of de steun in de rug van een liefhebbende pa en ma! Ik heb dat met mijn beide jatten, vanaf dat ik op m’n veertiende fabrieksjongetje werd en met mijn nerveuze, schriele schijngestalte bij maanlicht in de vierploegendienst op een aardappelkistje net bij de hendels kon van de koudstaal flenzen stansmachine, alles aan de wereld wat ik nu bezit met mijn grijpgrage kalvinistische klauwen los gescheurd! Buiten hoorde ik vanachter mijn schamele blaas kacheltje winter 1967 bij temperaturen van min negentien op die koude zolder in de Nieuwe Spiegelstraat 48 te Amsterdam een rij dend carillon van het Leger des Heils een prachtig Godd’lijk gezang spelen, net toen die frivole Catherina S., heel even licht op mijn weg, lamp voor mijn voet, bij me weg was. Ik was vierentwintig jaar. Een schuchtere jongeling die de zilverwitte reinheid van de berk in het voorjaar bezong in zijn gedichten, maar geen idee had hoe hij een biefstukje moest bakken…Hoe kon ik weten? En toen… toen brak er heel even iets in mij en was een dozijn closet rollen niet genoeg om mijn tranen te stelpen. Hoe mijn tranen tot steen werden, stalagmieten en stalactieten in de grot der vergetelheid en werden tot een bergmassief rond mijn hart. Er is me verder in het leven gotzijdank niets gratis gegeven. En als je in tijden dat er slapte aan de beurs was en je als veel belovende twen niet anders over bleef dan jezelf met je hele hebben en houwen zo nu en dan moest verhuren aan de hoogste bieder van de manlijke kunne, daar schaamde ik mij als aantrekkelijke hoog blonde, vrouwelijk ingestelde jongeman die met graagte van af zijn veertiende levensjaar in zijn vrije tijd dameslingerie, pumps en kekke kokerrokjes droeg en bovendien nog steeds van alle seksjuwelen markten thuis is, toch echt niet voor. Je moet natuurlijk wel een beetje aanleg voor die onder sodommieten gangbare praktijken hebben en ook heel wat in voelingsvermogen voor de noden van de manlijke kunne aan de dag leggen, alsmede enige soepelheid in de heupen, de lippen willig en kusbaar, anders kom je niet helemaal geloofwaardig in bed over. Je moet je nummer ook kunnen verkopen en niet bepaald een Sta len Jezus uit Zwiggelte zijn! Nou; ik mocht dan van nature geen echte heup wiegende relnicht zijn maar lust(te) er toch echt wel pap van min of meer, dus ik zat ondanks alles geramd in het hoofdstedelijke leven ! Tot 1996 liet ik mijn haar blonderen in een salon aan de Lagweg te B. in Friesland. De homophielterige kunstcollegaatjes vonden het en bloc zó beeldig! Ik heb uit collegiaal oogpunt heel wat voor ze over gehad, hoor…en wie goed doet, goed ontmoet, ook in het roze leven van valse nichten. En zou het verder ook maar een beetje tegen zitten dan zet ik in Frankrijk de wasemkap in de keuken wel even op 12 beaufort, dan weten we weer waar voor we leven. En dat geloei uit de ventilator doet me meteen aan Friesland en zijn sullige, bescheten inwoners met al die smartelijk vertrok ken, gegroefde, gelooide ouwe rukkerskoppen denken, die er altoos uit zien alsof ze op punt van klaar komen staan, doordat ze steeds tegen de wind in moeten fietsen en dan barst ik me bij die gedachte toch in een gruwelijk lachen uit! Dat wil je niet horen, dan stop je je vingers in je oren, dat golft over de goudgele koolzaadvelden van de Bourgogne van achteren naar van voren, de ganse aarde rond, breekt door het wolkendek en verschiet jubelend naar de uiteinden van het heelal! Want o, o, o… wat heb ik het mijzelf en mijn om standigheden toch getroffen! Wat ben ik toch blij, blij, blij!
En dat realiseer ik mijzelve elke dag als ik op sta met een beestachtige depressie van wege mijn nachtelijk onmatige alcohol- en drugs gebruik, gekoppeld aan al die energie opslurpende bizarre sexuele praktijken en vervolgens met knikkende knietjes moeizaam uit bed kom, al godt lasterend, benevens mijn van niets wetende medemens hels vervloekend, de blinden open sla, met ontstoken rode, onbetrouwbaar knipperende door mijn vrouwen veelvuldig geroemde geloken blauwgrijze melancholieke ogen, maar nu vol geel bruine korsten, over de goudgele koolzaadvelden tot aan den einder zie, en denk van godverdomme…die wonderb’re schepping en voel hoe het daglicht mij onbarmhartig in mijn ongeschoren artisten bakkes stompt, ja, dan weet ik weer dat we niet voor niets leven en er een majestueueze Schepper met een reusachtig grote schep is die alles heeft geschapen om over zijn Zoon maar te zwijgen! Zijn Hand in de historie, mijn God, daar kun je hele boeken over vol schrijven … Ja, dan vliegen van de weeromstuit even later toch weer vrolijk en wel om niet de godvers door ons ruim bemeten huis als ik om sterke koffie met cognac schreeuw en een royaal ontbijt op bed…eerste klas bediening, mevrouw! Voor minder ga ik niet! Komt U binnenkort ook even langs, dan maken we er iets van met zijn drietjes? Zo lang U Uw poes maar parfumeert, de ballen glad scheert en Uw roos geurt naar Chanel Egoiste, laat ik U miauwen…
U woont al weer enige tijd in Frankrijk. Om welke reden?
Friesland is een veel te kleine vijver voor een grote vis zoals ik. Je stopt een walvis ook niet in een goudvissenkom en een solex mo tor niet in een Centuriontank. Ik ben nu eenmaal een genie en daar helpt geen lieve (schoon)moedertje aan! Er kon in Friesland niks en er mocht niks. Een atelier bij ons landhuis bouwen werd tegen gewerkt door de gemeente en de korrupte kunstkommissies. De re gionale Friese pers weigerde tussen 1978 en 2002 over mijn werk te schrijven. Van Fria, de Friesche artiestenvereniging die ik n.b. zelf heb opgericht kon ik geen lid worden.
Ze zeggen dat ik een ellenlange strafblad heb, bizarre sexuele voorkeuren aanhang, een rumoerig bestaan leidt en een TBS status heb, maar ik zeg U; het gaat om het werk in kunstenaarsland, niet om de persoon. Hetgeen dus niets met de buitengewone kwalitieit van mijn werk te maken heeft. Een beginnende provinciale galeriehouder uit Langezwaag, met de weinig daadkrachtige naam Weekhout of Zweethout of weettikveel, roddelt over mij alsof ik de zoon van Al Capone ben. Hij zette mijn overburen tegen mij op. We werden bovendien maanden lang afgeluisterd na een tip te hebben gegeven over een Mossad aktie, dat wisten we al heel snel. Ik wil potentiele slachtoffers soms nog wel eens helpen voor en keer. Relaties bij de Mossad en de AIVD zijn noodzakelijk. Ik ben de enige ex-Friese kunstenaar die lid is van Arti et Amicitiae in Amsterdam en Pulchri Studio in Den Haag. Ik ben ook de enige realistische schilder die met twee werken al sinds 1971 in het Stedelijk Museum is vertegenwoordigd, dat kan ik zwart op wit aan tonen. In Friesland ben je beter uit als beroepsneger zonder verblijfsstatus, aan aids lijdende beroepshomophiel of brutale allochtoon dan als ex- Amsterdammer en geniaal beeldend kunstenaar zoals ik, Fred van der Wal. Ze doen het in Friesland in de schamele broek voor Amsterdammers, maar ze zijn er óók door gefascineerd. Hoeveel gereformeerde Friese teven met mij niet een potje hebben willen rol bezemen en Nillfisken, dat wil geen mens geloven. Die Friezinnen zijn zo geil als een boterduimpje en dat is het enige pluspunt in een verder oninteressant landschap, waarin de Friezen slechts als uiterst onaantrekkelijke stoffering fungeren tussen het melkvee en de koeienvlaaien. En dan denk ik weer aan die prachtige 34 jarige donkerharige meid (ze leek op Frie, maar dan zonder clamydia infectie) in de beroemde Les Deux Magots in Parijs in 1988, Madeleine, die mij mee nam naar haar atelier in Montparnasse en hoe ik daar zestien maanden lang bleef, daar kon geen Friezin tegen op, want zij deed het vanzelfsprekend als Francaise bij voorkeur op d’r Frans, swassant nuffen dus. Ik noemde haar La Reine de la Pipe en dat zegt genoeg. Het heeft vanzelfsprekend bijna tot een echtscheiding geleid, maar dat is een lang verhaal, dat vertel ik nog wel eens op een hete zomer avond.
Ik ging vlak voor mijn definitieve vertrek in 2002 naar Frankrijk op een woensdag nog even om drie uur naar het gemeentehuis in Tietjerksteradeel maar dat was al lang gesloten, want die ambtenaren voeren geen bal uit, die gaan al om twaalf uur naar huis of zitten met hun drankprobleem in de kroeg zoals die gemeentevoorlichter W.O., dus ik riep door de klep van de brievenbus; "Geen savoir vi vre? Dan ook geen Fred van der Wal!" Toen heeft de portier de politie gewaarschuwd, maar die kwam met gillende sirenes zoals ge woonlijk veel te laat. Daarna ben ik naar de Bourgogne afgetrokken. Het Franse chanson, zegt U? Gekwijlebabbel van gepommadeer de mietjes! De Franse keuken? Smeerlapperij! En die sfeer van oh-la-la heb ik nog nergens aangetroffen! In Maaseik (Belgie) op de grote markt bij het standbeeld van de gebroeders van Eyck eet je heel wat beter. Mijn pseudoniemen? Fréderique le Forestier, Frank Forrest en Smartist 69, dan weet je wel hoe laat het is in SM land. Heel laat!
U heeft in the silver sixties ook nog een jaar in Parijs gewoond?
Wie heeft dat rond verteld? Ik wil daar namelijk helemaal niet groots op gaan. Als het nou New York was geweest…Het was een idee van mijn grote, onvervangbare liefde, Cat S., het bevallige hoedenmaakstertje die ik regelmatig onder haar mohair truitje pakte en lager. We gingen samen de paskamer in als ze een beha bij de Bijenkorf ging kopen in 1967 en ik heb het mee gemaakt dat een ken nelijk lesbische verkoopster ook de paskamer in kwam, dat werd toen toch nog een vrolijke boel. Zo is het allemaal gekomen en toen G. die flat van auteur A. Venema vrij had staan ben ik daar tijdelijk in getrokken. Het was een harde tijd maar een mooie tijd. Ik verdiende geld door één maal in de week een Franse maecenas drie maal in zijn open bek te spugen, zijn kop onder te schijten om hem vervol gens schoon te pissen en tegelijkertijd vaardig te masturberen- hij wilde het hele totaal pakket ineens- , dan kwam hij spon taan klaar met veel Aaaaahs, Ooooooohs en gekraai van Olalalas – ik was in die tijd bloedmooi, gooide hoge ogen in het sadomaso chistische leven als bisexueel- en kreeg ik elke keer weer een paar honderd francs voor de moeite (Zie de biografie: "Fred van der Wal, sadomasochist, travestiet en bisexueel" Uitg. Nomanspress, 1998). Toen nog een heel bedrag. En vervolgens naar de hoeren in de rue d’Amsterdam of naar de travestieten in het Bois de Boulogne, want geld moet rollen. Ik bezit nu dan ook een keten van peep shows in Parijs ondanks dat ik alleen de lagere school heb af gemaakt en geen woord Frans spreek. Mijn ene overleden homosexuele broer Bobby (hij had een lul niet dikker dan een Bruynzeel potlood en twee ballen zo groot als knikkers), die naar dat hondje van Kuifje van Herge is genoemd en mijn zuster Marjan hebben beiden een psychiatries verleden dat er niet om liegt en mijn twee pien tere half zusters (Edda en Yoka Barends, dochters van de naar Duitsland gevluchte Nederlandse S.S.-er Steven Barends) zijn of waren onder permanente behandeling van een stoet aan psychiaters, maar je kunt niet zeggen dat die meiden daarvan zijn opgeknapt. Integendeel!
Ik ben na de dood van mijn broers minstens drie jaar lang aan één stuk dag en nacht strontlazerus geweest en bouwde mijzelf tussen mijn deliria een huis op het dak van een flatgebouw waar ik een wrakke duiventil transformeerde met gejatte bouwmaterialen tot een comfortabel penthouse om daar mijn minnaars en minnaressen te ontvangen, want drank maakt potent en gewetenloos. De ramen be stonden uit lege drankflessen Bols, Hartevelt en Wodka- dat wel. Gelijk een caleidoscoop. Glas is glas. Goed voor de inspiratie. Als daar gotbetert de zon door heen viel of de vroege lenteregen op tik te…. Tik, tik, tik. En met een regelmaat, daar werd je koud van, daar was die song van die kaal geschoren oorbellendrager Rob de Nijs niks bij! Dan wist je weer waar voor je leefde! En hijsen! Zestien liter sterke drank per dag! Een lever als een voetbal bulkte boven mijn broeksriem uit alsof ik negen maanden zwanger was, maar dat is nog niet alles. Hoe ik er gekomen ben of door wie weet ik nu nog niet! Ik werd weer nuchter te Burgos in Baskenland en riep van de weeromstuit in een vrolijke bui "Viva Anarchia" tegen een peleton Guardia Civil. Dat had ik beter niet kunnen doen. Ze reageerden als door een zwerm wespen gestoken. Aanvankelijk dacht ik heel even; een vrolijk tafereeltje, dat zuidelijke, levendige, spontane, bruin verbrande, gezond ogende volkje in die prachtige smetteloze uniformen. Het lijkt Carnval in Rio wel, maar dat had ik als nuchtere Nederlander toch niet helemaal goed ingeschat! Voor ik het wist lag ik op de grond en het hele peleton boven op mij. Dat ging van knuppel uit de zak wie er mee doet! Het is met mijn schouder nooit meer goed ge komen om van mijn gebroken scheen- en jukbeenderen maar te zwijgen. Van die dag af aan heb ik een scheve kop en een paar blauwe ballen. Ze apporteerden mij vast gebonden in een dwangbuis geboeid aan een brancard met een prop in de mond als ongewenst verklaard persoon met gillende sirenes naar Portugal dat toen nog zuiver fascistisch was, dus daar voelde ik mij ook gelijk thuis, dank zij die frisse zeewind. Daar kwam ik de linkse Underground Press versterken tot ik werd uitgewezen als ongewenst persoon met een stempel in mijn paspoort dat ik nooit meer mocht terug komen. Ik kende de Ierse Jimmy, die voor de IRA een paar likwidaties heeft uit gevoerd, een echt gevaarlijke jongen, die knapt nog wel eens iets voor mij op tegen adekwate betaling want voor niets gaat de zon op en treedt een bijstands uitke ring in werking. Ik ben toen via Italie dankzij het Vaticaan en de Odessa lijn het land uit gesmokkeld in een container waar zestien na zi officieren in zaten die een uitermate bedenkelijke rol in Auschwitz hadden gespeeld maar toch in principe heel veel van Jodinnen hadden gehouden en ze daarom regelmatig naakt aan martelpalen vast bonden voordat zij ze onderwierpen en de liefde mee bedreven. Vrouwen willen nu eenmaal geslagen worden en daar maken Jodinnen als Oosterlingen met hun veel sensuelere aard geen uitzonde ring op. We hebben samen heel wat flessen Schnapps leeg gemaakt en met gestrekte arm nog het Horst Wessellied gezongen, dat klinkt fantastisch tegen een stalen wand. Er stond in Portugal een prijs op mijn hoofd omdat ik een verhouding was begonnen met de bloedmooie vrouw van de plaatselijke politie commandant. Haar vorige minnaar hebben ze gevonden met de afgesneden geslachts delen in zijn mond gepropt in een droog gevallen waterput van dertig meter. Hij moet nog even geleefd hebben voor hij dood bloedde bleek bij de sektie. Om bij te verdienen ben ik bij gebrek aan beter onder een andere naam in een bekend bordeel gaan werken. Eerst als portier/uitsmijter omdat ik in drie Oosterse vechtsporten een zwarte band behaalde. Soms was ik stand in bij een groeps sex sessie. Ik assisteerde als derde of vierde man bij sessies met sadomasochistiese mannen en vrouwen, daar lag mijn grote liefde. Ik kan het goed met de sadomasochistiese vrouwtjes zowel als met de mannen prima in bed vinden, dus vandaar. Ze liepen echt met mij weg in dat bordeel, mijn ster rees snel, ik mocht altijd gratis en zo heb ik de Spaanse Marisol Escobar, zuster van de internationaal befaamde coke dealer, uit het leven kunnen halen, maar niet kunnen voorzien dat ze gelijk met mij wilde trouwen. Daar had ik helemaal geen be zwaar tegen (ze was dertig jaar jonger en bleodmooi) maar wilde dat ze eerst in een kliniek voor geslachtsziekten haar poes en venus delta zou laten controleren op schimmels, kiemen en virussen. Daar kregen we bonje over. Ze vond dat het tegen de liefde was en ik haar moest nemen zoals ze was met alles d’r op en d’r an. Dat nam ik dus weer niet. Zo knapten we af op elkaar. Ik kon mijn ticket ruim betalen door haar te laten neuken door een rijke lesbienne en haar beursje van Marokaans leer af te pakken toen ze sliep in de armen van haar minnares, want Marisol hield van de mannen, maar nog veel meer van de vrouwen. Een universele liefde. Ik nam voor de zekerheid een open retour ticket.
Hoe ik er gekomen ben mag Godt weten. Het zal wel nooit opgehelderd worden. In Ierland trof de Engelse geheime politie mijn donk ergroene bestelwagen met het in gouden krulletters duidelijk leesbare opschrift "Poison Ivy" aan, midden op een dood lopende weg overdwars geparkeerd, terwijl ik als be stuurder, die zoals bekend al lang geen rijbewijs meer heeft na de definitieve ontzegging na mijn veroordeling voor het met mijn Mercedes sport auto onder invloed van alcohol dood rijden van een blonde Heemsteedse meid, een uiterst verwarde indruk maakte op de Ierse Police Force dankzij een straffe mix van Jameson, Guinness, en een handvol Valium-, Noctyl- Meprobamaat- en Donormyl tabletten. Als je dat slikt word je helemaal gek en vooral moorddadig. Je gaat overal blind in en kent geen enkele remming meer, vooral op seksjuweel gebied. Bovendien zat ik merkwaardig genoeg gekleed in alleen een beha, onderjurk, tangaslipje, jarretelgordel en nylons achter het stuur en dat maakt zelfs in het rooms katholieke Ierland een vreemde indruk. Het merkwaardige was\dat de lingerie mij helemaal niet bekend voor kwam. Ik had de kledingstukken nog nooit eerder gezien, laat staan aangeschaft in mijn favoriete lingeriezaak in de Sint Jacobsstraat! Wel bleek ten tijde van mijn delirium net een studente textiele werkvormen vermoord in dezelfde buurt als waar mijn bestelwagen stond en werd haar lijk gevonden zonder kleding, dus waar ik haar jurk en schoenen heb gelaten…Ze hebben me niets ten laste kunnen leggen en de zaak werd geseponeerd wegens gebrek aan bewijs. Een ere escorte van motor agenten begeleidde mij naar het plaatselijke ziekenhuis waar ik aan mijn bed werd geboeid uit voor zorg en ter bescherming van mij zelf in mijn delirium want ik sloeg zoals wel vaker wild om mij heen. Mijn lingerie mocht ik aan hou den, mits ik akkoord ging met plaatsing op de vrouwen afdeling. Geen bezwaar mijnerzijds. Het oorverdovende gerochel van de termi nale medepatiënten, dat sacrament der stervenden, klonk mij als warmwatermuziek in de oren. Hoe minder zielen, hoe meer vreugd, maar ‘t benam mij wel de slaap en bij het gloren van de dageraad- het beloofde toevallig een prachtige zomerdag te worden- ont waarde ik een welgeschapen net geopereerde transseksueel in het bed tegen over mij, die dankzij mijn vloeiend Engels spreken een heel boeiende gesprekspartner bleek inzake drankgebruik en geslachtsveranderende operaties. Nog nooit was hij zo blij geweest in zijn leven toen ze zijn lul en ballen hadden weg gesneden en een fopkut modelleerden met een namaak clitoris uit zijn eikel gekneed. Waar een wil is, daar is ook een weg. Hij zag er oogverblindend uit, een paar hormonale prachttieten uit de Weltmeister Zwaar Ge wichtsklasse en lang, donker glanzend haar, net als Catharina S. had. Een hartveroverende constante glimlach op de wellustige lippen hette mij welkom. Binnen een half uur was ik weer eens voor de zoveelste maal zwaar verliefd. Bisexuelen zijn nu eenmaal licht ont vlambaar. Je hoeft maar met een vinger naar ze te wijzen of ze staan in vuur en vlam. Ik dacht nog; ik zit de eerste tijd hier gebam zaaid wat mijn exclusieve seksjuwelen behoeftes betreft, die is echt voor alles in, begreep ik zijn/haar informatie! Ik hoef hier van mijn leven niet meer weg, dacht ik bij mijzelf! Ik stelde mij al een gelukkige toekomst voor samen wonend met hem/haar in een puike cottage vlak bij een Faery Ring ergens in de country. Het mocht niet zo wezen en uit dien hoofde geloof ik in voorbestemming. Het geluk is niet voor mij weg gelegd, ervoer ik op dat moment. Ineens gaf hij/ zij de geest en op mijn luide geroep kwamen verpleegsters aangesneld in smetteloos witte uniformen met een karretje waar op een M16 gelijkend futuristies ogend blinkend chroomstalen apparaat waarmede om onbekende redenen de anus, als mede de net gemodelleerde kunst matige transseksuele fopkut van de overledene tot onwaarschijnlijke proporties werd opgerekt zodat er met man en macht ettelijke do zijnen pakken anti-lekkage watten in kon worden gedouwd. Dat was hard nodig want hij/zij liep gewoon leeg door de ondergane emo ties en het vele hak-, breek- en snijwerkin het vooronder.
In de hal ontmoette ik de door hem/haar uit een sex kontakt advertentie op gescharrelde toekomstige goed geparfumeerde levens part ner (ik houd van mannen waar een luchtje aan zit) van de overledene, die ik uiteraard vertelde dat zijn naam op de lippen van de overledene bestorven lag, want wat moet je anders… En weer moest ik heel even denken aan de machtige, gewelfde tattoo pens van de Amsterdamse broodpooier Haring Arie, die met open gulp liggend in zijn Cadillac, liters cognac en ladingen Skolbier naar binnen goot in hoeveelheden waar de honden geen brood van lustten en dan begon te boeren dat je oren er van tuitten. Leraren van de chris telijke kunstakademie en stijl gereformeerde dominees kwamen bij zijn temeiers als vaste klant. Niet lang na onze laatste ontmoeting viel hij letterlijk tussen de wal en het schip van zijn woonboot aan de Prins Hendrikkade tegenover het Scheepvaartkantoor waar in de sixties de verruk kelijke Mila H, werkte. Ja, zij, die heerlijke tulp van mijn gulp, lag ook wel eens met een mooie meid in bed en dat zie ik zo graag. Ik mis het godd’lijke lijf van Mila en haar hele wezen nog elke dag en niet alleen in bed! Een vrouw om volledig ver slaafd aan te raken! Niet te zuinig, hoor, dat constante introspectieve gekwebbel aan je kop, maar een scala aan uitheemse sexuele technieken die zij voorradig had door haar connecties met hele en halve wilde rastakoppen, om een punt aan te zuigen…! Het ijzeren repertoire, zal ‘k maar zeggen, voerde zij met een stalen gezicht op! Ze bracht haar nummer overtuigend…
Ik las in veel oude interviews dat u vroeger met uw vroege werken zingend langs de deur bent gegaan. Zo begint iedereen toch tegenwoordig in het Amsterdamse kunstenaarsplantsoen.
Gelul! Hoe komt U d’r bij? Dat is namelijk helemaal niet waar. Ik heb nog nooit meegemaakt, dat... Ik heb nog maar van één iemand anders gehoord. . .iemand die ook al heel vroeg, net als ik onder heel kommervolle omstandigheden…en moet je zien hoe die d’r nou aan toe is! Via het plaatselijk buro voor drugs en alcohol verslaafden gevangenis in, gevangenis uit! Mijn Godt, waar praten we over? Zingend langs de deuren? Ja, later is dat heel populair geworden, maar als je weet wat voor tijd het was, welk een arremoe wij leden! Winter 1967 had ik zelfs geen olie meer voor de kachel. Nog geen vijfentwintig jaar oud en niets te besteden! Dertig kilo afgevallen in zes, zeven maanden door gebrek aan eten. En niemand om op terug te vallen. Familie liet me stikken. Ze hadden nog het liefst ge zien dat ik toen de pijp was uit gegaan. Ik was in 1972 trouwens de eerste Amsterdamse kunstenaarskraker! Het atelier in de tweede Nassaustr. 8 waar een moord is gepleegd op de beeldhouwer Ben d. B., door een aan herowiene verslaafde ex-balletdanser met als do delijk wapen een afgebroken aardappelschilmesje. Hoe krijgt een mens het voor elkaar! Ik ken een schilder die niet schilderen kon en achter zijn huis verdronken is een sloot waar tien centimeter water stond. Knap werk an sich! Soms denk ik dat de meeste beeldende kunstenaars voor het ongeluk zijn geboren of zo masochisties zijn dat ze hun ondergang zelf bewerkstelligen.
In 1972 kraakte ik een atelier in het gebouw aan de tweede Nassaustraat 8 te Amsterdam. Je moest ze horen, die maatschappij her vormende linkse kollegaatjes in het ateliergebouw; ze wilden onder aanvoering van de misselijk makende Jodenman Hartog Eysman (sprekend gelijkend op Alexander Pola maar dan met een neus als een oversized banaan) met zijn verneukte neus een petitie tegen mij organiseren toen ik het atelier waar die moord was gebeurd had gekraakt omdat niemand van die dappere linkse langharige salon kom munistiese kunstenaars daar in durfde behalve Fred van der Wal die voor de duivel nog niet bang is en daarom ook GPV stemde. Pas toen ik al lang en breed in het atelier zat trokken de collegaatjes weer die grote linkse bek open. Ze wilden mij er uit hebben omdat ik niet onderaan de lijst van gegadigden had afgewacht op mijn beurt. Ik ga unverfroren door ruiten en door roeien om mijn doel te bereiken. Nou, als het van dat zootje Amsterdamse nep- en namaak kommunistiese geslachtszieke BBK tuig had afgehangen had ik na 25 jaar nog geen atelierruimte! Gotsalmeliefhebbe! Tegen de muur met dat linkse schorum; ik hang ze met liefde omgekeerd bij hun ballen of enkels (naar keuze. Een laatste wens moet je altijd respecteren) op in een pijnboom, zodat ze traag met de wind heen en weer bewegen als pijnappels tot de dood er op volgt … ik heb na 1975 al tijd GPV of SGP gestemd, want die weten van uit de Heilige Schrift dat de vrouw in de keuken thuis hoort en uitsluitend geschikt als vervangbaar neukvee om af te slachten op het balkon als een islamitiese geit in een achterbuurt.
Om over die wanhopige begin jaren 1965, 1966 en 1967 maar te zwijgen toen niemand mij steunde en ik bijna van de honger om kwam … die jaren hebben een man van mij gemaakt die zich van niemand iets aantrekt. Een soort amorele Rambo in het kwadraat maar dan op artistiek gebied! Jenseits Gut und Böse! Elke beeldend kunstenaar hoort tenminste één maal in de bajes voor moord, dood slag, incest of noodweerexces te hebben gezeten! Die ene keer dat ik half opzettelijk een kollega de ballen uit zijn broek schoot met mijn parabellum tel ik niet eens mee, dat was hetzelfde als een lucky punch bij een bokswedstrijd. Overigens lukte het mij on langs nog om een gereformeerde begrafenis ondernemer te flessen opdat mijn geliefde oudnicht Betty Paërl, de Amsterdamse Hoge priesteres van het SadoMasochisme, eindelijk een fijne computer kon kopen met een pentium 4 en niet meer in het kantoor van haar zoon hoeft te mailen.
Zeg, ik zal je wat vertellen dat recht uit mijn veel bewogen artistieke leven is gegrepen: zat gisteren met een Engels sprekende prach tige Venezolaanse meid in een kroeg in Cosne in het café, vlak bij de Mairie. Ze sprak vloeiend Engels en Spaans, dus de taal was geen probleem in tegenstelling tot die Franse wijven. Ik zat haar van achter mijn Biere Brune Pelforth al een tijd op te nemen en speelde met de gedachte ongevraagd een foto van haar te nemen met mijn dure digitale camera. Ik taxeerde haar op d’r erotiese kwaliteiten. Dat doe je otomaties als man; of je nou bisexueel bent of niet, dat maakt niets uit. Ik bedoel; als ik mijn lul in een zak ce ment wil stoppen kan ik net zo goed naar huis gaan om ’t uit te vieren in het echtelijk bed.
Schitterende benen, prachtige kop, gaaf gebit, volle, sensuele, bijna perverse, smartelijk gekrulde lippen (net als Catharina S.), aman delvormige donkere ogen waar een vuur vaste smeulende Salsa blik in lag verborgen, ongeveer een meter vijfenzeventig, net zo lang als Els D. en toevallig mijn favoriete formaat, zo’n progressief tiepe met vooruitstrevende wereldborsten om met palm pasen een panna montata met slagroom of een tequila op te serveren, ravenzwart lang haar dat blauw glansde in de ongemeen fel schijnende winterzon, alles d’r op en d’r aan, niks op af te dingen. Helemaal mijn tiep van top tot teen en ik viel voor haar als een hete aardappel. Ik besluit na een uitnodiging van haar zijde onmiddellijk met haar mee naar haar huis te gaan, stap in haar auto en terwijl zij de auto start (ik heb net als Remco C. geen rijbewijs) laat ik zoals het behoort onder young lovers mijn hand als lakmoesproef om o.a. de zuurgraad te bepalen en de haargrens al gelijk dwalen over haar gladde, strakke meisjesbuik naar omlaag, de alom bekende heteroseks juwelen testcase, je wilt weten wat voor vlees je in de kuip krijgt, terwijl heel even onze lippen zich vacuum zuigen, tongen zich op maken voor een hoffelijk duel, scheurt zij zich heel even los van mijn mond en zegt ze even hees als hartstochtelijk tegen me; ik ben eigenlijk een man. Een man, zegt ze met haar gevoileerde stem. Okee, zeg ik, geeft niks, never mind the potatoes, we hebben allemaal zo onze makkes op zijn tijd, ik ben wel wat gewend als ex-Amsterdams kunstenaar in midden Frankrijk, maar is door de lullensmid alles afdoende weg genomen of ligt er nog wat restmateriaal opgeslagen in het kruis? Nee, nog niet alles. De scherven van haar voormalige bestaan waren nog niet allemaal opgeruimd, doch de balzak al vast voor de zekerheid leeg gelepeld en na de ruiming keurig dicht genaaid met kleine kruissteekjes, het overtollige scrotum en de ballen niet gelijk de kliko in, maar milieu bewust ver werkt tot Kwekkeboom kroketten, bitterballen en hondenvoer.
Het was mij vanaf het begin duidelijk dat de hormonenen behandeling goed was aangeslagen, want haar recht naar voren staande twee jongens behoorde tot de Grootste Ter Wereld Serie. En toch ben ik toen niet uit gestapt en heb ook niet afgehaakt. Ja, wat moet je dan als je al zo ver bent? Ik heb in elk geval na afloop van het amoureuze intermezzo geheel spontaan uit eigen zak een flinke financiële bijdrage gele verd voor de definitieve ombouwvergunning, want je moet toch wat en ik leef niet bepaald van de bedeling. Wel op voorwaarde dat ik onbeperkt toegang tot haar openbaar toegankelijke schaamte had en een kopie sleutel van haar flat vlak bij de Auchan in Cosne, want we leven hier in Frankrijk in een onderhandelingskultuur. Ik had haar natuurlijk ook wat te bieden als doorge winterde raskunstenaar uit het Hoge Noorden. Niet te kort, hoor! Veertig jaar terug ging het er trouwens wel anders aan toe in het suf fe Vaderland.
Was dat in de zestiger jaren?
Ja, toen is er een grote woede in mij opgestaan, dat was in de tijd dat we het moesten maken, en om in kroegen je magistrale meester werken te verkopen, daar was echt heel wat moed voor nodig, want je kunt nog beter een heilssoldaat met een rammelende kollekte bus zijn en een wit uitgeslagen gulp, dan had je meer succes bij dat dronken geteisem! Je weet dat je kunstgeschiedenis aan het maken bent in je bedompte, rommelige atelier met chiantiflessen en visnetten aan het plafond, druipkaarsen op de ruwhouten tafel. Daar heb ben jullie als simpele adspirant schoolmeesters en leraressen algemene technieken allemaal geen idee meer van. Daarom is de genera tie van 1942 zo sterk, gewoonweg niet kapot te krijgen! Ik heb de bitterheid van het bestaan leren kennen. De hitte des daags; de kou de des nachts en alle schakeringen daar tussen. De heroïsche jaren! Alles wat daarna komt zijn kuipjes halvarine! Botergeil misschien, maar vooral boterzacht! Er was voor mij maar één mogelijkheid, erop of er onder, hetzij er dwars door heen of alle drie tegelijk, hetzij in successie als U begrijpt wat ik bedoel. Voor die laatste mogelijkheid heb ik altijd gekozen. Ik ben gotzij dank geen lid van een sek te als de Pinkstergemeente te H. waar moreel failliete sukkels, manipulerende misfits, volgevreten losers, laag geschoolde en weke, slappe, laffe, achterbakse, aalgladde sufferds onder leiding van de super softe gemankeerde slijmjurk voorganger P. d. V. c.s. figure ren en de dienst uit maken. Ach wat; die evangelische en charismatiese beweging is goed voor wijven en latente flikkers, geestelijk gestoorden, lichamelijk gehandicapten, voor werkschuwen, WW-ers, gemankeerden en beroepswerkweigeraars of zij die dat willen worden, halve garen en halve zolen, daar heeft mijn Groningse goede vriend èn geestelijke mentor drs. H. v. S. uit Aduard vierkant ge lijk in. Als je iemand bent met guts (spreek uit; kuts) zoals de spijkerharde, super intelligente Fred van der Wal dan heb je daar niets te zoeken, dan stap je daar over of dwars door heen.
De vorige generatie in mijn geval; mijn ouders dus, die ik nooit gekend heb, is geboren aan het begin van de roaring twenties, dus een en al charleston wat de klok sloeg en dat kweekt decadente slapjanussen, amechtige huilebalken, onverantwoordelijke sukkels zonder sokkels en potentiële suicidalen. Mijn biologische moeder die ik sinds mijn tweede levensjaar nooit meer gezien heb? Een maupe grientje naar mijn zuster zegt! Geen goed voorbeeld voor mij. Ik heb mij er altijd van gedistantieerd. Om me daar mee te encanaille ren, nou seg, wat sulle we nou beleve…dan kies ik nog liever voor een geslachtsveranderen de operatie en een paar tieten als torpedos met tepelhoven ter grootte van een verkeersrotonde, de tepels constant in erectie, dan heb je ook wat voor je geld en kun je nog eens de beest uit hangen in de buurtkroeg.
De mensen uit het vak die er na de sixties aan onderdoor zijn gegaan zoals de uitgerangeerde illustrator Teun Nijkamp die hoor je van zelfsprekend niet meer, die heeft zijn autistiese wijf op een gegeven moment de deur uitgetrapt en woont als dorpskunstenaar bij de pomp in Kats met z’n jonge neukie samen in een modern vrijgevochten buitenhuwelijks sexueel los verband en werd gotbetert voorzitter van de Zeeuwse provinciale kunstenaars vereniging en al die andere, soortgelijke provinciale talentlozen…, die zal je niet willen weten! Gotsammekrake! Die knakker van een Nijkamp is uitgerangeerd en zit des avonds monkelend een pijpje hasj op een wrakke houten bank voor zijn huis te roken. Mag die beker aan mij voor bij gaan? Getverdemme! Als je zo moet leven…!
Wat dan?
Stopte ik mijn kop gelijk in de gasoven zoals mijn vader in 1950 probeerde waar ik zelf bij stond als 7-jarige en dat is goed voor de jonge mensch zo’n piek ervaring, maar zelfs dat mislukte hem zoals alles in de onbeduidende leventjes mijner ouders mis ging. Got zijdank gaven ze mij al op anderhalf jarige leeftijd weg aan de grootouders. Elke dag een goede daad, moeten ze gedacht hebben als ex-pad vinders en jeugdstormers! Ik, Fred van der Wal zeg daar op: " Pavinders zijn gatvinders en wie zoekt zal vinden, zegt de Bijbel en die heeft het eerste en het laatste woord!"
Jammer dat ik nog niet zo oud ben als adspirant schoolmeesteres, anders kon ik er ook allemaal over mee praten over al die in teressante dingen uit het artiesten leven en zo en had ik, net als U, ook heel wat te zeggen. Maar ik denk dat je nu net zo goed de bitterheid van het bestaan mee kunt maken en echt heel risikovol leven als onderwijzer in opleiding of na tientallen jaren voor de klas zoals Uw verloren geliefde Els D.
Hoezo dan? O, ja? Risikovol leven als onderwijzer in opleiding? Als onbezoldigd kwekeling zonder akte? Dat moet U mij toch eens even uit leggen! Misschien als je praktizerend paedophiel bent als schoolmeester aan de basis, ja, dan gaan er deuren voor je open die anders gesloten blijven…vooral van de Bijlmerbajes, maar opgepast; de van top tot teen getatoeëerde inmates slaan je je kop vierkant en trappen je ballen je de broek uit als ze horen dat je op de kleuterschool schuimpies zonder schaamhaar hebt opgekrikt met je leuter. Risikovol leven! Gotsamme! Waar hebben we het eigenlijk over in deze rubriek?
Je zal me maar zestien jaar te zijn en je wilt van huis weg of zo of je hebt ruzie met je vriendje of vriendinnetje die zich veel liever door je vader laat naaien, dan door jou.
Ja, sodemieter nou gauw op, zo kunnen we wel van alles willen in het leven! Vaders hebben sowieso het eerste nachtsrecht. En als het je niet bevalt dan ga je maar op een naai- en knipcursus voor je je hete stopnaald bij je vriendinnetje in d’r maasbol stopt! Wat valt er nou te willen voor een zestienjarige? We kunnen wel ivoren torens willen met zijn allen in onze consensusmaatschappij en gouden mensen met een zilveren anus waar achter darmen vol paars beleid, een roos van vlees die gouden eieren kakt om het begrotingstekort te dekken, benevens een platina lul in eeuwig durende erektie en tepels van van roestvrij chroomstaal of een paar ballen van koper zoals Johannes de Doper onder zijne kemelharen mantel! Maar zo zit het niet. U bent hier gotverdomme niet bij de tofelemonen! Als je 16 jaar bent en je wilt het huis uit dan moet je dat maar vooral proberen te doen en als het je niet lukt dan moet je maar thuis blijven zitten, je bek houden en doen wat pappie en mammie zeggen en als pappie des nachts zich in zijn onzalige nooddruft tot jou wil be kennen met je fijne (wordt vervolgd)